
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:GHAMS:2020:2460
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 13-08-2020
- Datum publicatie
- 14-09-2020
- Zaaknummer
-
23-000624-20
- Rechtsgebieden
-
Strafrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Hoger beroep
- Inhoudsindicatie
-
Verdachte niet-ontvankelijk in hoger beroep (artikel 416 lid 2 Sv)
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000624-20
datum uitspraak: 13 augustus 2020
VERSTEK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Holland van 25 februari 2020 in de strafzaak onder parketnummer 15-276599-19 tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1994,
adres: [adres]
thans gedetineerd in P.I. Krimpen a/d IJssel EMD te Krimpen aan den IJssel.
Onderzoek ter terechtzitting
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
13 augustus 2020.
Tegen voormeld vonnis is namens de verdachte hoger beroep ingesteld.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkend tot
niet-ontvankelijkverklaring van de verdachte in het hoger beroep op grond van artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering (Sv).
Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep
Blijkens de akte intrekken hoger beroep van 16 juli 2020 wenst de verdachte het hoger beroep niet te handhaven. Intrekking van het hoger beroep was niet meer mogelijk, nu het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep reeds op een eerdere zitting van het hof was aangevangen. Het hof leidt evenwel uit de akte intrekking van het hoger beroep af dat de verdachte zijn oorspronkelijke bezwaren tegen het vonnis niet langer wenst te handhaven. Nu het hof ook overigens niet is gebleken van enig rechtens te respecteren belang dat is gediend met enig onderzoek van de zaak, zal de verdachte niet-ontvankelijk worden verklaard in het ingestelde hoger beroep, gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.
BESLISSING
Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. C.N. Dalebout, mr. J.H.C. van Ginhoven en mr. J.J.J. Schols, in tegenwoordigheid van
mr. S. Bonset, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 13 augustus 2020.
mr. J.H.C. van Ginhoven is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.