
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:HR:2016:1910
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 12-08-2016
- Datum publicatie
- 12-08-2016
- Zaaknummer
-
16/01249
- Formele relaties
-
In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2016:596
- Rechtsgebieden
-
Belastingrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Artikel 81 RO-zaken
Cassatie
- Inhoudsindicatie
-
HR: art. 81.1 RO.
- Wetsverwijzingen
-
Algemene wet bestuursrecht 8:42
Algemene wet bestuursrecht 8:63
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Algemene wet inzake rijksbelastingen 47
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
V-N Vandaag 2016/1846
FutD 2016-2019
NTFR 2016/2058
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
1 augustus 2016
nr. 16/01249
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van de erfgenamen van [A] , gewoond hebbende te [Z] (hierna: belanghebbenden) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 2 februari 2016, nrs. 14/01045 tot en met 14/01063, op het hoger beroep van belanghebbenden tegen een uitspraak van de Rechtbank Gelderland (nrs. AWB 14/133 tot en met AWB 14/151) betreffende de aan erflater opgelegde navorderingsaanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over de jaren 1990 tot en met 1998, navorderingsaanslagen in de vermogensbelasting over de jaren 1991 tot en met 1999, de aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2000, en de daarbij gegeven beschikkingen inzake heffingsrente.
1 Geding in cassatie
Belanghebbenden hebben tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbenden hebben een conclusie van repliek ingediend.
2 Beoordeling van de klachten
De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
4 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond.
Dit arrest is gewezen door de vice-president R.J. Koopman als voorzitter, en de raadsheren C. Schaap en J. Wortel, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 12 augustus 2016.