8. Motivering straf
Bij de beslissing over de straf die aan de verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze feiten zijn begaan, alsmede de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
In het bijzonder heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte is in juli 2013 op zeventienjarige leeftijd uitgereisd naar Syrië. Zij heeft zich een lange tijd schuldig gemaakt aan deelname aan de terroristische organisatie IS en heeft zich tot de val van het kalifaat opgehouden in door IS gecontroleerde gebieden. Vast staat dat IS tot doel heeft het omverwerpen van het regime van Assad en het vestigen van een islamitische staat. Vast staat ook dat het geweld dat deze terroristische organisatie gebruikt om zijn doel te bereiken buitengewoon wreed is en dat er jegens andersdenkenden ernstige mensenrechtenschendingen worden gepleegd zoals standrechtelijke executies, moord, martelingen en verminking van krijgsgevangenen en van burgers. Veel van die misdrijven worden bovendien gepleegd met het uitdrukkelijke doel de bevolking in deze gebieden vrees aan te jagen en zijn daarmee ontegenzeggelijk terroristische misdrijven. Ten slotte wordt terrorisme internationaal gezien als een van de ernstigste misdrijven.
Daarnaast heeft de verdachte zich het gedachtengoed van IS eigen gemaakt, in het strijdgebied in Syrië verbleven, zich aangesloten bij IS en haar echtgenoot, die lid was van IS, heeft gefaciliteerd, propaganda voor IS gevoerd via social media, getracht anderen te bewegen af te reizen naar Syrië en vuurwapens voorhanden gehad.
Met betrekking tot de persoon van de verdachte heeft de rechtbank acht geslagen op een uittreksel justitiële documentatie van 15 januari 2021 waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld.
De rechtbank heeft voorts acht geslagen op de inhoud van het over de verdachte uitgebrachte Pro Justitiarapport van psychiater [naam psychiater] , klinisch psycholoog [naam klinisch psycholoog] en forensisch milieuonderzoeker [naam forensisch milieuonderzoeker] , gedateerd 22 juli 2020.
De rapporteurs komen tot de conclusie dat er geen aanwijzingen zijn voor de aanwezigheid van een psychiatrische problematiek in engere zin, ontwikkelings- of persoonlijkheidsproblematiek bij de verdachte in de periode voorafgaand aan haar vertrek naar Syrië. Tijdens haar verblijf in Syrië heeft zij door de blootstelling aan traumatische gebeurtenissen weliswaar een posttraumatische stressstoornis en een somatisch-symptoomstoornis ontwikkeld, maar niet kan worden aangegeven in welke mate en op welke manier dit van invloed is geweest op de door haar gemaakte keuzes. Nu er geen verband tussen de stoornissen en het ten laste gelegde aantoonbaar is, kan het ten laste gelegde haar worden toegerekend. Na de terugkeer uit het IS-strijdgebied is bij de verdachte sprake van ontgoocheling en spijt. Het risico om opnieuw naar Syrië uit te reizen wordt als laag geschat. Het risico dat betrokkene (opnieuw) radicale netwerken gaat opzoeken en zich actief bezig gaat houden met radicale ideologie wordt als matig beoordeeld.
De rechtbank neemt de conclusies over en maakt die tot de hare.
Verder heeft de rechtbank acht geslagen op het over de verdachte uitgebrachte reclasseringsadvies gedateerd 5 februari 2021 van [naam reclasseringsmedewerker 1] en [naam reclasseringsmedewerker 2] , reclasseringswerkers bij Reclassering Nederland. Het reclasseringsrapport houdt onder meer in dat de reclassering zorgen heeft over de probleemhantering van de verdachte en over het sociale netwerk waarin zij zich heeft begeven. De reclassering adviseert een (gedeeltelijk) voorwaardelijke straf op te leggen met daaraan gekoppeld bijzondere voorwaarden en de dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden en het toezicht.
De verdachte heeft verklaard bereid te zijn zich aan de bijzondere voorwaarden te houden.
In het voordeel van de verdachte houdt de rechtbank rekening met de jeugdige leeftijd van de verdachte toen zij zich aansloot bij IS. In het nadeel van de verdachte weegt de lengte van haar verblijf in Syrië. Zij heeft jarenlang verbleven in het strijdgebied zonder serieuze pogingen om te vertrekken.
