5 BEWEZENVERKLARING
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
Op 8 maart 2017 te [woonplaats] , gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd uit de woning gelegen aan de [adres] , met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
- -
een mobiele telefoon en
- -
een bankpas en
- -
een sleutelbos
toebehorende aan [slachtoffer] , welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
en met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van
toebehorende aan die [slachtoffer] ,
welk geweld en bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte,
- -
die [slachtoffer] die woning in heeft geduwd en
- -
een op een vuurwapen gelijkend voorwerp tevoorschijn heeft gehaald en tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft gezet en
- -
dreigend tegen die [slachtoffer] heeft gezegd dat zij haar horloge, armband en ring moest geven en
- -
die [slachtoffer] bij de keel en mond heeft gegrepen ten gevolge waarvan zij geen adem meer kon halen en op de grond is gevallen en
- -
die [slachtoffer] met dat op een pistool gelijkend voorwerp tegen haar gezicht heeft geslagen en
- -
dreigend tegen die [slachtoffer] heeft gezegd dat als zij haar armband niet los kreeg hij, verdachte, haar hand er zou afhakken en
- -
die [slachtoffer] bij de handen heeft vastgepakt en heeft geduwd en vervolgens mee naar boven heeft getrokken en
- -
dreigend tegen die [slachtoffer] heeft gezegd dat zij de kluis moest openmaken en
- -
heeft getracht de voeten van die [slachtoffer] aan elkaar vast te binden en
- -
dat op een pistool gelijkend voorwerp tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft gehouden en daarbij dreigend heeft gevraagd om haar pincode en vervolgens dreigend tegen haar heeft gezegd dat hij zou gaan pinnen en dat zij binnen op hem moest wachten en dat zij de politie niet mocht waarschuwen,
welk feit zwaar lichamelijk letsel bij die [slachtoffer] , te weten twee breuken in de kaak en afgebroken tanden, ten gevolge heeft gehad.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte wordt hiervan vrijgesproken.
12 BESLISSING
- verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 5 jaren;
- bepaalt dat de tijd, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Benadeelde partij [slachtoffer] :
- -
wijst de vordering van [slachtoffer] toe tot een bedrag van € 40.529,64, bestaande uit € 33.029,96 materiële schade en € 7.500,- immateriële schade;
- -
verklaart [slachtoffer] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering;
- -
veroordeelt verdachte tot betaling aan [slachtoffer] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 maart 2017 tot de dag van volledige betaling;
- -
veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- -
legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat
€ 40.529,64 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 maart 2017 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 237 dagen hechtenis;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.K. van Riemsdijk, voorzitter, mr. C.A. de Beaufort en
mr. G. van de Beek, rechters, in tegenwoordigheid van mr. P. Lootsma, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 15 december 2017.
Mr. Van Riemsdijk en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 9 maart 2017 te Almere, althans in het arrondissement
Midden-Nederland, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in/uit de
woning gelegen aan de [adres] ,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
- een mobiele telefoon (iPhone 7) en/of
- een bankpas en/of
- een sleutelbos
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welke
diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of
bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk
om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij
betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door
geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de
afgifte van
- een (witgouden) ring (met diamant) en/of
- een horloge (merk Chopard) en/of
- een armband (merk Cartier)
in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welk geweld en/of bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte,
- die [slachtoffer] die woning in heeft geduwd en/of
- een pistool, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, tevoorschijn
heeft gehaald en/of tegen het hoofd van die [slachtoffer] heeft
gezet/gehouden en/of
- dreigend tegen die [slachtoffer] heeft gezegd dat zij haar horloge,
armband en ring moest geven en/of
- die [slachtoffer] (met kracht) bij de keel en/of de mond heeft
gegrepen/vastgepakt ten gevolge waarvan zij geen adem meer kon halen en/of
op de grond is gevallen en/of
- die [slachtoffer] (met kracht) met dat pistool, althans dat op een
pistool gelijkend voorwerp, in/op/tegen haar gezicht heeft geslagen en/of
- dreigend tegen die [slachtoffer] heeft gezegd dat als zij haar armband
niet los kreeg hij, verdachte, haar hand er zou afhakken en/of
- die [slachtoffer] (met kracht) bij de handen heeft vastgepakt en/of
heeft en/of geduwd en/of (vervolgens) mee naar boven heeft getrokken en/of
- dreigend tegen die [slachtoffer] heeft gezegd dat zij de kluis moest
openmaken en/of
- heeft getracht de voeten van die [slachtoffer] aan elkaar vast te
binden en/of
- dat pistool, althans dat op een pistool gelijkend voorwerp, tegen het hoofd
van die [slachtoffer] heeft gehouden en/of (daarbij) dreigend heeft
gevraagd om haar pincode en/of (vervolgens) dreigend tegen haar heeft gezegd
dat hij zou gaan pinnen en dat zij binnen op hem moest wachten en/of dat zij
de politie niet mocht waarschuwen,
welk feit zwaar lichamelijk letsel bij die [slachtoffer] , te weten twee
breuken in de kaak en/of (een) afgebroken (onder)tand(en), ten gevolge heeft
gehad.
Bijlage: wijziging van de tenlastelegging
Dat in plaats van “9 maart 2017” moet worden gelezen “8 maart 2017”