Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:RBAMS:2020:3494

Rechtbank Amsterdam
17-07-2020
24-07-2020
C/13/686267 / KG ZA 20-575 AB/MvG
Civiel recht
Kort geding

Een huurder van een groot hotel (met wellness center en zwembad), drie restaurants, een nachtclub en een winkelruimte in Amsterdam mag een deel van de huurprijs opschorten op voorwaarde dat zij op korte termijn een bodemprocedure start, zo oordeelde de voorzieningenrechter.

Rechtspraak.nl
INS-Updates.nl 2020-0225
WR 2020/107

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht, voorzieningenrechter civiel

zaaknummer / rolnummer: C/13/686267 / KG ZA 20-575 AB/MvG

Vonnis in kort geding van 17 juli 2020

in de zaak van

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

PALACE HOTEL OPERATIONAL B.V.,

2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

B&F PALACE AMSTERDAM B.V.,

beide gevestigd te Amsterdam,

eiseressen in conventie bij dagvaarding op verkorte termijn van 2 juli 2020,

verweersters in reconventie,

advocaat mr. V.G.J. Boumans te Amsterdam,

tegen

de vennootschap naar Duits recht

DEKA IMMOBILIEN INVESTMENT GMBH,

gevestigd te Frankfurt am Main (Duitsland),

gedaagde in conventie,

eiseres in reconventie,

advocaten mrs. Ch.G.A. van Rijckevorsel en J.M. Berendsen te Amsterdam.

Eiseressen zullen hierna gezamenlijk Palace Hotel worden genoemd en gedaagde Deka.

1 De procedure

Op de mondelinge behandeling van 10 juli 2020 te 10.00 uur heeft Palace Hotel haar vorderingen toegelicht. Deka heeft verweer gevoerd aan de hand van een op voorhand ingediende conclusie van antwoord en tevens tegenvorderingen ingediend. Palace Hotel heeft de tegenvorderingen bestreden. Beide partijen hebben producties en een pleitnota in het geding gebracht. Vonnis is bepaald op heden.

Deka heeft een conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie en producties ingediend, die op 9 juli 2020 te 09.57 uur door de rechtbank zijn ontvangen. Palace Hotel heeft aangevoerd dat de producties en de eis in reconventie van Deka buiten beschouwing moeten worden gelaten, omdat zij die op 9 juli 2020 te 10.27 uur en dus niet 24 uur voor de zitting heeft ontvangen. Ter zitting is beslist dat de producties en de eis in reconventie worden toegelaten, omdat Palace Hotel door de iets te late ontvangst niet in haar processuele belangen wordt geschaad.

Op de mondelinge behandeling waren aanwezig:

- aan de zijde van Palace Hotel: [naam 1] , General Counsel, [naam 2] , en
mr. Boumans,

- aan de zijde van Deka: [naam 3] , Senior Asset Manager Netherlands, met
mrs. Van Rijckevorsel en Berendsen.

2 De feiten

2.1.

Palace Hotel huurt met ingang van 6 oktober 2017 van Deka twee tegenover elkaar gelegen panden aan de Spuistraat in Amsterdam. Palace Hotel exploiteert daarin het W Hotel, drie restaurants, een winkelruimte en een nachtclub. Het

W hotel heeft verschillende wellness- en fitnessfaciliteiten en een zwembad. De tussen partijen gesloten huurovereenkomst eindigt op 31 december 2040. Palace Hotel betaalt thans een huur van € 580.255,00 exclusief btw per maand, te vermeerderen met een percentage van de omzet. Met ingang van 1 oktober 2020 bedraagt de maandelijkse huur € 833.333,33 exclusief btw per maand, eveneens te vermeerderen met een percentage van de omzet. De huurprijs wordt jaarlijks geïndexeerd.

2.2.

Op de huurovereenkomst zijn de algemene bepalingen ROZ versie 2012 van toepassing. In artikel 25.1 van deze algemene bepalingen staat dat Palace Hotel geen recht heeft op enige opschorting, korting, aftrek of verrekening.
In de huurovereenkomst staat, voor zover van belang, het volgende:

Triple Net Basis designation of the lessee as being solely responsible for all the costs relating to the leased Property comprising (i) all (net) real estate taxes, levies, burdens, duties, etc., (ii) all (net) building insurances and (iii) all (net) maintenance, repairs, replacement and renewal as further elaborated in Clause (…)

(…)

8.8

The Parties declare that the Triple Net Basis has been taken into account in the

determination of the rent as referred to in Clause 4.1. The Parties declare that

the exclusion of the Lessee’s right to seek rent reduction and/or repair from the

Lessor and maintenance and/or compensation from the Lessor as a result of a

defect that has arisen has been taken into account in the determination of the rent

as referred to in Clause 4.1.

