
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:HR:2016:1211
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 17-06-2016
- Datum publicatie
- 17-06-2016
- Zaaknummer
-
15/03892
- Formele relaties
-
In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2015:2686
- Rechtsgebieden
-
Belastingrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Artikel 81 RO-zaken
Cassatie
- Inhoudsindicatie
-
HR: 81.1 RO.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
17 juni 2016
Nr. 15/03892
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van de erfgenamen van [A], gewoond hebbende te [Z] (hierna: belanghebbenden) tegen de uitspraak van het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch van 16 juli 2015, nr. 14/00742, op het hoger beroep van belanghebbenden tegen een uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant (nr. AWB 13/6231) betreffende een ten aanzien van erflater gegeven informatiebeschikking als bedoeld in artikel 52a, lid 1, AWR.
1 Geding in cassatie
Belanghebbenden hebben tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij vier middelen voorgesteld.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbenden hebben de zaak doen toelichten door mr. J.H.M. Daniëls, advocaat te Sittard.
2 Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
4 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond.
Dit arrest is gewezen door de vice-president R.J. Koopman als voorzitter, en de raadsheren C. Schaap en J. Wortel, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 17 juni 2016.