
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:HR:2013:1574
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 03-12-2013
- Datum publicatie
- 04-12-2013
- Zaaknummer
-
12/05140
- Formele relaties
-
In cassatie op : ECLI:NL:GHSGR:2012:BY1903, Bekrachtiging/bevestiging
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:1556, Gevolgd
- Rechtsgebieden
-
Strafrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Artikel 81 RO-zaken
Cassatie
- Inhoudsindicatie
-
Jeugdzaak. HR: art. 81.1 RO.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
RvdW 2014/30
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
3 december 2013
Strafkamer
nr. 12/05140 J
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 2 oktober 2012, nummer 22/001254-12, in de strafzaak tegen:
[verdachte] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1995.
1 Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. H. Oldenhof, advocaat te 's-Gravenhage, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal E.J. Hofstee heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
2 Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en Y. Buruma, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken op 3 december 2013.