De kantonrechter is van oordeel dat [verw.9314030/verz.9347757] niet enkel heeft mogen afgaan op hetgeen [verz.9314030/verw.9347757] 18 mei 2021 heeft geuit. Dit wordt in het navolgende uitgelegd.
De nadelen van het eenzijdig nemen van ontslag heeft voor een werknemer ernstige gevolgen, zoals het verlies van werk, inkomen en ontslagbescherming, geen aanspraak op een vergoeding en waarschijnlijk verlies van WW-/ZW-uitkering. Daarom mag de werkgever niet te snel aannemen dat de verklaring van de werknemer is gericht op vrijwillige beëindiging van het dienstverband en moet zij onderzoeken of de werknemer wel echt beëindiging van de arbeidsovereenkomst heeft beoogd en de gevolgen heeft overzien. Dit geldt met name indien een werknemer onverwachts, in een emotionele bui of na een ruzie met de werkgever opzegt. In dit geval kwam de opzegging voor [verw.9314030/verz.9347757] totaal onverwacht, ook in het licht van het WhatsApp bericht van de dag ervoor. Weliswaar bestonden er bij [verz.9314030/verw.9347757] plannen om voor twee dagen per week elders als Praktijkmanager te gaan werken, maar zover was het zeker nog niet. Voor [verw.9314030/verz.9347757] , evenals voor de overige werknemers moet het duidelijk zijn geweest dat [verz.9314030/verw.9347757] op 18 mei 2021 haar mededelingen, boos en deels in tranen, in een emotionele staat heeft gedaan. Mede tegen de achtergrond van het recente overlijden van haar moeder en het WhatsApp bericht van de dag ervoor, waarin zij duidelijk is over de aanleiding van haar verdriet en verontwaardiging over het niet meedoen aan de coaching, moet haar gedrag, maar ook de opzegging, voor [verw.9314030/verz.9347757] aanleiding zijn geweest om heel goed na te gaan of [verz.9314030/verw.9347757] dit inderdaad wilde en of zij de gevolgen overzag. De door [verz.9314030/verw.9347757] afgegeven schriftelijke bevestiging van de opzegging draagt daaraan niet bij omdat vaststaat dat zij dezelfde ochtend op verzoek van een andere medewerker op het kantoor een blanco vel heeft gepakt en daar snel een korte zin op heeft geschreven. Van een zorgvuldige werkgever had mogen worden verwacht dat zij niet de werkelijke wens had afgeleid uit het gedrag van [verz.9314030/verw.9347757] op die ene dag maar [verz.9314030/verw.9347757] een bedenktermijn had gegeven, zeker ook in het geval [verz.9314030/verw.9347757] heeft gezegd dat zij het niet nodig vond. In tegenstelling daartoe heeft [verw.9314030/verz.9347757] de opzegging meteen de dag er na bevestigd en is zij niet in positieve zin ingegaan op het op vrijdag 21 mei 2021door [verz.9314030/verw.9347757] terugkomen op de mededeling.
Die termijn is relatief kort. Daar komt bij dat [verw.9314030/verz.9347757] , zo heeft zij ter zitting verklaard, ook als [verz.9314030/verw.9347757] wel direct op 19 mei 2021 de opzegging had willen herroepen daar niet op in zou zijn ingegaan.
Bij het voorgaande is van belang dat [verz.9314030/verw.9347757] 58 jaar was en het gaat om een 23-jarig dienstverband, [verz.9314030/verw.9347757] kostwinner is en de inkomsten nodig heeft, terwijl er sprake is van een onberispelijk arbeidsverleden.