Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:RBAMS:2024:287

Rechtbank Amsterdam
25-01-2024
30-01-2024
C/13/739330 / FA RK 23-6082
Personen- en familierecht
Eerste aanleg - enkelvoudig,Beschikking

Afwijzen verzoek omgang. Vader heeft psychische problematiek waardoor hij omgangsafspraken vaak niet nakomt. Moeder bereid om omgang te faciliteren waar mogelijk. Geen vaste regeling.

Rechtspraak.nl
Sdu Nieuws Personen- en familierecht 2024/80

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht Team Familie & Jeugd

zaaknummer / rekestnummer: C/13/739330 / FA RK 23-6082

Beschikking van 25 januari 2024 betreffende wijziging van omgang en alimentatie

in de zaak over kinderalimentatie van:

[bewindvoerder] h.o.d.n. [handelsnaam] ,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna te noemen de bewindvoerder,

advocaat mr. I.H. Grandjean,

handelend in zijn/haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van:

[de man] ,

wonende te [woonplaats 1] ,

hierna te noemen de man,

tegen

[de vrouw] ,

wonende te [woonplaats 2] ,

hierna te noemen de vrouw,

en in de zaak over de omgangsregeling van:

[de man] ,

wonende te [woonplaats 1] ,

hierna te noemen de man,

advocaat mr. I.H. Grandjean,

tegen

[de vrouw] ,

wonende te [woonplaats 2] ,

hierna te noemen de vrouw.

Op grond van het bepaalde in artikel 810 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering is in de procedure betreffende de omgang gekend:

de Raad voor de Kinderbescherming,
locatie Amsterdam,
hierna te noemen: de Raad.

1 De procedure

1.1.

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:

- het verzoekschrift van de man, ontvangen op 12 september 2023.

1.2.

De mondelinge behandeling achter gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 11 januari 2024. Daarbij zijn mr. Grandjean en de vrouw verschenen, alsmede mevrouw [naam] namens de Raad. Hoewel behoorlijk opgeroepen zijn de man en de bewindvoerder niet ter zitting verschenen. Mr. Grandjean heeft namens de man ter zitting nadere stukken overgelegd.

1.3.

De hierna te noemen minderjarige [minderjarige] is, gelet op zijn leeftijd, in de gelegenheid gesteld zijn mening kenbaar te maken over de omgangsregeling. Hij heeft hiervan gebruik gemaakt en heeft op 11 januari 2023 met de rechter gesproken. Hij heeft hierbij aangegeven dat hij het lastig vindt dat zijn vader de contactmomenten in het verleden soms niet nakwam. [minderjarige] wil graag weer contact met zijn vader, maar het is voor hem wel belangrijk dat zijn vader de afspraken dan nakomt.

2 De feiten

2.1.

De man en de vrouw hebben een relatie met elkaar gehad. Uit deze relatie is geboren:

- [minderjarige], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2011.

2.2.

De man heeft [minderjarige] erkend.

2.3.

[minderjarige] woont sinds het uiteengaan van partijen bij de vrouw.

2.4.

In de beschikking van deze rechtbank van 12 december 2018 is bepaald dat de man € 150,- per maand dient te betalen aan de vrouw als bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van [minderjarige] , met ingang van 1 november 2018, telkens bij vooruitbetaling te voldoen.

2.5.

De man is bij beschikking van 21 maart 2023 onder bewind gesteld van de bewindvoerder wegens verkwisting of het hebben van problematische schulden.

3 De verzoeken, verweren en overige standpunten

3.1.

De man heeft – voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad – verzocht te bepalen dat:

I. [minderjarige] bij de man verblijft gedurende een weekend per 14 dagen van vrijdagmiddag 17.00 uur tot zondagavond 19.00 uur, waarbij de moeder [minderjarige] brengt en vader hem terugbrengt, alsook de helft van alle feest- en vakantiedagen, waarbij [minderjarige] en de man de mogelijkheid krijgen om geregeld tussentijds te kunnen facetimen/bellen;

II. voorwaardelijk, een onderzoek door de Raad voor de Kinderbescherming wordt gelast met rapportage en advies zoals verwoord onder punt 13 en 14 van het verzoekschrift;

