
Uitspraken
Gevonden zoektermen
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:GHSGR:2010:BN3662
- Instantie
- Gerechtshof 's-Gravenhage
- Datum uitspraak
- 12-07-2010
- Datum publicatie
- 10-08-2010
- Zaaknummer
-
22-005025-08
- Rechtsgebieden
-
Strafrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Hoger beroep
- Inhoudsindicatie
-
De behandeling van de zaak in hoger beroep heeft het hof - ook met toepassing van artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht - niet gebracht tot andere beschouwingen en beslissingen dan die van de eerste rechter.
Aangezien de verdachte na de datum waarop de door de eerste rechter bewezenverklaarde feiten gepleegd zijn opnieuw tot straf is veroordeeld, zal het hof de in het vonnis waarvan beroep aangehaalde wetsartikelen aanvullen met artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht.
Het vonnis waarvan beroep dient derhalve met de aanvulling als voormeld te worden bevestigd.
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
Rolnummer: 22-005025-08
Parketnummer: 09-665125-07
Datum uitspraak: 12 juli 2010
TEGENSPRAAK
Gerechtshof te 's-Gravenhage
meervoudige kamer voor strafzaken
Arrest
gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank 's-Gravenhage van
30 september 2008 in de strafzaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1952,
[adres].
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van dit hof van 28 juni 2010.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
1:
hij in de periode van 4 november 2005 tot en met 9 oktober 2006 te 's-Gravenhage (telkens) opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad (in een pand aan de [adres] (telkens) een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
2:
hij op of omstreeks 10 oktober 2006 te 's-Gravenhage opzettelijk aanwezig heeft gehad (ongeveer) 200 hennepplanten, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
3:
hij in de periode van 4 november 2005 tot en met 10 oktober 2006 te 's-Gravenhage met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een hoeveelheid electriciteit, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Eneco Netbeheer BV, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik te hebben gebracht door de verzegeling van het deksel van de hoofdaansluitkast te verbreken en/of (vervolgens) een grotere hoofdzekering te plaatsen en/of aan de bovenzijde van die (grotere) hoofdzekering een 4-aderige electriciteitskabel bij te plaatsen en/of aan te sluiten;
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde veroordeeld tot een taakstraf in de vorm van een werkstraf voor de duur van tachtig uren, subsidiair veertig dagen hechtenis, met beslissingen omtrent het inbeslaggenomene, zoals in het vonnis nader omschreven.
De verdachte heeft tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis zal vernietigen, behoudens ten aanzien van de in dat vonnis vermelde kwalificaties en de bij dat vonnis opgelegde straf.
Het vonnis waarvan beroep
De behandeling van de zaak in hoger beroep heeft het hof - ook met toepassing van artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht - niet gebracht tot andere beschouwingen en beslissingen dan die van de eerste rechter.
Aangezien de verdachte na de datum waarop de door de eerste rechter bewezenverklaarde feiten gepleegd zijn opnieuw tot straf is veroordeeld, zal het hof de in het vonnis waarvan beroep aangehaalde wetsartikelen aanvullen met artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht.
Het vonnis waarvan beroep dient derhalve met de aanvulling als voormeld te worden bevestigd.
BESLISSING
Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met aanvulling als voormeld.
Dit arrest is gewezen door mr. M.P.J.G. Göbbels, mr. S.J.A.M. van Gend en mr. J.C.F. van Gelder, in bijzijn van de griffier
mr. C. Hol.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 12 juli 2010.
Mrs. M.P.J.G. Göbbels en J.C.F. van Gelder zijn buiten staat dit arrest te ondertekenen.