Gelet op de ernst van de feiten en de lengte van het verblijf van de verdachte in Syrië is de rechtbank van oordeel dat een gevangenisstraf van substantiële duur passend en geboden is.
De rechtbank houdt ook rekening met het volgende. De verdachte is geboren en opgegroeid in Nederland en is op 17 jarige leeftijd, mede onder invloed van anderen, zeer tegen de wens van haar familie, uitgereisd naar Syrië. En alhoewel zij heeft zich aangesloten bij IS en een bijdrage heeft geleverd aan de daden van IS, is er ook sprake van een onvolwassen en impulsieve daad en heeft zij de gevolgen van haar daad niet overzien.
In Syrië is zij moeder geworden van twee kinderen. Zij heeft, zoals onder meer blijkt uit de rapportages van de Raad voor de Kinderbescherming, onder heel moeilijke omstandigheden heel goed voor haar kinderen gezorgd en een hechte band met hen opgebouwd. Haar kinderen zijn bij aankomst in Nederland van haar gescheiden, onder toezicht geplaatst en zijn woonachtig bij de zus van de verdachte. De Minister heeft, tegen het advies van het Openbaar Ministerie in en voordat er een strafrechtelijke veroordeling is, de Nederlandse nationaliteit ingetrokken en haar tot ongewenst vreemdeling verklaard. Dat betekent dat de verdachte niet in Nederland woonachtig mag zijn als zij vrij komt. Welke gevolgen dat heeft voor haar kinderen, die de Nederlandse nationaliteit wel bezitten, is thans onduidelijk.
De rechtbank zal bij het bepalen van de straf dan ook rekening houden met de belangen van de kinderen van de verdachte nu die de Nederlandse nationaliteit bezitten en dit direct raakt aan de belangen van de verdachte. De rechtbank zal de verdachte opleggen een gevangenisstraf voor de duur van 48 maanden, waarvan 16 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar. De rechtbank heeft bij het vaststellen van deze strafmodaliteit acht geslagen op de hiervoor vermelde belangen van de kinderen van de verdachte zulks mede gelet op de (huidige) nationaliteitsstatus van de verdachte. Aan het voorwaardelijk deel zullen de bijzondere voorwaarden worden verbonden zoals geformuleerd door de reclassering. De rechtbank acht geen termen aanwezig om de door de officier van justitie gevorderde gedragsbeïnvloedende maatregel ex artikel 38z Sr op te leggen.
De rechtbank is van oordeel dat, gelet op de aard van het delict en de omstandigheden waaronder dit is begaan, blijkend uit de diverse bovenvermelde rapportages, er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat de verdachte wederom een misdrijf zal begaan dat gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen. De rechtbank zal daarom de dadelijk uitvoerbaarheid bevelen van de opgelegde bijzondere voorwaarden.
11. Beslissing
De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte het de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 48 (achtenveertig) maanden;
bepaalt dat van de gevangenisstraf een gedeelte, groot 16 (zestien) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op 3 jaar;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd een bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als algemene voorwaarde:
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
stelt als bijzondere voorwaarden:
1. de veroordeelde zal zich melden bij Reclassering Nederland op het adres [adres reclassering] te [locatie reclassering] , zolang en frequent de reclassering dat noodzakelijk vindt. De veroordeelde dient op een constructieve wijze mee te werken aan gesprekken en openheid van zaken te geven over de door de reclassering bepaalde gespreksonderwerpen;
2. de veroordeelde zal zich niet begeven op de internationale luchthavens Schiphol, The Hague Airport, Eelde, Eindhoven en Maastricht, zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt. De veroordeelde dient op 2 kilometer afstand van de landsgrenzen te blijven en gaat niet naar het buitenland zonder toestemming van de reclassering. Tevens wordt het de veroordeelde verboden om op of in de nabijheid van het adres van haar zus (pleegouders van haar kinderen) te komen zonder toestemming van de Reclassering (in samenspraak met Jeugdzorg), dit betreft het adres
[adres] , [postcode 1] te [plaats 1] en op of in de nabijheid van de school van de kinderen, te weten [naam school] school, [adres school] , [postcode school] te [locatie school] . De veroordeelde dient medewerking te verlenen aan elektronische controle op dit locatieverbod.
