Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:RBZWB:2024:2326

Rechtbank Zeeland-West-Brabant
27-03-2024
09-04-2024
10733891 CV EXPL 23-3318 (E) en 10694795 CV EXPL 23-2944 (E)
Verbintenissenrecht
Bodemzaak

Gevoegde zaken. Onrechtmatige daad. Gedaagden (pro se en BV s) maken inbreuk op eer en goede naam van eisers via social media. Schadevergoeding (gematigd), contactverbod en rectificatie op LinkedIn toegewezen met dwangsom (gematigd). Proeskosten toegewezen (gematigd).

Rechtspraak.nl

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Civiel recht

Kantonrechter

Zittingsplaats Breda

Vonnis van 27 maart 2024

in de zaak met zaaknummer en rolnummer: 10694795 CV EXPL 23-2944

van

1 [eiser] ,

2. [eiseres],

te [plaats 1] ,

eisers,

gemachtigde: [gemachtigde] B.V.,

tegen

1 De besloten vennootschap [gedaagde 1] B.V. h.o.d.n. [handelsnaam] ,

2. De besloten vennootschap [gedaagde 2] B.V.,

te Breda,

gedaagden,

gemachtigde: [handelsnaam] ,

en in de gevoegde zaak met zaaknummer en rolnummer: 10733891 CV EXPL 23-3318

van

1 [eiser] ,

2. [eiseres],

te [plaats 1] ,

eisers,

gemachtigde: [gemachtigde] B.V.,

tegen

1. [gedaagde 3] in hoedanigheid van bestuurder van [gedaagde 2] B.V.,

2. [gedaagde 3] (pro se),

zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland en daarbuiten,

gedaagden,

gemachtigde: [handelsnaam] .

Eisers in beide zaken worden hierna aangeduid als [eisers] Gedaagden in beide zaken worden hierna, gezamenlijk, aangeduid als ‘ [gedaagden] ’, en de heer [gedaagde 3] (pro se) afzonderlijk als ‘ [gedaagde 3] ’.

1. De procedures

1.1.

Het verloop van de procedures blijkt uit:

- het tussenvonnis van 27 december 2023 en de daarin genoemde stukken;

- de opgave verhinderdata van de gemachtigde van partijen;

- de akte met producties XXIV, XXV, XXVI, XXVII, XXVIII, XXIX, XXX, XXXI, XXXII, XXXIII, XXXIV van [gemachtigde] B.V.;

- de akte van [handelsnaam] ;

- de mondelinge behandeling gehouden op 29 februari 2024, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.

[gedaagden] , noch haar gemachtigde, zijn verschenen bij de mondelinge behandeling.

1.2.

Beide procedures zijn gelet op de onderlinge samenhang op de rol gevoegd en nadien steeds gezamenlijk behandeld. Om die reden wordt in beide zaken gelijktijdig een vonnis gewezen.

2 De feiten in beide zaken

2.1.

[eisers] is ondernemer en exploiteert bakkerijen en ijssalons in West-Brabant. Hij is ook als ‘influencer en vlogger’ actief op social media en heeft een eigen YouTube-kanaal. [eisers] is met zijn gezin te zien geweest in het tv-programma ‘ [programma] ”.

2.2.

[gedaagde 3] is (indirect, via [gedaagde 2] B.V.) zelfstandig bevoegd bestuurder van [gedaagde 1] B.V. (tevens handelend onder de naam [handelsnaam] ) en drijft een onderneming in het verlenen van diensten op gebied van reclame, rechtskundig advies en managementadvies.

2.3.

[eisers] is eigenaar van een vakantiewoning gelegen te [plaats 2] ( [land] ). [gedaagde 3] heeft deze vakantiewoning in januari 2023 gehuurd van [eisers] . In de periode februari en maart 2023 zijn (de makelaar van) [eisers] en [gedaagde 3] in overleg getreden over de eventuele (huur-)koop van de vakantiewoning door [gedaagde 3] . Dit heeft er uiteindelijk toe geleid dat tussen [eisers] en [gedaagde 3] een conflict is ontstaan, waarbij [gedaagde 3] en [eisers] elkaar over en weer de toegang tot de vakantiewoning hebben ontzegd.

2.4.

Op 14 en 28 augustus 2023 heeft [gedaagde 3] op zijn zakelijke account van het online sociale netwerk LinkedIn de volgende berichten geplaatst:

(…)

“ [programma] CRIMINELE VLOGGERS?!

