
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:HR:2016:305
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 23-02-2016
- Datum publicatie
- 24-02-2016
- Zaaknummer
-
14/05808
- Formele relaties
-
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:2696, Gevolgd
In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2014:4655, Niet ontvankelijk
- Rechtsgebieden
-
Strafrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Cassatie
- Inhoudsindicatie
-
Geen schriftuur ingediend, beroep in cassatie n-o.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
RvdW 2016/354
SR-Updates.nl 2016-0122
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
23 februari 2016
Strafkamer
nr. S 14/05808
IC/EC
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 6 november 2014, nummer 23/002506-14, in de strafzaak tegen:
[verdachte] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1991.
1 Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Middelen van cassatie zijn namens deze niet voorgesteld.
De Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van de verdachte in het beroep.
2 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
Nu de verdachte niet binnen de bij de wet gestelde termijn bij de Hoge Raad door een raadsman een schriftuur houdende middelen van cassatie heeft doen indienen, is niet in acht genomen het voorschrift van art. 437, tweede lid, Sv, zodat de verdachte in het beroep niet kan worden ontvangen.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en H.A.G. Splinter-van Kan, in bijzijn van de waarnemend griffier A.C. ten Klooster, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 23 februari 2016.