2.6
Bij brief van 30 juni 2014 heeft de Inspecteur belanghebbende het volgende geschreven:
Geachte heer en mevrouw [X] - - [E],
Op grond van artikel 41 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen roep ik u
hierbij op om te verschijnen op:
Donderdag 10 juli 2014 om 13.30 uur
op het kantoor van:
Belastingdienst, kantoor Amersfoort, Inputplein 1, 3821 AM Amersfoort
Mocht u bovenstaande datum niet schikken dan verzoek ik u per ommegaande
contact met mij op te nemen voor het plannen van een nieuwe oproep.
Ik deel u mee dat momenteel tegen u een Kort geding bij de Kantonrechter wordt
opgestart welke binnen enkele weken zal plaatsvinden.
In het gesprek, dat voor u van groot (financieel) belang is stel ik u voor de
laatste maal in de gelegenheid openheid van zaken te geven over uw
buitenlands vermogen waarmee u het Kort geding kunt voorkomen.
Uiteraard zal ik al uw eventuele vragen beantwoorden.
Gelet op het spoedeisende karakter van deze oproep verzoek ik u te reageren
binnen één week na dagtekening van deze brief.
U kunt mij bereiken via (…).
Hierna vermeld ik enige relevante informatie voor u.
De Procedure van het Kort geding bij de civiele rechter
Momenteel heeft u beide uw gemachtigde opdracht gegeven u te
vertegenwoordigen in (op dit moment) 1 beroepsprocedure bij de fiscale rechter
en meerdere bezwaarprocedures.
Meerdere beroepsprocedures zijn binnenkort aan de orde, allen ten gevolge van
uw weigering openheid van zaken te geven betreffende uw buitenlands vermogen.
Naast deze bezwaar-en beroepsprocedures bij de fiscale rechter zullen belastingplichtigen die geen openheid van zaken geven worden voorgedragen voor
een Kort geding bij de civiele rechter. De belastingplichtigen ontvangen de oproep persoonlijk via de Landsadvocaat.
• Uit ervaringsregels blijkt dat het vonnis van de civiele rechter de
belastingplichtigen verplicht alsnog de vragenbrieven van de
Belastingdienst over de buitenlandse vermogensbestanddelen te
beantwoorden! Dit is in feite het alsnog geven van openheid van zaken
over de buitenlandse bankrekening.
• Deze gegevens moeten worden overgelegd aan de Belastingdienst veelal
binnen 4 weken onder dwang van een dwangsom van € 5.000 per dag
zonder maximum dan wel tot een maximum van € 500.000 ! Deze
dwangsom moeten belastingplichtigen daadwerkelijke betalen als zij geen
openheid van zaken geven over de buitenlandse vermogensbestanddelen.
• De dwangsom is verschuldigd ook al gaat u in hoger beroep tegen de
uitspraak van de rechter.
• De belastingplichtigen worden ook veroordeeld tot het betalen van de
kosten van de Rechtbank en van de Belastingdienst.
• De belastingplichtigen zullen bovendien de kosten van hun gemachtigde
dienen te betalen.
In feite staat het door belastingplichtigen heden op eigen initiatief alsnog geven
van openheid van zaken gelijk aan het verplicht openheid moeten geven met het
verschil dat er bij het op eigen initiatief geven van openheid van zaken geen
veroordeling volgt van het betalen van alle kosten van het Kort geding.
De emotionele gevolgen
Ervaring heeft geleerd dat het geven van openheid van zaken voor vele
belastingplichtigen een welkome (financiële) opluchting is. Veel belastingplichtigen
zijn niet op de hoogte van de (financiële) gevolgen van de voortslepende bezwaaren
beroepsprocedures! Niet alleen wordt bij het geven van openheid de financiële
onzekerheid beëindigd. Er wordt ook voorkomen dat er een nadelige financiële
situatie ontstaat vanwege het moeten betalen van vele verschuldigde bedragen
die die zelfs het tegoed van de (inmiddels opgeheven) bankrekening bij de KBL
ver te boven gaan.