In deze casus bespreken wij de malafide praktijken van [eiser] en [eiseres] (bekend van [naam 1] , [programma] ) welke cliënten hebben gedupeerd voor meer dan € 120.000 (!) door middel van chantage, afpersing, inbraak, diefstal en zelfs de bedreiging met de dood richting de gedupeerden…

Alsmede een Openbaar Ministerie dat terzake [eiser] en [eiseres] in twee landen belast is met de vervolging van deze zogenaamde hardwerkende “eerlijke” lui..

En een publieke omroep (KRO-NCRV) en productiemaatschappij (Skyhigh TV) die hiervan afweten en blijkbaar geen enkele moeite mee hebben. Want geld, dat telt. En integriteit is ondergeschikt.

De bakker bakt ze extreem bruin..

HET HELE VERHAAL.. 28 AUG a.s. !

# [handelsnaam] #rechtvaardigheid#rechtdoen

(…) Dan begint de ellende, het heeft er alle schijn van dat [naam 1] onder de door hen zelf voorgestelde en geaccepteerde verlenging van de eerste (volledig vooruitbetaalde) huurperiode uitwillen. (…) Als dit alles niet slaagt, en [naam 1] weigeren naar de rechtbank te gaan, alsmede cliënten de grens stellen begint alsdan het gedreig. [naam 1] gedragen doen alsof hun neus bloed, plegen liever eigenrichting en sturen vervolgens huurlingen langs de woning om (…)

(…) Enkele dagen laten breken [naam 1] in de woning in, stelen daarbij diverse eigendommen van cliënten en worden door de Policia gehoord. Ook moesten zij de sleutels van de woning aan cliënten – met een rechtsgeldige huurovereenkomst én vooruit betaalde huur – teruggeven, waarna de bedreigingen nog verder werden opgevoerd. En dàt is niet het verhaal wat [naam 1] ophangen. Ze fantaseren en liegen erop los, en gaan zelfs door met bedreigen nàdat cliënten voor hun geluk hebben gekozen door onder deze omstandigheden geen eens zaken met [naam 1] te willen doen. Dat met cliënten overeengekomen koopoptie bedroeg € 610.000 en was voor een jaar geldig. maar daar wilden de (…)

Bijzonder dat op het moment dat [naam 1] van zeer ernstige zaken worden beticht, ze doen alsof er geen vuiltje aan de lucht is.. Geen slapende honden wakker willen maken? Nou, iedereen is al wakker hoor!

Eerlijke mensen die dat allemaal niet gedaan zou hebben, zou zich daar wel tegen willen verweren, nietwaar? En op zijn minst naar de rechter stappen? Maar dan komt eveneens uit dat je dit soort praktijken op je kerfstok hebt.. (…)

(…)

EEN ZIEKE VROUW MET DE DOOD BEDREIGEN?!

Dit gerafineerde duo – [eiseres] en [eiser] – vonden het een goed idee om een zieke vrouw met de dood te bedreigen? Ze zou “een kogel in haar kop krijgen” als ze niet deed wat deze criminelen wilden. En nog valse opmerkingen over haar ziekte maken ook. En met welke reden? Omdat ze niet in hun recht stonden en [eiseres] en [eiser] altijd hun zin zullen krijgen. Voor best wel wat mensen herkenbaar.. Verder staan deze charlatans er in de regio Gemeente Halderberge om bekend hun # personeel uit te zuigen, geen # pauzes te gunnen, en misbruik te maken van onwetendheid van # jonge niet-weerbare mensen.

Voor al die gedupeerde medewerkers: jullie worden gezien. Wij weten hoeveel verdriet jullie is aangedaan, en dat jullie niet in de koude kleren is gaan zitten. # [eiser] en # [eiseres] # [naam 1] worden samen met hun medeplichtigen voor de rechter gedaagd. Het Openbaar Ministerie heeft al een aangifte van de bedreigde vrouw liggen, en we raden een ieder die door hun gedupeer (…)

2.5.

Voorts staat in een bericht op de LinkedIn pagina van [gedaagde 3] , met een foto van [eisers] , het navolgende:

(…)

[eiser] en [eiseres] zitten niet op kritiek te wachten. De schone schijn moet worden opgehouden. Je kunt daarom niet langer onder hun socials reageren. Reageren op deze zware #aantijgingen willen ze niet, ze verhullen zich in #stilzwijgen. Wederhoor is ook lastig, als dit soort aantijgingen waar zijn. En ondertussen loopt dit volk dus gewoon vrij rond.

En de KRO-NCRV die weten hier al maanden vanaf. Die vinden het om ze de schone schijn te laten veinzen.

# [programma] #oplichters#schijnbedriegt# [handelsnaam] #rechtdoen#oplichtersaanpakken

2.6.

