
Uitspraken
Zoekresultaat - inzien document
ECLI:NL:GHAMS:2019:846
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 06-03-2019
- Datum publicatie
- 14-06-2019
- Zaaknummer
-
23-003379-18
- Rechtsgebieden
-
Strafrecht
- Bijzondere kenmerken
-
Raadkamer
- Inhoudsindicatie
-
vast beginnen met TBS behandeling in plaats van voorlopige hechtenis?
- Vindplaatsen
-
Rechtspraak.nl
- Verrijkte uitspraak
Uitspraak
23-003379-18
GERECHTSHOF AMSTERDAM,
MEERVOUDIGE STRAFKAMER, RAADKAMER
BESCHIKKING op het verzoek strekkende tot schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte:
[appellant]
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1993,
zonder vaste woon- of verblijfplaats hier te lande,
thans verblijvende in Justitieel Complex Zaanstad te Westzaan.
De feiten en de rechtsgang
Het hof heeft gezien het verzoek strekkende tot schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte. Het hof heeft voorts kennisgenomen van de stukken betrekking hebbend op de
voorlopige hechtenis van de verdachte en het vonnis van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, van 20 september 2018.
Het hof heeft bij de behandeling in raadkamer op 6 maart 2019 gehoord de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door diens raadsman mr. A.W. Syriƫr.
De beoordeling
Namens de verdachte is schorsing van de voorlopige hechtenis gevraagd om de verdachte in de gelegenheid te stellen alvast te beginnen aan zijn behandeling in het kader van een TBS met dwangverpleging, opgelegd in een andere strafzaak.
De advocaat-generaal verzet zich hiertegen.
Het hof ziet geen mogelijkheid voor toewijzing van het verzoek. Onduidelijk is in welke setting de TBS met dwangverpleging dient plaats te vinden. Daarbij komt dat op dit moment er geen sprake van is dat er al ergens een behandelplek voor de verdachte zou worden vrijgehouden, of beschikbaar is. Ook bestaat de mogelijkheid dat in deze zaak (andermaal) een TBS met dwangverpleging zal worden opgelegd. In dat geval komt de eerdere TBS van rechtswege te vervallen en zou de verdachte de eventueel dan in die zaak aangevangen behandeling weer moeten staken om opnieuw beoordeeld en geplaatst te worden.
De raadsman heeft subsidiair verzocht de behandeling van dit verzoek aan te houden opdat alsnog een plaats gezocht zou kunnen worden. Ook hiervoor ziet het hof geen aanleiding. De plaatsingsprocedure in het geval van een TBS met dwangverpleging dient zorgvuldig en met in achtneming van alle omstandigheden van het geval plaats te vinden en kan niet tussendoor zijn beslag krijgen.
23-003379-18
De beslissing
Het hof:
WIJST AF het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.
Deze beschikking is gegeven op 6 maart 2019 in raadkamer van dit hof door
mr. J.L. Bruinsma, voorzitter,
mrs. E. van Die en H.F. van Kregten, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. S.A.M. Borg als griffier.
De advocaat-generaal bij dit gerechtshof brengt vorenstaande beschikking ter kennis van de verdachte.
Amsterdam, 6 maart 2019,
de advocaat-generaal