
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:HR:2015:835
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 03-04-2015
- Datum publicatie
- 03-04-2015
- Zaaknummer
-
14/06225
- Rechtsgebieden
-
Belastingrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Cassatie
- Inhoudsindicatie
-
HR verklaart het beroep in cassatie gegrond.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
3 april 2015
Nr. 14/06225
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van de Rechtbank Limburg van 10 december 2014, nr. AWB 14/3153, op het verzet van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank (nr. AWB/ROE 14/3153), betreffende de weigering van de heffingsambtenaar van de gemeente Maasgouw een besluit te nemen op bezwaarschrift van belanghebbende inzake legeskosten.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank op het verzet beroep in cassatie ingesteld en daarbij enkele klachten aangevoerd.
2 Beoordeling van de uitspraak van de Rechtbank op het verzet
Belanghebbende heeft in zijn verzetschrift voor de Rechtbank gemotiveerd gesteld dat hij het verschuldigde griffierecht niet kan betalen. De Rechtbank heeft het verzet ongegrond verklaard, onder meer op de grond dat het verzoek niet voor het eerst in de verzetsprocedure kan worden gedaan.
De uitspraak van de Rechtbank op het verzet kan niet in stand blijven op grond van hetgeen is vermeld in onderdeel 2.3.8 van het op 20 februari 2015 in de zaak met nummer 14/05176 uitsproken arrest van de Hoge Raad, ECLI:NL:HR:2015:354.
Het verzet dient opnieuw te worden behandeld met inachtneming van de richtlijnen die in voormeld arrest onder 2.3 zijn opgenomen.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
4 Beslissing
De Hoge Raad:
verklaart het beroep in cassatie gegrond,
vernietigt de uitspraak van de Rechtbank op het verzet, en
wijst het geding terug naar de Rechtbank Limburg ter verdere behandeling van en beslissing op het verzet met inachtneming van dit arrest.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren M.A. Fierstra en Th. Groeneveld, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 3 april 2015.