
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:PHR:2020:899
- Instantie
- Parket bij de Hoge Raad
- Datum conclusie
- 25-08-2020
- Datum publicatie
- 06-10-2020
- Zaaknummer
-
18/02120
- Formele relaties
-
Arrest Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2020:1556
- Rechtsgebieden
-
Strafrecht
- Bijzondere kenmerken
- -
- Inhoudsindicatie
-
Medeplichtigheid aan telen en aanwezig hebben van hennep in woning, art. 3.B en 3.C Opiumwet. HR ambtshalve: OM n-o in vervolging. Verdachte overleden (art. 69 Sr). Samenhang tussen 18/00173, 18/00190, 18/02118 en 18/02120.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Conclusie
PROCUREUR-GENERAAL
BIJ DE
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
Nummer 18/02120
Zitting 25 augustus 2020
AANVULLENDE CONCLUSIE
D.J.C. Aben
In de zaak
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1947,
hierna: de verdachte.
-
Op 3 december 2019 heb ik een conclusie genomen in deze zaak, waarin ik de Hoge Raad adviseerde tot vernietiging van het bestreden arrest, maar uitsluitend voor wat betreft de hoogte van de opgelegde straf, tot vermindering daarvan en tot verwerping van het beroep voor het overige.
-
Inmiddels is echter volgens een aan de Hoge Raad overgelegd, door de gemeente Den Haag [gewaarmerkt] afschrift van een [vertaalde] akte van de burgerlijke stand van Spanje gebleken dat de verdachte op 29 september 2019 te Altea (Spanje) is overleden. Daarom is volgens art. 69 Sr in deze zaak het recht tot strafvordering vervallen.
-
Uit het voorgaande vloeit voort dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven en dat de officier van justitie alsnog niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in de vervolging.
-
Deze aanvullende conclusie strekt tot vernietiging van de uitspraak van het gerechtshof Den Haag en van het vonnis van de rechtbank Den Haag en tot niet-ontvankelijkverklaring van de officier van justitie in de vervolging.
De procureur-generaal
bij de Hoge Raad der Nederlanden