Uitspraken

Team Toezicht - Faillissementen

Zittingsplaats Almelo

Faillissementsnummer: F/08/21/158

Rechtbank Overijssel, enkelvoudige kamer voor burgerlijke zaken.

Bij vonnis van deze rechtbank en kamer van 2 november 2021 is

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

De Zorgstal B.V.,

gevestigd en kantoorhoudende te [plaats], [adres],

in staat van faillissement verklaard.

mr. G.W. Weenink, advocaat te Almelo, is bij gemeld vonnis van 2 november 2021 tot curator aangesteld.

De rechter-commissaris heeft een voordracht gedaan om de burgemeester van de gemeente Hardenberg, de heer M.W. Offinga, tot mede-curator aan te stellen. De voordracht van de rechter-commissaris luidt als volgt:

De Zorgstal biedt vierentwintig uursbegeleiding aan zeven uiterst kwetsbare personen, die te kampen hebben met complexe psychiatrische ziektebeelden. Als gevolg van het faillissement dreigt op zeer korte termijn niet alleen de zorg en begeleiding aan deze mensen weg te vallen, maar zullen zij tevens hun woonruimte bij De Zorgstal moeten verlaten. Doordat de curator vastloopt in een wirwar van wet- en regelgeving en door diverse instanties van het kastje naar de muur wordt gestuurd is het ondanks de inspanningen van de curator tot op heden niet gelukt om deze dreigende situatie af te wenden. Aangezien het hier inwoners van de gemeente Hardenberg betreft en het mij daarnaast voorkomt dat de burgemeester naast de zorgplicht die hij heeft voor zijn inwoners ook in staat is om spoedig tot een adequate oplossing voor deze groep te komen, verzoek ik u om de heer Maarten Offinga, burgemeester van de gemeente Hardenberg tot medecurator aan te stellen.

De rechtbank is van oordeel dat er voldoende aanleiding is om de burgemeester van de gemeente Hardenberg toe mede-curator aan te stellen. Er is sprake van een groep van zeven zeer kwetsbare personen, die te kampen hebben met complexe psychiatrische ziektebeelden. De betreffende personen lopen het risico dat zij als gevolg van het faillissement verstoken dreigen te raken van zorg en begeleiding en van woonruimte en dat acht de rechtbank niet in het belang van de betreffende personen. De curator heeft weliswaar geen zorgplicht ten aanzien van de betreffende personen maar inspanningen zijnerzijds hebben niet tot een oplossing geleid. De curator ziet dan ook geen mogelijkheden meer om een oplossing te vinden voor deze groep zeer kwetsbare personen. Het betreft inwoners van de gemeente Hardenberg en de burgemeester van die gemeente heeft een zorgplicht voor “zijn” inwoners en hij moet – in tegenstelling tot de curator – beter in staat zijn om op zeer korte termijn tot een adequate oplossing van deze groep kwetsbare personen te komen.

Daar komt bij dat het in het belang van de boedel is, ter voorkoming van mogelijke schade-aanspraken en nodeloze boedelschulden, om een mede-curator te stellen die geacht moet worden in staat te zijn op korte termijn deze problematiek naar behoren aan te pakken.

De rechtbank zal dan ook als volgt beslissen.