
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:RBNHO:2019:11503
- Instantie
- Rechtbank Noord-Holland
- Datum uitspraak
- 28-05-2019
- Datum publicatie
- 18-03-2022
- Zaaknummer
-
C/15/285701 / KG RK 19-152
- Rechtsgebieden
-
Civiel recht
- Bijzondere kenmerken
-
Kort geding
- Inhoudsindicatie
-
Beslissing op herstelverzoek
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
beslissing
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Handel, Kanton en Insolventie
Zittingsplaats Alkmaar
zaaknummer / rolnummer: C/15/285701 / KG RK 19-152
Beslissing van 28 mei 2019
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
NSI KANTOREN B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
verzoekster,
advocaat mr. B.P. van Overeem te Amsterdam
en
[belanghebbende] ,
wonende te [plaats] ,
belanghebbende.
Partijen wordt hierna ook genoemd NSI Kantoren en [belanghebbende] .
1 De beoordeling
Bij verzoek van 18 mei 2019 heeft [belanghebbende] de rechter-commissaris verzocht om verbetering c.q. aanvulling van het op 25 april 2019 in deze zaak afgegeven proces-verbaal tevens bevelschrift ex artikel 485 Rv (hierna: het bevelschrift). Bij brief van 23 mei 2019 heeft [belanghebbende] voornoemd verzoek aangevuld.
Bij beslissingen van 7 en 16 mei 2019 heeft de rechter-commissaris eerdere door [belanghebbende] ingediende verzoeken tot verbetering en aanvulling van het bevelschrift afgewezen. Tegen die beslissingen staat op grond van de artikelen 31 en 32 Rv geen voorziening open.
In het onderhavige verzoek heeft [belanghebbende] dezelfde, althans vergelijkbare gronden voor verbetering en aanvulling van het bevelschrift ingediend als in de verzoeken die aan de beslissingen van 7 en 16 mei 2019 ten grondslag lagen. Nu op deze verzoeken reeds is beslist kan [belanghebbende] niet opnieuw in dit verzoek worden ontvangen.
Een volgend verzoek tot herstel of aanvulling van beslissingen in deze procedure zal niet in behandeling worden genomen.
2 De beslissing
De rechter-commissaris
verklaart [belanghebbende] niet-ontvankelijk in haar verzoek.
Deze beslissing is gegeven door mr. M. Wouters en in het openbaar uitgesproken op
28 mei 2019.
Tegen deze beslissing staat op grond van de artikelen 31 en 32 Rv geen voorziening open.