[gedaagde 3] heeft op de Facebook pagina van [eisers] een hyperlink geplaatst die bezoekers verwijst naar het bericht van 28 augustus 2023 op LinkedIn. [gedaagde 3] schrijft tevens in een openbaar Facebookbericht:

(…) Misschien moeten jullie eens in je eigen belang gaan denken. Dat [eiser] en [eiseres] de goede naam van anderen beschadigen. Met hun praktijken en het niet nemen van enige verantwoordelijk voor hun criminele praktijken. En neem het in je eigen belang maar aan: het bewijs is knetterhard. Foto, beeld, geluid, alles van A tot Z. [eiser] en [eiseres] staan erom bekend om personeel uit te zuigen, misbruik van hun onwetendheid te maken en schijt aan contractuele afspraken blijkt een gewoontegoed. Dat is zelfs de eigen omgeving van die 2 opgevallen. Weet wel dat ze zelfs tegen hun familie zouden liegen. Als je slimmer bent, snap je dat dit een serieus probleem is. Er komt een rechtzaak, een strafrechterlijke aangifte ligt er al en het bewijs is sluitend. Ow ja, ook de gemeente lijkt het aardig zat en zelfs de burgemeester leest mee.

Misschien wordt het tijd dat jullie zelf dat duo eens uit te leggen hoe ze de boel voor iedereen verneuken? Voor jezelf. Je bent er al vaste klanten door kwijt, want ze hebben de familie van loyale vaste klanten van je opgelicht. Fijn hé?! (…)

2.7.

In een e-mailbericht van [handelsnaam] van 10 augustus 2023 aan [eisers] staat onder meer:

(…) U mag zich met bovenstaande in uw handen knijpen. Zo graag willen cliënten (sneller) van u af. Maar ze laat u er echter ook niet mee wegkomen, dus wees wijs: overspeel uw hand niet. En als jullie dit weigeren, dan blijken jullie nog dommer te zijn dat jullie al bleken. En als jullie denken dat cliënten hiermee de strafrechterlijke grens overgaan, integendeel. U bent het zelf die geen enkel besef toont van integriteit. De enige oplichters hier zijn de [naam 1] en hun criminele vriendjes.

Tot slot wijs ik u erop dat cliënten aangifte van oplichting, bedreiging, laster en inbraak hebben gedaan bij het Openbaar Ministerie en dat de zaak bij de Hoofdofficier van Justitie van het Openbaar Ministerie (Zeeland-West-Brabant) kenbaar is gemaakt. Mocht uw cliënten op enigerlei wijze nog lastig vallen en/of intimideren, op welke manier dan ook, zullen daar de nodige justitiële en publicitaire gevolgtrekkingen aan worden verbonden. Één verkeerd woord van u of uw criminele vrienden en u hangt dus allemaal. (…)

2.8.

In een e-mailbericht van [handelsnaam] van 27 augustus 2023 aan [eisers] staat onder meer:

(…) Mensen met de dood bedreigen en zelf slachtoffertje spelen terwijl je alles aan mekaar liegt, stelletje psychopaten zeg..

Betalen gaat gebeuren. Linksom of rechtsom.

Game over.. De verkeerde genaaid. (…)

(…) U heeft het verdere verloop als ‘partners in crime’ gezamenlijk in de hand.

N.B. (doods)bedreigingen kunt u achterwege laten. Die gaan linea recta naar het strafdossier. U bent uitgespeeld.

Betalen, of voor het volle pond het schip in. Dan leggen we meteen overal conservatoir beslag op. (…)

2.9.

In een aantal WhatsApp-berichten schrijft [gedaagde 3] aan [eisers] onder meer:

(…) [eiseres] , zoals je weet ben je een enorme oplichtster. En is iedereen klaar met jullie praktijken. Laat ik er helder over zijn, jullie betalen de rekening van jullie praktijken en niet de slachtoffers die je maakt. Als je denkt op deze voet door te kunnen gaan ben je uiteindelijk zelf degene die met een kogel in je op (jullie dreigementen) eindigt. Laat volstrekt helder zijn dat je vroeg of laat de prijs betaald voor je misdaden. (…) Het is dus heel simpel [eiseres] . Jij gaat met je grote bek gewoon betalen wat ons toekomt, namelijk schadevergoeding voor de schade en het leed wat je hebt toegebracht. Zo niet, dan worden al jouw praktijken op internet gezet.

Je bent zelf de publiciteit gaan zoeken, en alleen al daarom verlies je de zaak. Elke bekwame advocaat had je afgeraden om te procederen, en op schikken aangestuurd. Maar ja, dat krijg je als je een oplichtster bent en je man een viezerik die grensoverschrijdend gedrag jegens vrouwen binnen de bakkerij heeft gepleegd. Duidelijk dat er bij jullie beiden een steekje los zit en jullie hoogmoed voor de val komt.