Bovendien is gebleken dat ten gevolge van ziekte en ouderdom veel
belastingplichtigen openheid van zaken willen geven ter voorkoming van het
confronteren (van deze nadelige financiële situatie) aan de partner / familieleden.
De toekomst
In het geval belastingplichtigen heden alsnog openheid van zaken geven over niet
eerder opgegeven buitenlandse vermogensbestanddelen is de Belastingdienst
bereid met voorrang zorg te dragen over de alsnog aangeleverde gegevens van de
buitenlandse vermogensbestanddelen om op korte termijn in goed overleg alle
lopende procedures te beëindigen!
Indien de belastingplichtigen geen openheid van zaken geven, geeft bovenstaande
een opsomming van toekomstige acties van de Belastingdienst.
Bovendien worden de (veelal voor belastingplichtigen nadelige) uitspraken van de
rechters ook toegepast in alle nieuwe procedures.
De belastingplichtigen zullen jaarlijks geconfronteerd worden met vele
(hoge/geschatte) belastingaanslagen waarbij boetes worden overwogen. Hierbij
opgemerkt dat de aanslagen mede van invloed zijn op toekenning / hoogte van
Toeslagen.”
2.8
Wegens verhindering van de gemachtigde op 10 juli 2014, heeft de Inspecteur belanghebbende opgeroepen op 15 augustus 2014 ten kantore van de Inspecteur te verschijnen. Belanghebbende is, met zijn toenmalige gemachtigde mr. [F], verschenen op het kantoor van de Inspecteur en heeft daarbij de volgende brief overgelegd:
Vandaag ben ik op het belastingkantoor omdat ik ben opgeroepen. Volgens u is dit de laatste
kans om openheid te geven over een buitenlands vermogen dat ik zou hebben. Doe ik dit niet,
dan komt er een kort geding en worden er hoge dwangsommen opgelegd. Ook worden er dan
nog meer (hoge) aanslagen en boetes opgelegd.
Ik vraag mij af hoe ik hieraan kan voldoen. Ik word beschuldigd van het verzwijgen van een
buitenlands vermogen. Ik ben hiervoor ook al beboet. Ook zijn hiervoor de nodige aanslagen
opgelegd. Op dit moment wordt hierover geprocedeerd bij de belastingrechter. En
tegelijkertijd wordt er gedreigd met nieuwe boetes en hoge correcties. Met als klap op de
vuurpijl ook nog een kort geding met hoge dwangsommen en kosten.
Na jaren van aanslagen, boetes en procederen, heb ik geleerd dat het niet uitmaakt wat ik zeg.
Het wordt toch niet geloofd en er worden toch wel boetes opgelegd. Daarom lijkt het me
verstandig om maar helemaal niets te zeggen. Voor zover er al iets te zeggen zou zijn. Dit zou
anders kunnen zijn als ik de garantie zou krijgen dat eventuele verklaringen en informatie niet
gebruikt zouden worden voor bewijs voor de al opgelegde boetes en de door de
Belastingdienst beloofde toekomstige boetes of eventuele strafrechtelijke maatregelen.
Wat ik u wel nog wil zeggen is dat het voor mij en mijn vrouw zeer zware jaren zijn geweest.
Dit heeft alles te maken met de opgelegde aanslagen en boetes. Vooral de manier waarop dit
is gegaan heeft mij diep geraakt. Ik had gehoopt dat er inmiddels rust zou zijn. Helaas is dit
niet zo. Ik hoop dat u zich realiseert wat voor een effect uw handelen heeft op mensen. Ik kan
u vertellen dat het dreigen met een kort geding, hoge dwangsommen en correcties en boetes
voor een tachtigjarige de nodige stress veroorzaakt, meer dan gezond is. Wellicht dat dit voor
u nog een reden is om af te zien van een kort geding.
Ik weet niet of u mij begrijpt. Ik hoop in ieder geval dat u mijn beslissing om op dit moment
maar niets te zeggen, respecteert.