
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:HR:2019:205
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 08-02-2019
- Datum publicatie
- 08-02-2019
- Zaaknummer
-
18/04717
- Formele relaties
-
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2018:1486, Gevolgd
- Rechtsgebieden
-
Civiel recht
- Bijzondere kenmerken
-
Artikel 81 RO-zaken
Cassatie
Beschikking
- Inhoudsindicatie
-
Art. 81 lid 1 RO. Wet Bopz. Voorlopige machtiging. Had rechtbank zich moeten doen voorlichten door degene door wie betrokkene wordt verzorgd? Art. 8 lid 4, onder c, Wet Bopz. HR 1 juli 1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1425, NJ 1994/723.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
RvdW 2019/243
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
8 februari 2019
Eerste Kamer
18/04717
TT/AR
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[verzoekster],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. G.E.M. Later,
t e g e n
DE OFFICIER VAN JUSTITIE BIJ HET ARRONDISSEMENTSPARKET DEN HAAG,
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als betrokkene en de officier van justitie.
1 Het geding in feitelijke instantie
Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naar de beschikking in de zaak C/09/558205 FA RK 18-5902 van de rechtbank Den Haag van 29 augustus 2018.
De beschikking van de rechtbank is aan deze beschikking gehecht.
2 Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van de rechtbank heeft betrokkene beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De officier van justitie heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de plaatsvervangend Procureur-Generaal strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van betrokkene heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.
3 Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4 Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, G. Snijders en M.J. Kroeze, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.V. Polak op 8 februari 2019.