Indien je per direct betaald, de uitingen offline haalt en de procedure doorhaalt, is dat je enige kans voor jezelf om dit niet nog verder te laten escaleren (…)

25.000 voor 15h00

En als je ons nog één keer bedreigd, breng je je eigen kinderen in gevaar. De Politie weet hiervan. Ik heb ze al gewaarschuwd dat jullie grote risico’s lopen als je hiermee door gaat.

Laatste kans [eiseres] . Denk aan je kinderen bij je keuze. Wie vuur eet, schijt vonken. Dus ruim je shit op.

Er zijn mensen die voor ons dan in actie komen en die helemaal klaar met jullie zijn. En die niet zo geciviliseerd te werk zullen gaan. Die gewoon jullie een lesje gaan leren. Dus ben wijs en laat het niet nogmaals uit de hand lopen.

Jij gaat verantwoordelijkheid nemen, linksom of rechtsom. Je kunt je verschuilen achter dat masker van je, maar vroeg of laat komt toch alles wat jullie doen wel uit. En misschien wel vroeger dan later, als je deze laatste kans afschiet. Je gaat de pijn snel voelen die je anderen aandoet, als je niet onmiddelijk dit oplost.

Ben ik duidelijk?!

Betalen of voor de bijl.

Jullie keuze, vieze charlatans!

Oplichten en weglopen kun je goed.

Maar jij gaat je verantwoordelijkheid nemen. Je staat vanaf morgen in de spotlights, op die manier die je verdiend. En je gaat nu betalen voor de ellende die jij hebt veroorzaakt. Jullie dacht toch niet dat je ermee weg gingen komen?

Tijd dat jullie eens gaat leren wat je heel veel mensen hebt aangedaan. Lees maar eens hoe het in een rechtstaat werkt. Domme hardleerse gans.

Jij betaald voor 23h59 die 25k. Anders ga jij daar intens spijt van krijgen.

Je bent gewoon tuig. En dat gaat het bezuren. (…)

2.10.

Bij sommatiebrief van 3 september 2023 heeft de gemachtigde van [eisers] [gedaagden] gesommeerd tot het plaatsen van een rectificatie op LinkedIn en wordt [gedaagden] gesommeerd zich te onthouden van schadelijke en diffamerende berichtgeving over [eisers]

3 Het geschil in beide zaken

3.1.

[eisers] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:

I. Een verklaring voor recht dat [gedaagden] op grond van artikel 6:162 Burgerlijk Wetboek (BW) onrechtmatig heeft gehandeld jegens [eisers] en als gevolg hiervan aansprakelijk is voor de door [eisers] geleden schade als gevolg van dit onrechtmatig handelen;

II. [gedaagden] hoofdelijk te veroordelen om aan [eisers] te betalen binnen twee weken na het in deze te wijzen vonnis een bedrag van € 25.000,-;

III. [gedaagden] te verbieden om zich in de toekomst nog onrechtmatig, onnodig grievend en diffamerend uit te laten over [eisers] , een en ander op verbeurte van een dwangsom van € 1.000,- per gebeurtenis met een maximum van € 25.000,-, althans een dwangsom in goede justitie te bepalen;

IV. [gedaagden] te verbieden om in de toekomst contact te zoeken met [eisers] , hun familie, vrienden en zakenrelaties, op verbeurte van een dwangsom van € 1.000,- per gebeurtenis met een maximum van € 25.000,-, althans een dwangsom in goede justitie te bepalen;

V. [gedaagden] te gebieden binnen twee dagen na een daartoe strekkend vonnis op de LinkedIn-pagina van [gedaagden] in dezelfde opmaak de volgende rectificatie te plaatsen zonder bijgaand commentaar of commentaar elders op de LinkedIn-pagina voor de duur van minimaal vier weken:

“In diverse artikelen geplaatst op deze LinkedIn-pagina heb ik [eiser] en [eiseres] beschuldigd van diverse strafbare feiten en andere onbehoorlijke feiten. Deze beschuldigingen waren onnodig grieven, diffamerend, onjuist en vonden geen steun in het beschikbare feitenmateriaal.

[gedaagde 3]

een en ander op verbeurte van een dwangsom van € 1.000,- per dag, voor elke dag of gedeelte van een dag dat [gedaagden] nalatig is om aan deze veroordeling te voldoen, met een maximum van € 25.000,- althans een dwangsom in goede justitie te bepalen.

VI. [gedaagden] te veroordelen in de proceskosten en nakosten met wettelijke rente.

3.2.