2.3.

Deka heeft het gehuurde op 6 oktober 2017 in eigendom gekregen voor een koopsom van € 260.000.000,00 via een sale-and-lease-backtransactie, op grond waarvan zij het heeft gekocht van ondernemingen die tot dezelfde groep vennootschappen behoren als Palace Hotel.

2.4.

Deka is een investeerder in registergoederen die zijn ondergebracht in beleggingsfondsen zonder rechtspersoonlijkheid naar Duits recht. Zij belegt in haar hoedanigheid van fondsbeheerder vermogen van derden.

2.5.

De dagelijkse operationele gang van zaken in het gehuurde is door Palace Hotel uitbesteed aan Marriott.

2.6.

In verband met het coronavirus zijn de restaurants in het gehuurde van 15 maart (18.00 uur) tot en met 31 mei 2020 op last van de overheid gesloten geweest. Het W Hotel hoefde niet op last van de overheid te worden gesloten, maar is wegens de wegvallende omzet op 18 maart 2020 door Palace Hotel zelf gesloten. De wellness- en fitnesfaciliteiten en het zwembad in het W Hotel moesten wel van overheidswege dicht.

2.7.

Palace Hotel heeft sinds 1 april 2020 geen huur meer betaald.

2.8.

Partijen hebben overlegd over huurvermindering, maar zijn daar niet uit gekomen.

3 Het geschil in conventie

3.1.

Palace Hotel vordert, samengevat en na vermeerdering van eis:

I. de huurprijs van het gehuurde over de periode 12 maart tot en met 15 juni 2020 te verlagen met 100%, althans met een in goede justitie te bepalen percentage, en over de periode 16 juni tot en met 31 december 2020, althans voor de duur van een in goede justitie te bepalen periode, te verlagen met 75%, althans met een in goede justitie te bepalen percentage, althans haar te ontslaan van haar betalingsverplichting uit de huurovereenkomst voor de hiervoor genoemde percentages en periodes;

II. dat Deka dient te gehengen en te gedogen dat de resterende huurpenningen, die Palace Hotel op basis van het onder I. gevorderde nog zou dienen te betalen over de periode april tot en met december 2020, door haar uitgesteld worden voldaan aan Deka in 60 gelijke maandelijkse termijnen, althans in goede justitie te bepalen termijnen, te starten op 1 januari 2023, althans op een in goede justitie te bepalen termijn;

III. Deka te verbieden, op straffe van een dwangsom, om volledige betaling te verlangen van de huur over april tot en met december 2020, althans om van Palace Hotel betaling te verlangen van de huur over deze maanden voor zover die het onder I. en II. toegewezen bedrag of percentage aan huurprijsvermindering te boven gaat;

IV. Deka te verbieden, op straffe van een dwangsom, om bezwarende rechtsmaatregelen te treffen voor door Palace Hotel op grond van dit vonnis onbetaald gelaten huurpenningen over april tot en met december 2020;

V. Deka te verbieden, op straffe van een dwangsom, om een boete of rente in rekening te brengen voor door Palace Hotel op grond van dit vonnis onbetaald gelaten huurpenningen;

VI. voorwaardelijk, voor het geval wordt geoordeeld dat het onder I. tot en met V. gevorderde alleen in een bodemprocedure kan worden toegewezen, om aan een veroordeling van Deka de voorwaarde te verbinden dat Palace Hotel binnen een maand na het wijzen van dit vonnis een bodemprocedure aanhangig maakt;

VII. Deka te veroordelen in de proces- en nakosten.

3.2.

