
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:RBUTR:2012:BX9979
- Instantie
- Rechtbank Utrecht
- Datum uitspraak
- 10-09-2012
- Datum publicatie
- 12-10-2012
- Zaaknummer
-
16/700540-12
- Rechtsgebieden
-
Strafrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Eerste aanleg - meervoudig
- Inhoudsindicatie
-
vrijspraak voorbereiding diefstal met geweld in vereniging.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
RECHTBANK UTRECHT
Sector strafrecht
parketnummer: 700540-12 [P]
vonnis van de meervoudige kamer d.d. 10 september 2012
in de strafzaak tegen
[verdachte]
geboren op [1986]
wonende aan het [adres], [woonplaats]
raadsman mr. C.N.G.M. Starmans, advocaat te Utrecht.
1. Onderzoek van de zaak
De zaak is gelijktijdig doch niet gevoegd behandeld met de zaken tegen de medeverdachten [medeverdachte 1] (parketnummer 16/655598-12), [medeverdachte 2] (parketnummer 16/700421-12) en [medeverdachte 3] (parketnummer 16/700420-12) op de terechtzitting van 27 augustus 2012, waarbij de officier van justitie en de verdediging hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.
2. De tenlastelegging
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
in de periode van 14 maart 2012 tot en met 17 maart 2012 ter voorbereiding van het misdrijf diefstal met geweld in vereniging en/of afpersing in vereniging een telefoon en/of een vervoermiddel heeft verworven dan wel voorhanden heeft gehad.
3. De voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
4. De beoordeling van het bewijs
4.1. Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich aan het ten laste gelegde feit schuldig heeft gemaakt en heeft vrijspraak gevorderd.
4.2. Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft eveneens vrijspraak van het tenlastegelegde bepleit.
4.3. Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat voorzover gelet op de in het dossier aanwezige stukken al gesproken zou kunnen worden van voorbereidingshandelingen, niet kan worden vastgesteld dat deze voorbereidingshandelingen betrekking hebben gehad op het in de tenlastelegging genoemde misdrijf.
De rechtbank acht daarom niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en zal hem dan ook van dat feit vrijspreken.
5. De beslissing
De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt verdachte vrij van het tenlastegelegde feit.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.P. den Otter, voorzitter, mr. M.S. Koppert en P.P.C.M. Waarts, rechters, in tegenwoordigheid van mr. M.J.C.J. Evers, griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 10 september 2012.