Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben mr. A.H. Tiemens en mr. M.G. Cantarella, beiden advocaat te 's-Gravenhage, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en terugwijzing van de zaak naar het Hof, teneinde deze op het bestaande beroep opnieuw te berechten en af te doen.
2. Beoordeling van het eerste middel, het tweede middel en het derde middel
2.4.
Blijkens de bewijsvoering heeft het Hof onder meer vastgesteld:
- dat in een kelderbox in Den Haag onder meer een aan de verdachte toebehorend zwart vest is aangetroffen met in de zak daarvan een door hem gedragen bivakmuts alsmede een RABO-bankpas die die nacht was gestolen bij de inbraak in Amsterdam bij [B] BV (feit 5), welke inbraak op dat moment nog niet was ontdekt,
- dat in die kelderbox ook aan een medeverdachte toebehorende voorwerpen zijn aangetroffen, waaronder een bivakmuts,
- dat met de genoemde RABO-bankpas geld was gepind door twee mannen die bivakmutsen droegen die identiek waren aan die welke in de kelderbox zijn aangetroffen,
- dat de verdachte geen verklaring heeft gegeven voor het feit dat die bivakmuts en dat RABO-bankpasje in zijn vest zijn aangetroffen,
- dat genoemd vest voorts was besmeurd met zwart metaalslijpsel (bewijsmiddel 28),
- dat verbalisanten kort daarvoor, afgaande op harde boor- en hamergeluiden, in een parkeergarage, welke garage een doorgang heeft naar de kelderbox, drie mannen bezig hebben gezien, na binnentreding aldaar een scherpe slijplucht hebben waargenomen en hebben geconstateerd dat met een slijptol twee kluizen, die gestolen bleken te zijn (feiten 2 en 4), werden bewerkt,
- dat de verdachte op 26 juli 2009 met twee medeverdachten bij de Gamma een slijper, doorslijpschijven en een sloopbeitel heeft gekocht, die gelijken op in de kelderbox aangetroffen gereedschappen,
- dat in de kelderbox andere voorwerpen zijn aangetroffen die zijn te herleiden tot de in de feiten 2, 4 en 5 genoemde gestolen voorwerpen,
- dat de onder 2 bewezenverklaarde diefstal blijkens camerabeelden door drie personen is begaan.
Voorts heeft het Hof de door de verdachte aangevoerde alternatieve scenario's - waaronder zijn stelling dat hij voor het laatst op 26 juli 2009 in de kelderbox zou zijn geweest - als ongeloofwaardig ter zijde gesteld.