Palace Hotel stelt daartoe het volgende. Door de verplichte sluiting van het gehuurde is sprake (geweest) van een gebrek op grond waarvan zij aanspraak maakt op evenredige huurvermindering ten opzichte van het verminderde huurgenot, dan wel zij de huurovereenkomst partieel kan ontbinden. Omdat Palace Hotel het gehuurde van 12 maart tot en met 15 juni 2020 niet heeft kunnen gebruiken, heeft zij over die periode recht op een huurprijsvermindering van 100%. Palace Hotel kan het W Hotel en de restaurants - na de heropening van de horeca op 1 juni 2020 - vanwege de 1,5 meter eis slechts beperkt exploiteren. Weliswaar zijn toeristen van binnen de EU vanaf 15 juni 2020 weer welkom, maar de meeste toeristen van buiten de EU worden nog geweerd. W Hotel ontvangt normaal vooral zakenlieden uit de Verenigde Staten, die echter nog niet welkom zijn. Ook na 15 juni 2020 heeft Palace Hotel dus niet het volledige huurgenot van het gehuurde, zodat zij recht heeft op een huurprijsvermindering van 75% vanaf 16 juni tot en met 31 december 2020.

De coronacrisis is een onvoorziene omstandigheid, die van dien aard is dat Deka naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid de huurovereenkomst niet ongewijzigd in stand mag laten. Anders dan Deka in dat kader meent hebben partijen met de Triple Net Basis-bepaling in de huurovereenkomst niet beoogd de gevolgen van de coronacris en onvoorziene omstandigheden bij Palace Hotel neer te leggen. Dit volgt niet uit die bepaling en is ook niet de bedoeling geweest van partijen. Een beroep op onvoorziene omstandigheden kan niet contractueel worden uitgesloten. Volledige huurbetaling is naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar.

De overheidsmaatregelen in Nederland en in het buitenland hebben een grote impact op restaurants en hotels. Het feit dat de verplichte sluiting van horeca niet gold voor hotels, doet daar niet aan af. Door de maatregelen heeft W Hotel sinds halverwege maart 2020 geen omzet meer gemaakt, terwijl de huurverplichting en de managementfees aan Marriott doorlopen. Ook na de versoepelingen van de maatregelen komt hotelbezoek niet en restaurantbezoek maar langzaam op gang. Palace Hotel verwacht dat het toerisme in 2020 en 2021 niet zal herstellen naar een niveau van voor Corona. De totale omzetdaling over 2020 wordt begroot op circa
€ 25,5 miljoen. Palace Hotel verwacht met een bezettingsgraad van niet meer dan 25% over het gehele jaar 2020 een totaal verlies op het hotel en de restaurants te lijden van ongeveer € 9,4 miljoen. Zij heeft om het W hotel in de lucht te kunnen houden en ontslag van personeel te voorkomen een bedrag van € 319.000,00 aan Marriott ter beschikking moeten stellen uit een reserve die voor onderhoud is bedoeld en verwacht daartoe voor de rest van het jaar nog € 600.000,00 nodig te hebben. Ook in 2021 verwacht Palace Hotel verlies te lijden, omdat weinig tot geen toeristen naar Nederland zullen komen. Ofschoon Palace Hotel gebruik heeft gemaakt van de door de overheid ingestelde maatregelen en hulp en daarnaast een groot aantal kostenbesparende maatregelen heeft genomen, heeft zij een verlaging van haar huisvestingskosten nodig om deze periode te kunnen overleven.

3.3.

Volgens Deka heeft Palace Hotel geen spoedeisend belang, omdat zij onvoldoende heeft laten zien dat zij afstreeft op een faillissement als zij aan haar betalingsverplichting wordt gehouden en daarom een uitspraak in de bodemprocedure niet kan afwachten.

De vorderingen om de huurprijs te verminderen en de huurovereenkomst partieel te ontbinden verdragen zich niet met het voorlopig karakter van een kortgedingprocedure, waarin geen plaats is voor constitutieve beslissingen.

De overheidsmaatregelen leveren geen gebrek op. Voor zover wel sprake is van een gebrek, geldt dit alleen voor de restaurants. In de huurovereenkomst en in de samenstelling van de huurprijs is namelijk onderscheid gemaakt tussen het W Hotel en de restaurants. Het W Hotel en de restaurants opereren los van elkaar en kunnen afzonderlijk open en dicht zijn. Hotels zijn niet verplicht gesloten geweest, zodat Palace Hotel huurgenot heeft gehad van het W Hotel. Het is haar keuze geweest om het W Hotel te sluiten. Zij verkeert daardoor in schuldeisersverzuim, omdat op grond van de huurovereenkomst op haar een exploitatieplicht rust.
De stroom toeristen naar Amsterdam wordt beperkt door touroperators en vliegtuigmaatschappijen. Dat is een feitelijke stoornis in de zin van artikel 7:204 lid 3 BW, die door derden wordt veroorzaakt en levert geen gebrek op.

