2.3.
Exem Energy, Exem Oil & Gas en Overseas Investment Holdings zijn vennootschappen van zakenvrouw Isabel dos Santos , ook wel de rijkste vrouw van Afrika genoemd, en/of haar man Sindika Dokolo . Dos Santos is een dochter van de voormalige president van Angola en zij heeft haar fortuin vergaard in de decennia dat haar vader aan de macht was. Esperaza Holding is eigendom van Exem en van staatsoliebedrijf Sonangol, aan welk bedrijf Dos Santos tijdens het presidentschap van haar vader leiding heeft gegeven. Naar de herkomst en het beheer van het vermogen van Dos Santos wordt onderzoek gedaan, zowel strafrechtelijk als – in ieder geval vanaf medio 2013 – door de pers. De aandacht daarvoor heeft een nieuwe impuls gekregen doordat een hacker zich toegang heeft verschaft tot interne administratie van bedrijven van Dos Santos . Het International Consortium of Investigative Journalism (ICIJ) stelt gelekte stukken in handen te hebben gekregen en heeft die gedeeld met onder meer het FD. De hierna te noemen e-mails behoren tot die stukken.
I. Een e-mail van 25 juni 2015 van [medewerker United 3] ( [functie] van United) aan [vermogensbeheerder] (van Fidequity, de vermogensbeheerder van Dos Santos en haar echtgenoot), Jorge Brito Pereira (een Portugese advocaat van Dos Santos ) en [zakenpartner] ( [functie] van diamantbedrijf Nemesis en financieel adviesbureau Finexem, en zakenpartner van de echtgenoot van Dos Santos ). Deze e-mail heeft de volgende inhoud:
“We wanted to ask you if we can meet in Amsterdam on short term regarding the files of Exem Energy BV, Exem Oil & Gas BV and Overseas Investments BV. It has been some time since we last met and there are several subjects and recent developments we would need to discuss in relation to these files and the regulatory environment in the Netherlands, including:
Status of the files
Tax update
Dutch and European regulatory developments
Compliance requirements (…)”
Een e-mail van 23 juli 2015 van Brito Pereira aan drie medewerkers van Sonangol en Fidequity met voor zover hier van belang de volgende inhoud, in de door het FD overgelegde Nederlandse vertaling:
“Beste mensen,
[vermogensbeheerder] en ik hadden gisteren een vergadering bij UNITED met [medewerker United 3] (die onze kwesties coördineert), [medewerker United 1] (de verantwoordelijke Partner) en de [functie] (ik geloof [medewerker United 4] ). De vergadering ging over de EXEM-bedrijven die daar gevestigd zijn (…), maar alles wat is gezegd geldt ook voor Esperaza. Zij waren hier heel duidelijk in. In essentie vertelden zij ons het volgende:
Dat de Nederlandsche Bank hen onlangs heeft verzocht uitleg te geven vanwege zorgen die er waren over ondernemingen die in verschillende regio’s zijn ondergebracht bij UNITED, met name Zuid-Amerika en Afrika, en dat het een heleboel informatie over die ondernemingen heeft gevraagd. Ik wijs erop dat UNITED als Trust Company gereguleerd is door de Nederlandsche Bank.
Dat naar aanleiding van wat de Nederlandsche Bank hen had verteld en het feit dat de wetgeving onlangs veranderd is, zij de diensten niet op dezelfde voorwaarden kunnen voortzetten; het gaat hier met name om de volgende drie gebieden:
Vestiging. Zij kunnen de vestigingsdiensten niet meer bieden en stellen voor dat wij een eigen ruimte huren (een klein kantoor in hetzelfde gebouw kost ongeveer € 1.500 per maand (…))
Lokale bestuurders. Zij kunnen niet doorgaan met het leveren van diensten als trustbestuurders. Ik herinner eraan dat het voor de fiscale onderbouwing erg belangrijk is dat het aantal lokale bestuurders gelijk of groter moet zijn. Zij vertellen ons dat er verschillende onafhankelijke bestuurders zijn die gevraagd kunnen worden om functies te bekleden in de ondernemingen, maar naar mijn mening zitten daar twee nadelen aan – (i) ze zijn onafhankelijk, wat betekent dat we hen niet kunnen vertrouwen vanwege de “instantie” die hen benoemt en (ii) ze zijn veel duurder (ze hadden het tegen ons over ongeveer € 25.000 per jaar per bestuurder bij een andere cliënt die onlangs voor deze oplossing heeft gekozen).
Boekhouding en juridische thema’s. Als er een oplossing wordt gevonden voor de twee bovengenoemde punten, dan zouden ze er geen problemen mee hebben om steun te blijven geven bij thema’s zoals boekhouding/Accountancy en juridische onderwerpen/Legal.
Ze staan niet onder druk om dit punt op korte termijn op te lossen, maar ze moeten het wel in de komende maanden hebben opgelost (ik denk dat het een redelijke aanname is dat dit uiterlijk tegen het eind van het jaar moet zijn).