Bij wijze van incident (provisionele vordering) vordert [eisers] om [gedaagden] te verbieden om zich nog onrechtmatig, onnodig grievend en diffamerend uit te laten over [eisers] alsmede [gedaagden] te verbieden om contact te zoeken met [eisers] , hun familie, vrienden en zakenrelaties, met veroordeling van [gedaagden] in de proceskosten en nakosten.

3.3.

[eisers] legt kort samengevat aan zijn vorderingen ten grondslag dat [gedaagden] onrechtmatig jegens hem heeft gehandeld door de grievende en diffamerende uitlatingen over hem te doen via social media. [eisers] heeft daardoor immateriële schade geleden.

3.4.

[gedaagden] voert gemotiveerd verweer, dat kort samengevat neerkomt op het volgende. [gedaagde 3] is geen procespartij omdat geen dagvaarding aan hem is uitgebracht. De dagvaarding aan de vennootschappen voldoet niet aan het vereiste van artikel 111 lid 3 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) zodat deze nietig moet worden verklaard. Ook is sprake van een schending van de waarheidsplicht ex artikel 21 Rv omdat [eisers] zaken verhult en leugens vertelt, aldus [gedaagden] De vordering tegen de vennootschappen moet niet ontvankelijk worden verklaard, omdat de vennootschappen ten onrechte zijn gedagvaard. De publicaties over [eisers] zijn namelijk geplaatst op LinkedIn en Facebook onder profielen met de naam ‘ [naam 2] ’, en deze profielen behoren niet toe aan deze vennootschappen. De vennootschappen zijn ook niet betrokken in het (privé-)geschil tussen [gedaagde 3] en [eisers] dat betrekking heeft op de vakantiewoning in [land] . In het geval het handelen van [gedaagde 3] aan de vennootschappen kan worden toegerekend, is sprake van het recht van vrijheid van meningsuiting van [gedaagde 3] en het belang van [gedaagde 3] om de misstanden van [eisers] onder publieke aandacht te brengen, zodat op grond van de vereiste belangenafweging van onrechtmatig handelen geen sprake is.

3.5.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4 De beoordeling in beide zaken

in de hoofdzaak

Dagvaarding [gedaagde 3]

4.1.

De kantonrechter stelt vast dat [eisers] op 27 september 2023 een dagvaarding hebben laten betekenen aan [gedaagde 3] om te verschijnen ter rolzitting van

11 oktober 2023. Deze dagvaarding is betekend aan [gedaagde 3] op de wijze zoals voorgeschreven in artikel 55 lid 2 Rv in verbinding met artikel 117 Rv. Een uittreksel van het exploot is door de deurwaarder bekend gemaakt in de Staatscourant, zo blijkt uit een afschrift daarvan dat door [eisers] is overgelegd. Verder staat vast dat [gedaagde 3] in de procedure is verschenen. Dit betekent dat [gedaagde 3] als procespartij zal worden aangemerkt.

Substantiёringsplicht en waarheidsplicht

4.2.

[gedaagden] heeft aangevoerd dat de dagvaarding(en) niet voldoen aan de substantiёringsplicht en dat de waarheidsplicht wordt geschonden en vraagt de kantonrechter hieruit de gevolgtrekking te maken die hij geraden acht. De kantonrechter overweegt hierover als volgt.

4.3.

[eisers] heeft in de – nagenoeg identieke – dagvaardingen het verweer van [gedaagden] vermeld en heeft in de dagvaardingen een bewijsaanbod met bewijsmiddelen vermeld en daarmee aan de substantiёringsplicht (artikel 111 lid 3 Rv) voldaan zodat geen sanctie zal volgen.

4.4.

De strekking van artikel 21 Rv is dat de kantonrechter niet op het verkeerde been mag worden gezet door het aanvoeren van onjuiste feitelijke en onvolledige stellingen. [gedaagden] stelt dat [eisers] bewust zaken heeft verhuld en de kantonrechter heeft bedrogen met flagrante leugens. Dat [eisers] welbewust feiten heeft verdraaid of voor de beslissing relevante feiten heeft achtergehouden of verdoezeld heeft [gedaagden] onvoldoende onderbouwd. Partijen verschillen duidelijk van mening over de feiten die aan het geschil ten grondslag worden gelegd, maar dat betekent niet dat [eisers] de kantonrechter heeft voorgelogen. Het beroep van [gedaagden] op artikel 21 Rv faalt derhalve.

Onrechtmatige daad?

4.5.