Uit het AKU/Stalen Steiger-arrest volgt dat indien het gebrek een omstandigheid is die de huurder persoonlijk betreft, de huurder daarop geen beroep kan doen. Dat Palace Hotel afhankelijk is van gasten uit de Verenigde Staten is een omstandigheid die haar persoonlijk betreft, zodat het eventuele gebrek in haar risicosfeer ligt.

Voor zover al sprake zou zijn van een gebrek, geldt bovendien dat partijen in de algemene bepalingen opschorting of huurprijsvermindering hebben uitgesloten.

Palace Hotel kan ook geen beroep doen op onvoorziene omstandigheden, omdat die zijn verdisconteerd in de huurovereenkomst. Vanwege de koopprijs van het gehuurde is in de huurovereenkomst een Triple Net Basis-bepaling opgenomen. Op grond van die bepaling komen alle genot beperkende omstandigheden voor rekening van Palace Hotel. In het licht dat alle risico’s bij Palace Hotel liggen, hebben zij en haar moeder vennootschappen voor in totaal € 25 miljoen aan garanties gesteld.

Voor zover Corona een onvoorziene omstandigheid is, kan daarop alleen een beroep worden gedaan voor de restaurants en over de periode dat die op last van de overheid waren gesloten. Voor het W Hotel gaat dat beroep dus niet op.

Deka mag van Palace Hotel ongewijzigde instandhouding van de huurovereenkomst verlangen. Het gaat om twee grote internationale partijen die een sterke financiële positie hebben. Deka beheert de inleg van ‘Jan Modaal’ en dient voor hun belangen op te komen. Palace Hotel heeft onvoldoende onderbouwd wat haar financiële positie is en welke kostenbesparende maatregelen zij heeft genomen. Voor de loonkosten van haar personeel heeft zij overheidssteun ontvangen. Deka heeft Palace Hotel een redelijk voorstel gedaan, dat zelfs gunstiger was dan voorstellen die zij aan andere huurders van hotels heeft gedaan. Palace Hotel heeft een te negatieve verwachting van de toekomst. De meest ingrijpende gevolgen van de coronacrisis liggen achter de rug. Restaurants mogen weer worden bezocht en het toerisme in Nederland zal gaan aantrekken. Hotelbezoek is in Amsterdam in de week van 21 juni 2020 met 16% gestegen en dit zal zich de komende maanden voortzetten. Dat Palace Hotel zich voornamelijk richt op gasten uit de Verenigde Staten is voor de beoordeling of sprake is van onvoorziene omstandigheden niet van belang. Van haar mag worden verwacht dat zij via een goede marketingcampagne toeristen uit andere landen aantrekt. Dat het toerisme in 2020 en 2021 niet zal herstellen is speculatief en kan geen reden zijn voor huurverlaging, aldus Deka.

3.4.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4 Het geschil in reconventie

4.1.

Deka vordert – in lijn met haar verweer in conventie, samengevat – Palace Hotel te veroordelen:

I. tot betaling van de huur per 1 augustus 2020;

II. tot betaling van de huur over april tot en met juli 2020 met ingang van 1 januari 2021, maandelijks te voldoen in 18 gelijke termijnen;

III. in de proces- en nakosten.

4.2.

Palace Hotel heeft verweer gevoerd.

4.3.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5 De beoordeling in conventie

5.1.

De coronacrisis moet, gelet op de omvang daarvan en de gevolgen voor de economie en de maatschappij, in beginsel worden aangemerkt als een onvoorziene omstandigheid. Partijen hebben deze pandemie en de gevolgen daarvan niet in de overeenkomst verdisconteerd en mochten dat redelijkerwijs over en weer ook niet denken. De overeengekomen Triple Net Basis, waarbij alle onderhoud en andere kosten van het gehuurde voor rekening van Palace Hotel kwamen, maakt dat niet anders. Dat beding is immers beperkt tot fysieke gebreken en andere lasten verbonden aan de gebouwen.

5.2.

