
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:HR:2016:2616
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 18-11-2016
- Datum publicatie
- 18-11-2016
- Zaaknummer
-
16/03450
- Formele relaties
-
In cassatie op: ECLI:NL:CRVB:2016:1963
- Rechtsgebieden
-
Belastingrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Cassatie
- Inhoudsindicatie
-
HR verklaart het beroep in cassatie n-o.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
18 november 2016
Nr. 16/03450
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z], België (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 27 mei 2016, nr. 13/3770 ALGEM, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Amsterdam (nr. 12/3816) betreffende een besluit van de Sociale verzekeringsbank.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
Ingevolge artikel 78, lid 4, van de Wet op de rechterlijke organisatie neemt de Hoge Raad enkel kennis van het beroep in cassatie tegen uitspraken van de bestuursrechter voor zover dit bij wet is bepaald. Er is geen wettelijke bepaling die beroep in cassatie openstelt tegen een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep als de onderhavige. Het beroep in cassatie dient derhalve niet-ontvankelijk te worden verklaard.
2 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren Th. Groeneveld en J. Wortel, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 18 november 2016.
Het door belanghebbende als griffierecht betaalde bedrag van € 124 wordt door de Griffier van de Hoge Raad aan belanghebbende teruggegeven.