3. de veroordeelde zal gedurende het toezicht op vooraf vastgestelde tijdstippen aanwezig zijn op het verblijfadres [verblijfadres] , [postcode 2] [plaats 2] , zolang het Openbaar Ministerie dat nodig vindt. De reclassering stelt de precieze tijdstippen vast, in overleg met de veroordeelde en afhankelijk van de dagbesteding. Op doordeweekse dagen met dagbesteding heeft de veroordeelde een aaneengesloten blok van twaalf (12) uur dat zij niet op het verblijfadres hoeft te zijn. Zonder dagbesteding is dat twee (2) uur. In de weekenden heeft de veroordeelde een aaneengesloten blok van vier (4) uur per dag vrij te besteden. Het Openbaar Ministerie kan op verzoek van de reclassering de genoemde bloktijden veranderen. De veroordeelde dient medewerking te verlenen aan elektronische controle op dit locatiegebod. Een ander adres voor het locatiegebod is slechts mogelijk als de reclassering daarvoor toestemming geeft;
4. de veroordeelde zal op geen enkele wijze – direct of indirect – contact hebben met:
[naam persoon 8] , geboren op [geboortedatum 8]
[naam persoon 1] , geboren op [geboortedatum 1]
[naam persoon 9] , geboren op [geboortedatum 9]
[naam persoon 10] , geboren op [geboortedatum 10]
[naam persoon 5]
[naam persoon 11]
[naam persoon 2]
[naam persoon 7]
[naam persoon 12] , geboren op [geboortedatum 12]
De politie ziet toe op handhaving van dit contactverbod;
5. de veroordeelde zal haar medewerking verlenen aan gesprekken met een door de reclassering aan te wijzen externe theologisch deskundige;
6. de veroordeelde zal ter controle van de onder 2 en 3 genoemde voorwaarden gebruik maken van door Reclassering Nederland aangewezen technische hulpmiddelen ter ondersteuning van het elektronisch toezicht, na ingang van de proeftijd, of zoveel korter als de reclassering verantwoord vindt;
verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven genoemde bijzondere voorwaarden
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht;
geeft aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
beveelt dat de genoemde bijzondere voorwaarden en het aan genoemde reclasseringsinstelling opgedragen toezicht dadelijk uitvoerbaar zijn;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. J. van der Groen, voorzitter,
mr. A. Boer en mr. D. van Putten, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. D. Ince, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 12 april 2021.
Tekst nader omschreven tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
zij op één of meerdere tijdstippen in de periode van 21 november 2013 tot en met
30 oktober 2019 in één of meer plaats(en) in Syrië en/of Irak,
tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen,
heeft deelgenomen aan een (terroristische) organisatie, te weten Islamitische
Staat (IS), dan wel, Islamic State of Iraq and Shaam (ISIS) of Islamic State of
Iraq and Levant (ISIL), althans (telkens) een aan IS gelieerde organisatie,
althans (een) organisatie die de gewapende Jihadstrijd voorstaat/voorstaan, welke organisatie tot oogmerk had en/of heeft het plegen van terroristische misdrijven, te weten,
A. het opzettelijk brand stichten en/of een ontploffing teweegbrengen, terwijl
daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel
en/of levensgevaar voor een ander te duchten is en/of dit feit iemands dood ten
gevolge heeft (zoals bedoeld in artikel 157 Wetboek van Strafrecht), (te)
begaan met een terroristisch oogmerk en/of
B. doodslag (te) begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in
artikel 288a van het Wetboek van Strafrecht) en/of
C. moord (te) begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel
289/289a jo. 83 van het Wetboek van Strafrecht) en/of
D. de samenspanning en/of opzettelijke voorbereiding van en/of bevordering tot
eerder vermelde misdrijven (zoals bedoeld in artikel 176a en/of 289a en/of
96 lid 2 van het Wetboek van Strafrecht) en/of
E. het voorhanden hebben van een of meerdere wapens en/of munitie van de
categorieën II en/of III (zoals bedoeld in artikel 26 lid 1 van de Wet wapens
en munitie) (te) begaan met een terroristisch oogmerk en/of met het oogmerk om
een terroristisch misdrijf voor te bereiden of gemakkelijk te maken (zoals
bedoeld in artikel 55 lid 1 en/of lid 5 van de Wet wapens en munitie).