Op last van de overheid zijn de drie restaurants van 15 maart tot en met 31 mei 2020 gesloten geweest. Na heropening was het aantal toegestane gasten aanvankelijk beperkt. Ten tijde van de zitting op 10 juli 2020 lag de bezetting volgens Palace Hotel op ongeveer 60%. De sluiting van het W hotel op 18 maart 2020 was een beslissing van Palace Hotel, althans van Marriott, die het W hotel exploiteert. Deka heeft daar een groot punt van gemaakt, maar de bezetting was van de ene op de andere dag teruggelopen naar nagenoeg nul en het was niet verantwoord om kosten te maken om operationeel te blijven zonder dat daar omzet tegenover stond. Door te sluiten konden kosten worden bespaard. Dat was dan ook een alleszins redelijke beslissing, rechtstreeks veroorzaakt door de gevolgen van de coronacrisis. Inmiddels is het W hotel weer open, maar in het tweede kwartaal is nauwelijks omzet geboekt en bedraagt het operationele verlies voor huur bijna € 1,9 miljoen. Voor het derde kwartaal wordt een operationeel verlies verwacht van

€ 419.000,00. De bezettingsgraad van hotels in dit segment in Amsterdam is nog steeds uiterst laag; bovendien pleegt een groot deel van de gasten van W Hotel uit de Verenigde Staten te komen en vandaar kan nog steeds niet worden gereisd. Het ziet er dan ook niet naar uit dat dit snel zal aantrekken. Al met al kan worden gezegd dat de coronacrisis voor Palace Hotel klemmende gevolgen heeft en dat daardoor de waardeverhouding tussen de wederzijdse prestaties ernstig is verstoord.

Onder deze omstandigheden mag Deka naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid geen ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst verwachten.

5.3.

Palace Hotel maakt deel uit van een internationale groep waarin naast andere hotels, die vergelijkbare problemen hebben, ook de vennootschappen zitten die in 2017 de koopprijs van € 260 miljoen hebben ontvangen. Voor zover dat winst was, is die volgens Palace Hotel weer geïnvesteerd. Deka meent dat nu dan maar gedesinvesteerd moet worden om de verliezen op te vangen, maar dat zou hooguit een zaak van langere adem zijn. Deka presenteert zich als de beheerder van de zuurverdiende spaarcentjes van grotendeels Duitse burgers met een doorsnee inkomen (‘Otto Normalverbraucher’), maar Palace Hotel heeft erop gewezen dat Deka een wereldwijde belegger is die voor vele miljarden vastgoed in eigendom heeft en heeft onweersproken gesteld dat het fonds waartoe het gehuurde behoort sinds 1 januari 2020 ondanks corona alleen maar koerswinsten heeft laten zien. Het komt erop neer dat beide partijen grote spelers zijn. In zoverre houden zij elkaar in evenwicht en wordt het bovenstaande niet anders.

5.4.

Het gaat hier niet om teruglopende bezoekersaantallen vanwege veranderde marktomstandigheden, maar om het vrijwel geheel wegvallen van het bezoekersaanbod vanwege de coronacrisis, de maatregelen die de overheden daarop hebben genomen en de invloed van beide op de potentiële bezoekers van het

W hotel en de restaurants. Dat zijn geen omstandigheden die voor rekening van Palace Hotel komen en valt niet meer onder ondernemersrisico. Hetzelfde geldt voor de omstandigheid dat de meeste gasten van W Hotel zakenmensen uit de Verenigde Staten zijn. Het is immers niet reëel om te veronderstellen dat zij in dit dure segment van de hotelmarkt met een ‘goede marketingcampagne’ op korte termijn noemenswaardig veel gasten uit andere landen zal weten aan te trekken.

5.5.

Nu geen van beide partijen een verwijt kan worden gemaakt aan het ontstaan van de onvoorziene omstandigheden, ligt het voor de hand het financiële nadeel dat daarvan het gevolg is voorshands over hen te verdelen. De overeenkomst geeft daarbij geen aanleiding tot een bijzondere risicoverdeling. Zoals gezegd is het financiële nadeel van een pandemie iets anders dan de kosten van de gebouwen, die op grond van de Triple Net Basis geheel voor Palace Hotel zijn.
In dit kort geding kunnen uiteraard alleen voorlopige voorzieningen worden getroffen. Volgens Palace Hotel heeft zij met haar vorderingen niet anders beoogd en zo zullen die dan ook worden opgevat. Het meerdere omvat het mindere.
De voorzieningen zullen worden beperkt tot een gedeeltelijke opschorting van de verplichting om huur te betalen totdat daarover in de bodemprocedure is beslist. Palace Hotel heeft een voldoende spoedeisend belang om, in afwachting van het resultaat van de bodemprocedure, in dit bijzonder slechte jaar te weten waar zij aan toe is met de verplichting tot huurbetaling. Ter zitting heeft Palace Hotel toegezegd die procedure binnen een maand te zullen beginnen. Aan die toezegging zal zij worden gehouden zoals in het dictum is vermeld.

