
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:RBLIM:2019:1551
- Instantie
- Rechtbank Limburg
- Datum uitspraak
- 20-02-2019
- Datum publicatie
- 20-02-2019
- Zaaknummer
-
03/659275-16
- Rechtsgebieden
-
Strafrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Eerste aanleg - meervoudig
- Inhoudsindicatie
-
---
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
Zittingsplaats Roermond
Strafrecht
Parketnummer: 03/659275-16
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 20 februari 2019
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboortegegevens verdachte] ,
wonende te [adresgegevens verdachte] ,
De verdachte wordt bijgestaan door mr. A.C.J. Lina, advocaat kantoorhoudende te Venlo.
1 Onderzoek van de zaak
De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 6 februari 2019. De verdachte en zijn raadsman zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.
2 De tenlastelegging
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte:
in het bezit was van 35,3 liter amfetamineolie en 205,6 gram amfetaminepasta, al dan niet in vereniging gepleegd.
3 De beoordeling van het bewijs
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot vrijspraak wegens gebrek aan wettig en overtuigend bewijs.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft eveneens geconcludeerd tot vrijspraak.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is op grond van de inhoud van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting van oordeel dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voorhanden is om te komen tot een bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit. De rechtbank zal de verdachte dan ook daarvan vrijspreken.
4 De beslissing
De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt de verdachte vrij van het tenlastegelegde;
Voorlopige hechtenis
- heft op het geschorste bevel voorlopige hechtenis met ingang van heden.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.M. Nollen, voorzitter, en mr. drs. J.M.A. van Atteveld en mr. D.C.I. van Delft, rechters, in tegenwoordigheid van mr. P.C.M. Müller, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 20 februari 2019.
Buiten staat
Mr. D.C.I. van Delft is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
De griffier is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
hij op of omstreeks 30 juli 2016 te Belfeld, in elk geval in de gemeente
Venlo, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 35,3 liter amfetamine(olie) en/of
205,6 gram amfetamine(pasta), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal
bevattende amfetamine, zijnde amfetamine (telkens) een middel vermeld op de
bij de Opiumwet behorende lijst I;