De kantonrechter zal eerst de vraag beantwoorden of [gedaagde 3] onrechtmatig heeft gehandeld jegens [eisers] door uitlatingen te doen op social media over [eisers] , en zo ja, dan zal worden toegekomen aan de vraag of dat onrechtmatig handelen ook aan zijn vennootschappen kan worden toegerekend.

4.6.

De kantonrechter stelt voorop dat een ieder het grondrecht heeft om zijn mening te uiten, dat zich ook uitstrekt tot gedachten en gevoelens van welke inhoud dan ook. Dat betekent ook dat iemand de vrijheid heeft kritiek te uiten en zich op negatieve wijze over een ander uit te laten, ook als die uitlatingen een beschuldiging aan het adres van de ander inhouden. De vrijheid van meningsuiting kent echter grenzen in het geval daarmee iemands eer en goede naam op onrechtmatige wijze wordt aangetast. Het antwoord op de vraag welke van deze grondrechten in dit concrete geval zwaarder weegt, is afhankelijk van alle relevante omstandigheden van het geval. Bij deze afweging komt in beginsel geen voorrang toe aan een van beide rechten (zie ook Hoge Raad 31 maart 2017, ECLI:NL:HR:2017:569). Bij de beoordeling van het voorgaande spelen de volgende omstandigheden een rol:

a. de aard van de gepubliceerde verdenkingen en de ernst van de te verwachten gevolgen voor degene op wie die uitlatingen betrekking hebben;

b. de ernst – bezien vanuit het algemeen belang – van de misstand welke de uitlatingen aan de kaak beogen te stellen;

c. de mate waarin ten tijde van de uitlatingen deze steun vonden in het toen beschikbare feitenmateriaal;

d. de inkleding van de uitlatingen, gezien in verhouding tot de hiervoor bedoelde factoren;

e. de mate van waarschijnlijkheid dat, ook zonder de verweten uitingen op sociale media in het algemeen belang het nagestreefde doel langs andere, voor de wederpartij minder schadelijke wegen met een redelijke kans op spoedig succes bereikt had kunnen worden.

4.7.

[gedaagde 3] brengt [eisers] in diverse berichten op LinkedIn en op Facebook in verband met eigenrichting, chantage, leugens, afpersing, inbraak, diefstal en bedreiging met de dood. In deze berichten wordt door [gedaagde 3] de indruk gewekt dat [eisers] een ‘crimineel’, ‘oplichter’ en ‘charlatan’ is en dat hij eigen personeel slecht behandelt en uitbuit. Het is de kantonrechter duidelijk dat partijen een (hoog) opgelopen conflict hebben over de gebeurtenissen met betrekking tot de vakantiewoning in [land] . [gedaagde 3] mag zijn persoonlijke mening en zijn frustraties over dat conflict publiekelijk uiten, maar hij is daarbij wel aan zekere grenzen van betamelijkheid gebonden. De kantonrechter is van oordeel dat [gedaagde 3] die grenzen heeft overschreden. [gedaagde 3] heeft namelijk geen concrete feiten en omstandigheden gesteld waaruit objectief kan worden opgemaakt dat [eisers] zich schuldig hebben gemaakt aan strafbare feiten, zoals chantage, oplichting, afpersing, diefstal en of bedreiging van (naasten van) [gedaagde 3] . Voor het gebruik van dergelijke kwalificaties is in beginsel geen plaats, voor dat door een onafhankelijke rechter daarover een oordeel is gegeven en dat is hier niet het geval. Dat [gedaagde 3] zelf vindt dat sprake is van strafbare feiten, maakt nog niet dat het daarmee vast staat en het hem vrij staat dat publiekelijk te uiten. Ook de aantijging dat [eisers] eigen personeel heeft uitgebuit vindt geen steun in het feitenmateriaal dat door [gedaagde 3] is aangevoerd. [gedaagde 3] heeft hierover bewijs aangeboden, maar omdat dit bewijsaanbod onvoldoende duidelijk en concreet is, zal de kantonrechter hieraan voorbijgaan.

4.8.

[gedaagde 3] heeft [eisers] ook beschuldigd van eigenrichting. De kantonrechter stelt vast dat [eisers] heeft toegegeven dat hij in april 2023 de sloten van de vakantiewoning heeft laten vervangen en dat hij – met behulp van verhuizers – persoonlijke bezittingen van [gedaagde 3] heeft buitengezet. Echter, zonder bijkomende feiten en omstandigheden, welke ontbreken, kan niet worden vastgesteld dat dit (naar Spaanse wetgeving) als onrechtmatig (eigenrichting) wordt aangemerkt. Maar zelfs in het geval dit handelen als onrechtmatig zou worden aangemerkt, dan rechtvaardigt dit naar het oordeel van de kantonrechter nog niet om [eisers] in social media met naam en toenaam (ondersteund met foto’s van [eisers] ) uit te maken voor ‘criminelen’, ‘charlatans’ en ‘oplichters’. Dit klemt temeer nu uit de stukken blijkt dat [gedaagde 3] ervan op de hoogte is dat [eisers] zeer actief is op social media en hij in zekere mate publieke bekendheid geniet door zijn deelname aan een landelijk tv-programma. Derhalve was voor [gedaagde 3] voorzienbaar dat de berichtgeving nadelige gevolgen voor [eisers] zou hebben.