5.6.

Al met al is voldoende aannemelijk dat de bodemrechter zal oordelen dat Deka in 2020 over het tweede kwartaal geen aanspraak zal mogen maken op meer dan 50% van de huur, over het derde kwartaal niet op meer dan 60% van de huur en over het vierde kwartaal niet op meer dan 75%. In zoverre zullen de verplichtingen van Palace Hotel dan ook worden opgeschort. Of en in hoeverre van dit uitstel afstel komt en zo nee, hoe en wanneer alsnog aan de opgeschorte verplichtingen zal moeten worden voldaan, is aan de bodemrechter.
Deze veroordeling is overigens min of meer in lijn met de regeling die Deka heeft getroffen met een ander hotel in Amsterdam, eveneens behorend tot een groep. Die komt erop neer dat in 2020 gedurende zes maanden 50% korting krijgt en dat die korting vanaf 2021 afhankelijk van de dan te behalen omzet zal worden ingelopen.

5.7.

Partijen waren het er uiteindelijk over eens dat, voor zover al sprake zou zijn van een gebrek, geldt dat in de algemene bepalingen opschorting of huurprijsvermindering is uitgesloten. Daarop hoeft dan ook niet te worden ingegaan.

5.8.

Deka heeft geen rechtsmaatregelen getroffen nadat Palace Hotel per 1 april 2020 was gestopt met het betalen van de huur. Van haar wordt niet verwacht dat zij incassoprocedures begint, boetes aanzegt of rente in rekening brengt ter zake van het gedeelte van de huur dat volgens dit vonnis voorlopig niet hoeft te worden voldaan. Een verbod daartoe met dwangsom is dan ook niet nodig.

5.9.

Als op hoofdpunten in het ongelijk gestelde partij zal Deka worden veroordeeld in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Palace Hotel begroot op € 83,38 aan explootkosten, € 656,00 aan griffierecht en € 980,00 aan salaris advocaat.

6 De beoordeling in reconventie

6.1.

Voor zover de verplichting tot huurbetaling niet wordt opgeschort is Palace Hotel verplicht de verschuldigde huur onverwijld te betalen. Nu daarover in dit vonnis duidelijkheid wordt verschaft, mag worden aangenomen dat Palace Hotel in dit opzicht ook zonder veroordeling aan haar verplichtingen zal voldoen.

De vordering wordt daarom afgewezen, met verwijzing van Deka in de proceskosten, die vanwege de samenhang met de conventie op nihil worden begroot.

7 De beslissing

De voorzieningenrechter

in conventie

7.1.

schort de verplichting van Palace Hotel tot betaling van huur over het tweede kwartaal van 2020 op voor 50%, over het derde kwartaal van 2020 voor 40% en over het vierde kwartaal van 2020 voor 25%, steeds totdat in de door Palace Hotel aan te spannen bodemprocedure zal zijn beslist,

7.2.

verstaat dat aan deze opschorting geen rechten kunnen worden ontleend als Palace Hotel niet binnen één maand na 10 juli 2020 een bodemprocedure aanhangig zal hebben gemaakt,

7.3.

veroordeelt Deka in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van Palace Hotel begroot op € 1.719,38 te vermeerderen met de wettelijke rente daarover met ingang van veertien dagen na heden tot aan de voldoening;

7.4.

veroordeelt Deka in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op

€ 157,00 voor salaris advocaat, te vermeerderen met € 82,00 en de kosten van het betekeningsexploot ingeval betekening van dit vonnis plaatsvindt, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening;

7.5.

verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,

7.6.

wijst het meer of anders gevorderde af,

in reconventie

7.7.

weigert de gevraagde voorzieningen,

7.8.

veroordeelt Deka in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van Palace Hotel begroot op nihil.

Dit vonnis is gewezen door mr. A.J. Beukenhorst, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. M.F. van Grootheest, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 17 juli 2020.1

1 type: MvG coll: TF

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.