
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:RVS:2015:3644
- Instantie
- Raad van State
- Datum uitspraak
- 18-11-2015
- Datum publicatie
- 25-11-2015
- Zaaknummer
-
201504097/2/R6
- Rechtsgebieden
-
Bestuursrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Voorlopige voorziening
- Inhoudsindicatie
-
Bij besluit van 31 maart 2015 heeft het college het uitwerkingsplan "Ter Borch, plan van uitwerking Garmpoleiland Waterwijk" vastgesteld.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
201504097/2/R6.
Datum uitspraak: 18 november 2015
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen onder meer:
[verzoeker] en anderen, allen wonend te Eelderwolde, gemeente Tynaarlo,
verzoekers,
en
het college van burgemeester en wethouders van Tynaarlo,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 31 maart 2015 heeft het college het uitwerkingsplan "Ter Borch, plan van uitwerking Garmpoleiland Waterwijk" vastgesteld.
Tegen dit besluit hebben onder meer [verzoeker] en anderen beroep ingesteld.
[verzoeker] en anderen hebben de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, gelijktijdig met de behandeling van het beroep van [verzoeker] en anderen door de Afdeling (zaak nr. 201504097/1/R6), ter zitting behandeld op 15 oktober 2015, waar [verzoeker] en anderen, in de persoon van [verzoeker], [en vier andere verzoekers], zijn verschenen. Verder is het college verschenen, vertegenwoordigd door B. Dijkstra en mr. P. Vos, alsmede Extenzo BV, vertegenwoordigd door mr. M.H. Blokvoort, advocaat te Deventer, [gemachtigden].
Overwegingen
1. Bij uitspraak van heden, nr. 201504097/1/R6, heeft de Afdeling beslist op het beroep van [verzoeker] en anderen tegen het besluit van het college van 31 maart 2015. Derhalve is geen sprake meer van een bij de bestuursrechter lopende beroepszaak. Nu de hoofdzaak is afgedaan, kan geen voorlopige voorziening meer worden getroffen. Het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening moet daarom worden afgewezen.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
wijst het verzoek af.
Aldus vastgesteld door mr. B.J. van Ettekoven, als voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. T.A. Oudenaarden, griffier.
w.g. Van Ettekoven w.g. Oudenaarden
voorzieningenrechter griffier
Uitgesproken in het openbaar op 18 november 2015
568.