
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:HR:2014:130
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 21-01-2014
- Datum publicatie
- 21-01-2014
- Zaaknummer
-
13/04805
- Formele relaties
-
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2403, Gevolgd
- Rechtsgebieden
-
Strafrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Artikel 81 RO-zaken
Cassatie
- Inhoudsindicatie
-
Uitleveringszaak. HR: 81.1 RO.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
RvdW 2014/267
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
21 januari 2014
Strafkamer
nr. 13/04805 U
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van de Rechtbank Amsterdam van 6 september 2013, nummer RK 13/3468, op een verzoek van de Republiek Turkije tot uitlevering van:
[de opgeëiste persoon] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1971.
1 Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de opgeëiste persoon. Namens deze heeft mr. O.O. van der Lee, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal P.C. Vegter heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
2 Beoordeling van het middel
Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer H.A.G. Splinter-van Kan als voorzitter, en de raadsheren W.F. Groos en V. van den Brink, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 21 januari 2014.