In dit verband is er een probleem waar we een oplossing voor moeten vinden. Tenzij iemand een beter voorstel heeft, hebben we drie manieren om dat aan te pakken:
Optie 1 - doen wat zij voorstellen, een ruimte huren, onafhankelijke bestuurders inhuren en de boekhoudkundige en juridische dienstverlening blijft bij UNITED. Deze oplossing heeft echter twee grote nadelen – (i) we moeten vertrouwen hebben in mensen die we niet kennen, die geen band hebben met een gerenommeerde instantie; (ii) de administratieve kosten zullen aanzienlijk stijgen (…); (iii) en, belangrijker nog, ik ben bang dat we vroeger of later problemen krijgen met de lokale banken, die, als ze zien dat we “onafhankelijk” zijn, strengere eisen gaan stellen op het gebied van compliance, met als gevolg dat onze vestiging in Nederland niet meer aangehouden kan worden. (…)
Optie 2 - we proberen andere, kleinere Trustmaatschappijen, die niet meteen op de radar staan. Deze oplossing, als dit al mogelijk zou zijn, heeft uiteraard niet alleen als nadeel dat het een “downgrade” van de dienstverlening en het aanzien is, maar ook dat we hiermee alleen maar wat tijd rekken, omdat deze ondernemingen na een paar maanden vast en zeker door de Nederlandsche bank onder druk worden gezet om hetzelfde te doen als wat United nu aan het doen is.
Optie 3 – Wij gaan weg uit Nederland en vinden een andere oplossing die fiscaal efficiënt is (…).”
Een e-mail van 20 mei 2016 van [vermogensbeheerder] (Fidequity) aan
[zakenpartner] (Finexem) waarin onder meer het volgende staat:
“Since 2015 United Trust informed us that the companies with Isabel and Sindika as UBO were being scrutinized frequently by the Dutch Authorities and the KYC [know your customer, vzr.] procedures were extremely complex.
They also informed us that they wouldn’t want to maintain their position as Directors of the above mentioned companies [Exem Energy, Exem Oil & Gas en Overseas Investment Holdings, vrz.].
Due to that information, we contacted Trust Company Amsterdam to transfer the files from United Trust. (…)”
2.9.
Op 21 januari 2020 heeft het Financieele Dagblad op de voorpagina een artikel van [gedaagde sub 3] geplaatst over het strengere toezicht op de trustsector en de buitenlandse klanten met een slechte reputatie die daardoor uit Nederland vertrekken. Op zowel pagina 10 van de papieren editie als online is onder de kop “Bv’s Dos Santos duiken onder de radar” een tweede artikel van [gedaagde sub 3] gepubliceerd. In dat artikel staan onder meer de volgende passages:
“(…)
‘Zoek een trustkantoor dat kleiner is en meer onder de radar zit’. Het is een van de overwegingen die in de zomer van 2015 ter tafel komen. Vertegenwoordigers van Isabel dos Santos , de dochter van de toenmalige president van Angola, noteren deze optie als een van de mogelijkheden voor haar Nederlandse bv’s na een gesprek met medewerkers van United Trust.
Dat trustkantoor wil de dienstverlening aan die vennootschappen stoppen. Uit het gespreksverslag blijkt dat dit mede zou zijn gebeurd na aandringen van De Nederlandsche Bank (DNB), de toezichthouder op de trustkantoren in Nederland. (…)
Twee jaar later [in 2015, vzr.] komt het idee bovendrijven om de bv’s opnieuw te verhuizen, naar een nog kleiner kantoor dat ‘meer onder de radar zit’. Een medewerker van Dos Santos zegt in een e-mail: ‘United Trust heeft ons geïnformeerd dat de bedrijven waar Isabel en Sindika eigenaar van zijn, stelselmatig zijn onderzocht door de Nederlandse autoriteiten en dat het klantonderzoek extreem complex is. Zij hebben ons gemeld dat zij niet meer de bestuurders van deze bedrijven willen zijn.’
(…)
Vanwege het stoppen van de dienstverlening door United Trust zitten vertegenwoordigers van Dos Santos en medewerkers van het trustkantoor in juni 2015 bij elkaar om mogelijke alternatieven te bespreken. Volgens het gespreksverslag van Dos Santos ' Portugese advocaat Jorge Brito Pereira liggen er drie opties op tafel: uit Nederland vertrekken, een eigen ruimte in Nederland huren en managers inhuren of een kleiner trustkantoor zoeken dat ‘meer onder de radar zit’. (…)”
In het artikel staat, binnen een kader “Reacties trustkantoren”, voor zover het United betreft het volgende:
“United Trust zegt het gespreksverslag van Dos Santos ’ advocaat niet te kennen en ook niet verantwoordelijk te zijn voor de inhoud. ”