
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:HR:2015:1685
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 19-06-2015
- Datum publicatie
- 19-06-2015
- Zaaknummer
-
14/04471
- Formele relaties
-
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2015:461, Gevolgd
In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2014:1158, Bekrachtiging/bevestiging
- Rechtsgebieden
-
Civiel recht
- Bijzondere kenmerken
-
Artikel 81 RO-zaken
Cassatie
- Inhoudsindicatie
-
Art. 81 lid 1 RO. Arbeidsrecht. Kennelijk onredelijk ontslag, valse reden. Vordering tot wedertewerkstelling. Aannemelijkheid arbeidsgeschiktheid werknemer.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
JWB 2015/230
AR 2015/1142
RvdW 2015/780
JAR 2015/189
AR-Updates.nl 2015-0570
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
19 juni 2015
Eerste Kamer
14/04471
LZ/TT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[eiser],
wonende te [plaats],
EISER tot cassatie,
advocaat: mr. J.H.M. van Swaaij,
t e g e n
[verweerster],
gevestigd te [plaats],
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. R.A.A. Duk.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] en [verweerster].
1 Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de vonnissen in de zaak 672964 CV EXPL 11-5021 van de kantonrechter te Bergen op Zoom van 22 februari 2012 en 27 februari 2013;
b. het arrest in de zaak HD 200.128.983/01 van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 22 april 2014 en
het aanvullend arrest van 5 augustus 2014.
De arresten van het hof zijn aan dit arrest gehecht.
2 Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof van 22 april 2014 heeft [eiser] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[verweerster] heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor [verweerster] toegelicht door haar advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier strekt tot verwerping van het cassatieberoep met toepassing van art. 81 lid 1 RO.
3 Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4 Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerster] begroot op € 841,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, G. Snijders en M.V. Polak, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer G. de Groot op 19 juni 2015.