
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:HR:2016:1208
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 17-06-2016
- Datum publicatie
- 17-06-2016
- Zaaknummer
-
15/02817
- Formele relaties
-
In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2015:3293
- Rechtsgebieden
-
Belastingrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Artikel 81 RO-zaken
Cassatie
- Inhoudsindicatie
-
HR: 81.1 RO.
- Wetsverwijzingen
-
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Algemene wet bestuursrecht 8:42
Algemene wet bestuursrecht 8:73
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
Algemene wet inzake rijksbelastingen 47
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
V-N Vandaag 2016/1456
FutD 2016-1506
NTFR 2016/1634
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
17 juni 2016
Nr. 15/02817
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 7 mei 2015, nrs. 13/00503 tot en met 13/00517, op het hoger beroep van de erfgenamen van [A], gewoond hebbende te [Z] (hierna: belanghebbenden) tegen een uitspraak van de Rechtbank Oost-Nederland (nrs. AWB 12/2569, 12/2570, 12/2571, 12/2573, 12/2574, 12/2576, 12/2578, 12/2579, 12/2580, 12/2581, 12/2582, 12/2584, 12/2585 12/3988 en 12/3991) betreffende aan erflaatster opgelegde navorderingsaanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over de jaren 1994 tot en met 2000 en navorderingsaanslagen in de vermogensbelasting over de jaren 1995 tot en met 2000, en de bij deze navorderingsaanslagen gegeven beschikkingen inzake heffingsrente.
1 Geding in cassatie
De Staatssecretaris van Financiën heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een middel voorgesteld.
Belanghebbenden hebben een verweerschrift ingediend.
2 Beoordeling van het middel
Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Staatssecretaris zal worden veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie.
4 Beslissing
De Hoge Raad:
verklaart het beroep in cassatie ongegrond,
veroordeelt de Staatssecretaris van Financiën in de kosten van het geding in cassatie aan de zijde van belanghebbenden, vastgesteld op € 992 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
Dit arrest is gewezen door de vice-president R.J. Koopman als voorzitter, en de raadsheren C. Schaap en J. Wortel, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 17 juni 2016.
Van de Staatssecretaris van Financiën wordt een griffierecht geheven van € 497.