
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:HR:2016:2096
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 16-09-2016
- Datum publicatie
- 16-09-2016
- Zaaknummer
-
15/04908
- Formele relaties
-
In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2015:3625
- Rechtsgebieden
-
Belastingrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Artikel 81 RO-zaken
Cassatie
- Inhoudsindicatie
-
HR: 81.1 RO.
- Wetsverwijzingen
-
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
V-N Vandaag 2016/2090
FutD 2016-2244
NTFR 2016/2312
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
16 september 2016
Nr. 15/04908
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch van 17 september 2015, nr. 14/00487, betreffende de aan belanghebbende opgelegde navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over het jaar 2002, alsmede de daarbij genomen boetebeschikking.
1 Het eerste geding in cassatie
De uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is op het beroep van belanghebbende bij arrest van de Hoge Raad van 11 april 2014, nr. 13/00802, ECLI:NL:HR:2014:842, BNB 2014/167, vernietigd, met verwijzing van het geding naar het Gerechtshof ’s‑Hertogenbosch (hierna: het Hof) ter verdere behandeling en beslissing van de zaak met inachtneming van dat arrest.
2 Het tweede geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij vier middelen voorgesteld.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft de zaak doen toelichten door mr. G.J.M.E. de Bont, advocaat te Amsterdam.
3 Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
5 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren Th. Groeneveld en J. Wortel, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 16 september 2016.