4.9.

De kantonrechter oordeelt tot slot dat met de berichtgeving van [gedaagde 3] geen algemeen belang wordt gediend en geen algemene misstand aan de kaak wordt gesteld. Het gaat om een persoonlijk conflict dat [gedaagde 3] heeft met [eisers] en dat hij op de hierboven aangehaalde wijze openbaar maakt.

4.10.

Het voorgaande betekent dat de inbreuk die [gedaagde 3] maakt op het recht van [eisers] om verschoond te blijven van aantasting in de eer en goede naam, niet gerechtvaardigd is, en dat zijn handelen daarom als onrechtmatig moet worden aangemerkt. De kantonrechter is van oordeel dat dit onrechtmatig handelen ook kan worden toegerekend aan [gedaagde 2] en [gedaagde 1] en aan [gedaagde 3] in zijn hoedanigheid van bestuurder van [gedaagde 2] . [gedaagde 3] heeft immers voor het plaatsen van de onrechtmatige berichten op social media (LinkedIn) gebruik gemaakt van zijn zakelijke account (…) @ [gedaagde 1] B.V. | Legal | Helper (…) en [gedaagde 3] heeft de berichten geplaatst in het perspectief van zijn beroep als rechtskundig adviseur.

4.11.

De gevorderde verklaring voor recht van [eisers] zal op grond van het vorenstaande dan ook worden toegewezen.

4.12.

Uit de processtukken en hetgeen ter zitting is verhandeld is gebleken dat [gedaagden] , ondanks een aan hem toegezonden sommatiebrief, niet is gestopt met het plaatsen van grievende berichten over [eisers] op social media. [gedaagden] zal daarom worden verboden zich in de toekomst onrechtmatig en grievend uit te laten over [eisers] Op overtreding van dit verbod zal een dwangsom worden gesteld van € 500,00 per grievende uitlating met een maximum van € 15.000,00.

Schadevergoeding

4.13.

Door de onrechtmatige uitlatingen van [gedaagden] is [eisers] geschaad in zijn eer en goede naam. Daarom zal [gedaagden] hoofdelijk worden veroordeeld tot vergoeding van de immateriële schade van [eisers] Met inachtneming van de omstandigheden van het geval als hiervoor overwogen, zal de kantonrechter deze schade naar redelijkheid en billijkheid vaststellen op een bedrag van € 500,00.

Contactverbod

4.14.

[eisers] vordert tevens een verbod van [gedaagden] om in de toekomst contact te zoeken met [eisers] , hun familie, vrienden en zakenrelaties. Uitgangspunt voor het door [eisers] gevorderde contactverbod is dat voor het toewijzen van een dergelijke ingrijpende maatregel sprake moet zijn van in hoge mate aannemelijke feiten en omstandigheden die deze maatregel kunnen rechtvaardigen.

4.15.

De kantonrechter stelt vast dat [gedaagden] ondanks dat deze procedures aanhangig zijn gemaakt, niet is gestopt met het benaderen van [eisers] en dat hij het niet schuwt om ook anderen te betrekken in zijn persoonlijke conflict met [eisers] Dit blijkt onder meer uit zijn berichtgeving op social media en e-mailberichten. Ook de bejegening van [eisers] in diverse (persoonlijke) Whatsapp berichten en in e-mailberichten – zie hiervoor onder 2.7. tot en met 2.9 – acht de kantonrechter dreigend en (mild uitdrukt) onprettig van toon. De kantonrechter is daarom van oordeel dat [eisers] voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat het zoeken van contact door [gedaagden] onrechtmatig handelen oplevert. De vrees dat dit handelen van [gedaagden] zich in de toekomst zal voortzetten acht de kantonrechter gelet op de inhoud van de processtukken en de hiervoor genoemde omstandigheden, gerechtvaardigd.

4.16.

De kantonrechter zal [gedaagden] dan ook verbieden om in de toekomst contact te zoeken met [eisers] , hun familie, vrienden en zakenrelaties, op verbeurte van een dwangsom van € 500,00 per gebeurtenis met een maximum van € 15.000,00. De kantonrechter ziet, gelet op de eisen van proportionaliteit, aanleiding om de duur van het contactverbod te beperken tot een periode van twee jaar.

