
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:RBDHA:2017:12508
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 14-03-2017
- Datum publicatie
- 24-11-2017
- Zaaknummer
-
AWB - 17_4156
- Rechtsgebieden
-
Vreemdelingenrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Voorlopige voorziening
- Inhoudsindicatie
-
Verzoek om voorlopige voorziening, verzoek afgewezen aangezien beroep in bodemzaak ongegrond is verklaard.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
VOORZIENINGENRECHTER VAN DE Rechtbank DEN Haag
Bestuursrecht
zaaknummer: AWB 17/4156
uitspraak van 14 maart 2017 in de zaak tussen
[verzoeker], verzoeker, V-nummer [V-nummer]
(gemachtigde: mr. P.J.Ph. Dietz de Loos),
en
de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder.
(gemachtigde: mr. E. Groenendijk),
Procesverloop
Op 13 december 2016 heeft verzoeker een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 28 Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000) ingediend.
Verweerder heeft bij beschikking van 21 februari 2017 afwijzend op de aanvraag beslist.
Tegen dit besluit heeft eiser op 22 februari 2017 beroep ingesteld. Tevens heeft verzoeker de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.
De openbare behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 14 maart 2017. Namens eiser is verschenen zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich doen vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Overwegingen
Bij uitspraak van vandaag heeft de rechtbank het beroep in de bodemzaak waarover dit verzoek om een voorlopige voorziening gaat ongegrond verklaard (AWB 17/4154).
De voorzieningenrechter wijst daarom het verzoek om een voorlopige voorziening af. Omdat de rechtbank op het beroep heeft beslist, is namelijk geen voorlopige voorziening meer nodig.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.E. Dutrieux, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. D.D. van Loopik, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 14 maart 2017.
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan geen hoger beroep worden ingesteld.