III. kosten rechtens.

De man heeft hiertoe het volgende aangevoerd. Bij het uiteengaan is afgesproken dat [minderjarige] een weekend per 14 dagen bij de man zou verblijven. Daarnaast was er vrijwel dagelijks facetime/telefonisch contact. Sinds 10 maart 2023 krijgt de man om onbekende reden geen enkel contact meer met [minderjarige] en ook niet met de vrouw. Dit is niet in het belang van [minderjarige] . Er is geen constructief ouderlijk overleg meer omdat de vrouw zich daaraan heeft onttrokken. De man sluit niet uit dat de vrouw zich negatief over de man heeft geuit in het bijzijn van [minderjarige] , waardoor [minderjarige] zich niet meer vrij voelt om contact te hebben met de man. Indien de vrouw zich hangende de procedure blijft verzetten tegen ouderlijk overleg over de verzochte regeling acht de man een Raadsonderzoek geïndiceerd.

3.2.

Daarnaast is namens de man verzocht om – voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad –te bepalen dat:

I. de beschikking van 12 december 2018 wordt gewijzigd, zodanig dat de kinderalimentatie op nihil wordt gesteld, met ingang van 1 november 2018, althans de ontstane achterstand wordt kwijtgescholden, althans op zodanig bedrag en met zodanige ingangsdatum als de rechtbank in goede justitie juist acht;

II. kosten rechtens.

Namens de man is hiertoe aangevoerd dat de man de alimentatie nooit heeft kunnen betalen wegens een gebrek aan draagkracht. De bewindvoerder heeft in april 2023 een brief ontvangen van het LBIO waarin de alimentatie met terugwerkende kracht wordt teruggevorderd. Vandaar dat hij nu vraagt om nihilstelling of kwijtschelding. De vrouw wordt hierdoor volgens hem niet benadeeld omdat zij de bijdrage nooit heeft ontvangen en dit dus ook niet heeft opgesoupeerd.

3.3.

De vrouw is het niet eens met de door de man verzochte omgangsregeling. De man is erg kwetsbaar, waarbij er periodes zijn waarin het niet goed met hem gaat. Hij kan dan erg agressief worden. Verder is het zo dat zij geregeld met [minderjarige] voor een dichte deur heeft gestaan. De man was dan vergeten dat [minderjarige] zou komen. De vrouw heeft geprobeerd afspraken te maken met de man om de omgang te laten plaatsvinden bij de ouders van man. Dit is op niets uitgelopen omdat de man niet langer het hele weekend bij zijn ouders wenste te verblijven. Daarnaast is het zo dat als de omgang wel doorging, de man tijdens de omgangmomenten vaak lag te slapen en verder ook niks ondernam met [minderjarige] . De vrouw heeft de indruk dat de man verslaafd is en aan de deur dealt. Tot slot is de man uit zijn vorige woning in [woonplaats 1] gezet, in het bijzijn van [minderjarige] . Ook dat is niet in het belang van [minderjarige] . De vrouw vindt het wel belangrijk dat [minderjarige] contact blijft houden met de man en hem blijft zien, maar zij heeft er geen vertrouwen in dat [minderjarige] zonder toezicht veilig is bij de man.

Ten aanzien van de kinderalimentatie heeft de vrouw ter zitting verklaard dat de man al jaren schulden heeft en dat zij het gevoel heeft dat zij geen andere keus heeft dan zich erbij neer te leggen dat hij geen bijdrage voor [minderjarige] kan of zal voldoen.

3.4.

De Raad heeft ter zitting geadviseerd om geen vaste omgangsregeling vast te leggen. Volgens de Raad is de kwetsbaarheid van de man een grote zorg. Hierdoor lukt het de vader kennelijk niet om voorspelbaar te zijn in het nakomen van de afspraken, terwijl het voor [minderjarige] van groot belang is dat het contact voorspelbaar is en hij op de man kan bouwen. Voorkomen moet worden dat [minderjarige] het vertrouwen in de man kwijtraakt als het de man niet lukt om het omgangsmoment na te komen.