Rectificatie

4.17.

Ten aanzien van de rectificatie overweegt de kantonrechter dat, nu sprake is van een inbreuk op het recht tot bescherming van de eer en goede naam van [eisers] en niet gebleken is dat de berichten op social media zijn verwijderd, [eisers] belang heeft bij een rectificatie. [gedaagden] zal dan ook worden veroordeeld tot een rectificatie op LinkedIn te plaatsen binnen twee dagen na betekening van dit vonnis, voor de duur van veertien dagen. Als prikkel om tot plaatsing van de rectificatie over te gaan zal de kantonrechter hieraan een dwangsom verbinden van € 500,00 per dag of gedeelte van de dag dat [gedaagde 3] nalatig is om aan de veroordeling te voldoen, met een maximum van € 15.000,00.

Proceskosten

4.18.

[gedaagden] is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De kantonrechter ziet aanleiding om de proceskosten in beide procedures te beperken, omdat [eisers] naar het oordeel van de kantonrechter had kunnen volstaan met één dagvaarding en één procedure tegen [gedaagden]

4.19.

De proceskosten van [eisers] worden met inachtneming van hetgeen hiervoor is overwogen begroot op:

  • -

    kosten dagvaarding € 129,14

  • -

    griffierecht € 693,00

  • -

    salaris gemachtigde € 164,00 (2 punten x € 82,00)

  • -

    nakosten € 41,00

totaal € 1.027,14

4.20.

De wettelijke rente over de proceskosten en de nakosten zal worden toegewezen op na te melden wijze.

in het incident

4.21.

Nu het primair gevorderde (contact-)verbod in de hoofdzaak wordt toegewezen, heeft [eisers] geen belang meer bij de gevorderde provisionele voorziening, zodat deze zal worden afgewezen. De kantonrechter ziet in deze omstandigheid aanleiding om de proceskosten te compenseren.

5 De beslissing

in de zaak 23-2944 en in de zaak 23-3318

De kantonrechter

in de hoofdzaak

5.1.

verklaart voor recht dat [gedaagden] onrechtmatig heeft gehandeld jegens [eisers] en aansprakelijk is voor de door [eisers] geleden schade als gevolg van dit onrechtmatig handelen;

5.2.

veroordeelt [gedaagden] hoofdelijk om aan [eisers] te betalen binnen twee weken na datum van dit vonnis een bedrag van € 500,00 aan schadevergoeding;

5.3.

verbiedt [gedaagden] om zich in de toekomst nog onrechtmatig, onnodig grievend en diffamerend uit te laten over [eisers] op verbeurte van een dwangsom van € 500,00 per overtreding met een maximum van € 15.000,00;

5.4.

verbiedt [gedaagden] om in de toekomst contact te zoeken met [eisers] , hun familie, vrienden en zakenrelaties op verbeurte van een dwangsom van € 500,00 per overtreding met een maximum van € 15.000,00, met dien verstande dat dit contactverbod wordt beperkt tot de duur van twee jaren;

5.5.

veroordeelt [gedaagden] om binnen twee dagen na betekening van dit vonnis op de LinkedIn-pagina van [gedaagden] , in dezelfde opmaak, de volgende rectificatie te plaatsen, zonder bijgaand commentaar of commentaar elders op de LinkedIn-pagina, en deze rectificatie gedurende veertien dagen te laten staan, op verbeurte van een dwangsom van

€ 500,00 per dag, voor elke dag of gedeelte van de dag dat [gedaagden] nalatig is om aan deze veroordeling te voldoen met een maximum van € 15.000,00:

“In diverse artikelen geplaatst op deze LinkedIn-pagina heb ik [eiser] en [eiseres] beschuldigd van diverse strafbare feiten en andere onbehoorlijke feiten. Deze beschuldigingen waren onnodig grievend, diffamerend, onjuist en vonden geen steun in het beschikbare feitenmateriaal.

[gedaagde 3] “

5.6.

veroordeelt [gedaagden] in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van [eisers] vastgesteld op € 1.027,14, te voldoen binnen veertien dagen na datum van dit vonnis, bij gebreke waarvan voormeld bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente met ingang van de vijftiende dag na datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;

5.7.

verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;

5.8.

wijst het meer of anders gevorderde af.

in het incident

5.9.

wijst de provisionele vordering af;

5.10.

compenseert de proceskosten, in die zin dat partijen elk hun eigen kosten dragen.

Dit vonnis is gewezen door mr. Rouwen en in het openbaar uitgesproken op

27 maart 2024.

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.