
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:RBMNE:2015:3719
- Instantie
- Rechtbank Midden-Nederland
- Datum uitspraak
- 27-05-2015
- Datum publicatie
- 10-06-2015
- Zaaknummer
-
3969663 UT VERZ 15-5538
- Rechtsgebieden
-
Personen- en familierecht
- Bijzondere kenmerken
-
Eerste aanleg - enkelvoudig
- Inhoudsindicatie
-
De kantonrechter wijst het verzoek om een aanwijzing te geven op grond van artikel 4:210 BW af bij gebrek aan een gegronde reden in de zin van voormeld artikel.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
ERF-Updates.nl 2015-0231
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Afdeling Familierecht
kantonrechter
locatie Utrecht
zaaknummer: 3969663 UT VERZ 15-5538 RHM/1527
Beschikking van 27 mei 2015
inzake het verzoek van
[verzoeker sub 1] en [verzoeker sub 2],
gemachtigde: mr. I.M.W. van Schuppen, werkzaam bij Heuvelrug notarissen,
gevestigd te Driebergen-Rijsenburg,
verder te noemen verzoekers.
Het verzoek betreft de nalatenschap van:
[A] , geboren te [geboorteplaats] [1930], overleden te [woonplaats] [2014], laatst gewoond hebben de te [woonplaats].
Verzoekers hebben het verzoek gedaan in hun hoedanigheid van vereffenaars.
De procedure
Verzoekers hebben bij brief van 16 maart 2015 de kantonrechter gevraagd om - indien nodig- een aanwijzing te geven op grond van artikel 4:210 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
Bij brief van 28 april 2015 heeft de kantonrechter verzoekers bericht het voornemen te hebben om het verzoek af te wijzen.
Verzoekers zijn in de gelegenheid gesteld om het verzoek aan te vullen en/of te wijzigen, danwel kenbaar te maken prijs te stellen op een mondelinge behandeling van het verzoek. Hiervan is geen gebruik gemaakt.
De overwegingen van de kantonrechter
Op grond van artikel 4:210 BW kunnen de vereffenaars de kantonrechter verzoeken om een aanwijzing te geven indien er sprake is van een gegronde reden.
In de brief van 16 maart 2015 berichten verzoekers de kantonrechter dat zij willen
overgaan tot verkoop en levering van onroerend goed uit de nalatenschap. Voorts wordt
bericht dat de koper een hoger bedrag wil neerleggen dan de executiewaarde van de
woning met opstallen, maar dat verschillende schuldeisers bezwaar hebben tegen deze
verkoop.
De kantonrechter overweegt als volgt. Op grond van artikel 4:195 lid 1 BW juncto 4:215 lid
1 BW zijn de vereffenaars bevoegd tot het verkopen en leveren van het onroerend goed.
Voorts is de kantonrechter niet gebleken dat het bedrag waarvoor dit goed zou worden
verkocht niet redelijk is. Gelet op het voorgaande overweegt de kantonrechter dat er geen
sprake is van een gegronde reden in de zin van artikel 4:210 lid 1 BW om een
aanwijzing te geven. Derhalve zal het verzoek worden afgewezen.
De beslissing
De kantonrechter wijst het verzoek af.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.A.T. van Rens, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 27 mei 2015.