9. In dit kort geding dient te worden beoordeeld of de in deze zaak aannemelijk te achten omstandigheden een ordemaatregel vereisen dan wel of de vordering van Eisers in een bodemprocedure een zodanige kans van slagen heeft dat het gerechtvaardigd is op de toewijzing daarvan vooruit te lopen door het treffen van een voorziening zoals gevorderd. Het navolgende behelst dan ook niet meer dan een voorlopig oordeel over het geschil tussen partijen.
10. De manier waarop Lieven de Key heeft gereageerd op de feitelijk niet betwiste klachten van haar huurders, hier in de personen van Eisers, kan voorshands zonder meer treurig worden genoemd. Door op de zitting te stellen dat er geen ongelukken zijn gebeurd, hoewel zij niet betwist een liftkooi met een kind erin een paar verdiepingen naar beneden is gestort en zeker tweemaal bewoners door de brandweer uit een lift moesten worden bevrijd, geeft Lieven de Key blijk van onvoldoende begrip voor de ernst van de situatie, al zijn geen ongevallen met lichamelijk letsel te betreuren. Ook is het schokkend dat de lift AK8744 in 2020 is afgekeurd, maar niet buiten bedrijf is gesteld totdat gebreken waren verholpen en herkeuring had plaatsgevonden. Daarop had Lieven de Key als verhuurder moeten toezien. In het licht van het feit dat een lift geruime tijd afgekeurd is geweest en nu uit het verslag van Péron Liftadvies blijkt van ernstige technische gebreken aan de gehele installatie, misstaat het naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter een goed verhuurder om, zoals Lieven de Key doet, zonder enige concretisering, ter zitting te stellen dat storing van de liften kan worden veroorzaakt doordat huurders de lift ‘vasthouden’. Lieven de Key heeft niet betwist dat de twee liften ook wel gelijktijdig zijn uitgevallen.
10. Het moge zo zijn dat Lieven de Key als lid van de VvE niet op eigen gezag herstelwerk-zaamheden kan laten uitvoeren en de kosten daarvan ten laste van de VvE kan brengen. Eisers en de andere huurders mogen daarvan echtere niet de dupe zijn. Zij maken terecht aanspraak op een goed werkend liftsysteem in het gebouw waarin zij een woning huren. Lieven de Key heeft de meerderheid van de stemmen binnen de VvE en had die positie kunnen en, naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter ook moeten, gebruiken om uiterlijk in maart 2021 een ALV bijeen te roepen om de gerezen situatie en de te nemen maatregelen te bespreken. Op grond van het bepaalde in artikel 2:41 lid 2 BW heeft zij daartoe, als houdster van meer dan 10% van de stemmen, het recht. In het geval de VvE negatief op haar voorstellen tot herstel zou beslissen, had Lieven de Key op grond van artikel 5:130 lid 1 BW het oordeel van de kantonrechter over dat besluit hebben kunnen vragen. Dat zou het geheel hebben kunnen bespoedigen en Eisers ervan hebben kunnen overtuigen dat Lieven de Key oog voor hun klachten heeft en daar ook werkelijk iets aan doet.
10. Dat gezegd zijnde komen de vorderingen van Eisers aan de orde. Lieven de Key zal worden veroordeeld om de hiervoor onder 2.I. genoemde concrete werkzaamheden uit te voeren. Zij heeft wel aangevoerd, maar niet onderbouwd, dat een aantal daarvan al zijn uitgevoerd. Als dat zo blijkt te zijn zal daarmee bij de tenuitvoerlegging van dit vonnis rekening gehouden moeten worden. Tijdens de zitting is duidelijk geworden dat Eisers en Lieven de Key het niet eens zijn over de wijze waarop de liftput waterdicht moet worden gemaakt. Lieven de Key meent, na overleg binnen de VvE, dat het afkitten van de hoeken aan de binnenzijde voldoende is. Eisers wijzen naar het hiervoor onder 1.9 en 1.10 genoemde rapport van Péron Liftadvies, waar staat dat afkitten juist niet afdoende is om na hevige regenval het grondwater buiten de liftput te houden. Dit verschil van inzicht houdt mogelijk verband met een andere visie op de oorzaak van de waterschade in de liftput. Lieven de Key spreekt over vanaf de begane grond binnen-dringende sneeuw en regenwater, Péron Liftadvies gaat kennelijk uit van binnen-dringend grondwater. Dit kort geding is niet de plaats om dat uit te zoeken zodat de wijze waarop de liftput waterdicht wordt gemaakt voorshands aan Lieven de Key wordt overgelaten.
10. Het is te betreuren dat sinds de eerste in deze procedure genoemde klachten bij Lieven de Key zijn gemeld, zoveel maanden zijn verstreken voordat er serieus werk van het oplossen ervan wordt gemaakt. Dat betekent echter niet dat alles nu binnen de onrede-lijk korte termijn van 14 dagen na vonnisdatum, zoals is gevorderd, klaar moet zijn én binnen 30 dagen ook een keuring door een onafhankelijke liftexpert moet hebben plaatsgevonden. De kantonrechter zal de vordering toewijzen zoals hierna wordt gespecificeerd.
10. Ten aanzien van de gevorderde dwangsom wordt als volgt overwogen.
Eisers hebben gevorderd dat Lieven de Key zal worden veroordeeld om al het nodige te doen om de beide liften deugdelijk en veilig te laten functioneren. Een dwangsom past niet bij de inspanningsverplichting die daaruit voortvloeit, Dit onderdeel van de vordering zal dan ook worden afgewezen.
10. Lieven de Key dient als de in het ongelijk gestelde partij met de proceskosten te worden belast.