2.
zij op één of meerdere tijdstippen in de periode van 21 november 2013 tot en met
30 oktober 2019 in één of meer plaats(en) in Syrië en/of Irak,
tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, telkens
met het oogmerk om ter voorbereiding en/of ter bevordering van de/het
(meermalen) te plegen misdrij(f) (ven):
- het opzettelijk brand stichten en/of een ontploffing teweegbrengen, terwijl
daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel
en/of levensgevaar voor een ander te duchten is en/of dit feit iemands dood ten
gevolge heeft, (te) begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in
artikel 157 jo 176a van het Wetboek van Strafrecht) en/of
- doodslag (te) begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel
288a van het Wetboek van Strafrecht) en/of
- moord (te) begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel 289(a)
jo 83 van het Wetboek van Strafrecht)
- een ander heeft trachten te bewegen om het misdrijf te plegen, te doen plegen
of mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe gelegenheid,
middelen of inlichtingen te verschaffen en/of
- gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van het misdrijf aan
zichzelf of aan anderen heeft verschaft en/of
- voorwerpen voorhanden heeft gehad waarvan zij wist dat zij bestemd waren tot
het plegen van het misdrijf
immers heeft/hebben zij, verdachte, en/of haar mededader(s)
A. zich het radicaal extremistisch gedachtegoed van de gewapende Jihadstrijd
met een terroristisch oogmerk, gevoerd door de (terroristische) organisatie
zoals de Islamitische Staat (verder IS), dan wel Islamic State of Iraq and
Shaam (ISIS) of Islamic State of Iraq and Levant (ISIL), althans een aan
voornoemde organisatie(s) gelieerde Jihadistische strijdgroep, althans (een)
organisatie die de gewapende Jihadstrijd voorstaat, eigen gemaakt en/of
B. zich laten informeren over het afreizen naar en/of verblijven in het
strijdgebied in Syrië en/of Irak en/of
C. de reis naar Syrië en/of Irak gemaakt teneinde zich te begeven naar het
strijdgebied, althans naar door een terroristische organisatie, zoals
IS(IS/IL), gecontroleerd gebied en/of (gedurende enige tijd) verbleven in
bedoeld (strijd)gebied in Syrië en/of Irak en/of
D. zich gevoegd bij één of meer mededader(s) en/of IS(IS/IL) strijder(s),
althans (telkens) perso(o)n(en) gelieerd aan (een) terroristische organisatie(s) die de gewapende Jihadstrijd voorstaat en/of is zij, verdachte (op Islamitische wijze), een
huwelijk aangegaan met (een) IS(IS/IL) strijder(s), althans een persoon die
(eveneens) deelnam aan een terroristische organisatie die de gewapende
Jihadstrijd voorstaat en/of
E. met één of meer mededader(s) in Syrië en/of Irak deelgenomen en/of
bijgedragen aan de gewapende Jihadstrijd gevoerd door de (terroristische)
organisatie IS(IS/IL), althans (een) aan IS(IS/IL) gelieerde terroristische
organisatie, althans (een) terroristische organisatie die de gewapende
Jihadstrijd voorstaat en/of
F. zich (middels internet / social media(kanalen) / mediaplatform(s))
geuit en/of met (een) ander(en) perso(o)n(en) gechat/gecommuniceerd en/of
berichten en/of afbeeldingen geplaatst en/of gedeeld, met betrekking tot en/of
inhoudende (onder meer) (gewelddadig) jihadistisch getinte en/of
(pro)IS-gerelateerde content/propaganda en/of geïnformeerd naar en/of
gevraagd om (één of meer) (vuur)wapen(s) en/of
G. in Syrië en/of Irak (één of meer) (automatisch(e)) (vuur)wapen(s) gebruikt
en/of gedragen en/of voorhanden gehad,
in welke gewapende Jihadstrijd moord en/of doodslag en/of brandstichting
en/of het teweegbrengen van ontploffingen worden gepleegd, telkens met een
terroristisch oogmerk;
welke gedragingen en/of voorwerp(en) en/of informatie al dan niet in combinatie
met elkaar, kennelijk bestemd waren tot het in vereniging en/of alleen begaan van
dat/die misdrijf/misdrijven.