Positief is de bereidwilligheid van de vrouw. Zij heeft nu al over een lange periode veel inzet getoond om [minderjarige] ondanks alles in contact te brengen met de man en zijn ouders. Ter zitting heeft zij ook aangegeven die bereidheid nog steeds te hebben zolang het veilig en verantwoord is voor [minderjarige] .

Gelet op het voorgaande en omdat er al veel is geprobeerd vindt de Raad het het meest in het belang van [minderjarige] om het initiatief voor de omgang bij de vrouw te laten. Zij kan steeds, afhankelijk van hoe het met de man gaat, bekijken of en zo ja wanneer een omgangsmoment haalbaar is. Daarbij kan eenmaal per maand omgang gedurende een paar uur bij de ouders van de man thuis als uitgangspunt gelden. Het zou helpend zijn als de vrouw de man eens per maand, bij voorkeur voorafgaand aan dat contactmoment, via de mail informeert over hoe het met [minderjarige] gaat. Op deze manier kan de man dan beter bij [minderjarige] aansluiten.

4 De beoordeling

Omgang

4.1.

Als uitgangspunt geldt dat iedere ouder het recht (én de plicht) heeft op omgang met zijn kind (artikel 1:377a van het Burgerlijk Wetboek). Ter zitting hebben de vrouw en de advocaat van de man beiden aangegeven dat de man kwetsbaar is en dat het soms langere periodes niet goed met hem gaat. Het lukt hem daardoor vaak niet om zijn dagelijks leven op orde te houden en om voorspelbaar te zijn in het nakomen van de contactmomenten met [minderjarige] . Dat de advocaat van de man haar cliënt heeft geadviseerd om vanwege zijn psychische gesteldheid niet naar de zitting te komen tekent voornoemde situatie. Het niet voorspelbaar nakomen van de contactmomenten door de man heeft bij [minderjarige] tot teleurstelling en verdriet geleid. De rechtbank is met de Raad van oordeel dat het onder deze omstandigheden niet in het belang is van [minderjarige] om nu een vaste contactregeling vast te leggen, laat staan de uitgebreide regeling die de man verzoekt. Gelet daarop zal het verzoek van de man betreffende de omgang onder I worden afgewezen.

Omdat het duidelijk is dat het de ene periode beter gaat met de man dan de andere periode, de vrouw bereid is om omgangsmomenten te faciliteren en de Raad de rechtbank ter zitting goed heeft kunnen adviseren ziet de rechtbank geen toegevoegde waarde in een Raadsonderzoek. Het verzoek van de man onder II wordt daarom eveneens afgewezen. Wel is iedereen het erover eens dat het belangrijk is dat [minderjarige] contact blijft houden met zijn vader. Ter zitting heeft de vrouw voorgesteld om -indien de man hiertoe ook bereid en in staat is- te beginnen met omgang tussen de man en [minderjarige] bij de ouders van de man gedurende een paar uur. Per keer zal zij met de man en zijn ouders bekijken wat er (verder) mogelijk is. Ook heeft zij toegezegd om de man via de mail te zullen gaan informeren over [minderjarige] . De rechtbank is van oordeel dat dit op dit moment de beste manier is om het contact tussen [minderjarige] en de man weer op gang te brengen.

Kinderalimentatie

4.2.

Het verzoek tot nihilstelling van de kinderalimentatie zal, als niet weersproken en op de wet gegrond, worden toegewezen zoals hierna blijkt.

5 De beslissing

De rechtbank:

5.1.

wijzigt de beschikking van deze rechtbank van 12 december 2018 in zoverre:

5.1.1.

stelt de door de man te betalen bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van [minderjarige], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2011, met ingang van 1 november 2018 op nihil;

5.2.

verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;

5.3.

wijst het meer of anders verzochte af.

Deze beschikking is gegeven door mr. M. Overmars, rechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van mr. S.M. Geerding, griffier, op 25 januari 2024.1

1 Voor zover tegen de beschikking hoger beroep openstaat kan dit via een advocaat worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam (IJdok 20 / Postbus 1312, 1000 BH).
Het beroep moet worden ingesteld:
- door de verzoeker en degene aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden: binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden: binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking hun op andere wijze bekend is geworden.

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.