1 Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
1
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 28 mei 2020 tot en met 31 mei 2020 te Schiphol en/of Tilburg en/of (elders in) Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een ander, te weten [naam 1] , behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland, een andere lidstaat van de Europese Unie, IJsland of Noorwegen, in elk geval een staat die is toegetreden tot het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht, tot aanvulling van het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Verdrag tegen transnationale georganiseerde misdaad, of die [naam 1] daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft,
immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
- die [naam 1] (op 30 mei 2020) opgehaald (na)bij een NS-station en/of (vervolgens) die [naam 1] naar een (woon)adres te Tilburg, in elk geval in Nederland, vervoerd/begeleid en/of
- die [naam 1] (op 30-31 mei 2020) voorzien van een tijdelijk verblijfsadres in Tilburg, in elk geval in Nederland, en/of
- die [naam 1] een telefoon ter beschikking gesteld en/of
- een vliegticket voor die [naam 1] geboekt (voor een vlucht op 31 mei 2020 vanaf Schiphol met als eindbestemming Sofia te Bulgarije) en/of
- een vliegticket geboekt op naam van (medeverdachte) [medeverdachte] voor een vlucht op 31 mei 2020 van Schiphol naar Londen Heathrow en/of
- een vliegticket geboekt op naam van [verdachte] voor een vlucht op 31 mei 2020 van Schiphol naar Londen Heathrow) en/of
- die [naam 1] instructies en/of aanwijzingen gegeven (hoe op 31 mei 2020 te handelen op de luchthaven Schiphol) en/of
- ( op 31 mei 2020) die [naam 1] per auto vervoerd naar de luchthaven Schiphol en/of die [naam 1] op de luchthaven Schiphol afgezet en/of
- aan die [naam 1] een niet op zijn naam gesteld Nederlands paspoort overhandigd (welk paspoort tenaam was gesteld op [medeverdachte] en voorzien was van [nummer] ) en/of
- aan die [naam 1] een vliegticket overhandigd en/of toegestuurd voor een vlucht van Schiphol naar Sofia en/of aan die [naam 1] een vliegticket (op naam gesteld van [medeverdachte] ) overhandigd en/of toegestuurd voor een vlucht van Schiphol naar Londen Heathrow en/of
- die [naam 1] (voor en/of na de security controle/filter) op de luchthaven Schiphol begeleid en/of
- die [naam 1] op de luchthaven Schiphol geholpen met inchecken en/of
- onderling contact gehad over de smokkel van die [naam 1] ,
terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden dat die toegang of die doorreis wederrechtelijk was,
terwijl verdachte, en/of diens mededader(s), van het plegen van het vorenomschreven strafbaar feit een beroep of gewoonte maakt/maken;
2
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 23 mei 2020 tot en met 24 mei 2020 te Schiphol en/of Tilburg en/of (elders in) Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een ander, te weten [naam 2] (hierna: [naam 2] ), behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland, een andere lidstaat van de Europese Unie, IJsland of Noorwegen, in elk geval een staat die is toegetreden tot het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht, tot aanvulling van het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Verdrag tegen transnationale georganiseerde misdaad, of die [naam 2] daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft,
immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
- een vliegticket geboekt op naam van (medeverdachte) [medeverdachte] voor een vlucht op 24 mei 2020 van Schiphol naar Londen Heathrow en/of
- een vliegticket geboekt op naam van [verdachte] voor een vlucht op 24 mei 2020 van Schiphol naar Londen Heathrow en/of
- die [naam 2] instructies en/of aanwijzingen gegeven (hoe op 24 mei 2020 te handelen op de luchthaven Schiphol) en/of
- ( op 24 mei 2020) die [naam 2] per auto vervoerd naar de luchthaven Schiphol en/of die [naam 2] op de luchthaven Schiphol afgezet en/of
- die [naam 2] begeleid op de luchthaven Schiphol en/of
- aan die [naam 2] een niet op zijn naam gesteld Nederlands paspoort overhandigd (welk paspoort tenaam was gesteld op [medeverdachte] en voorzien
was van [nummer] ) en/of
- aan die [naam 2] een vliegticket (op naam gesteld van [medeverdachte] ) overhandigd en/of toegestuurd voor een vlucht van Schiphol naar Londen
Heathrow en/of
- die [naam 2] (voor en/of na de security controle/filter) op de luchthaven Schiphol begeleid en/of
- onderling contact gehad over de smokkel van die [naam 2] en/of
- dezelfde vlucht (als die van [naam 2] ) genomen vanaf Schiphol naar Londen
Heathrow,
terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden dat die toegang of die doorreis wederrechtelijk was,
terwijl verdachte, en/of diens mededader(s), van het plegen van het vorenomschreven strafbaar feit een beroep of gewoonte maakt/maken.
3 Beoordeling van het bewijs
3.1.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van de beide ten laste gelegde feiten.
3.2.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich ten aanzien van de beide feiten gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank, met uitzondering van de tenlastegelegde strafverzwarende omstandigheid dat de verdachte van de mensensmokkel een beroep of gewoonte heeft gemaakt. De raadsvrouw heeft zich op het standpunt gesteld dat de verdachte hiervan moet worden vrijgesproken.
3.3
Oordeel van de rechtbank
3.3.1
Partiële vrijspraak feit 1 en feit 2
De rechtbank is van oordeel dat niet kan worden bewezen dat de verdachte van de mensensmokkel een beroep of gewoonte heeft gemaakt. Het dossier bevat meerdere aanwijzingen voor eerdere gevallen van mensensmokkel waarbij de verdachte betrokken is geweest, maar nu direct bewijs of een veroordeling hiervoor ontbreekt, kan niet bewezen worden dat de verdachte daar een beroep of gewoonte van heeft gemaakt. De verdachte zal dan ook van deze strafverzwarende omstandigheid worden vrijgesproken.
3.3.2
Redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten op grond van de bewijsmiddelen die in de bijlage bij dit vonnis zijn opgenomen.
3.4.
Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat
1
hij in de periode van 28 mei 2020 tot en met 31 mei 2020 te Schiphol en Tilburg en elders in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen [naam 1] behulpzaam is geweest bij doorreis door Nederland, of die [naam 1] daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft,
immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededaders
- die [naam 1] op 30 mei 2020 opgehaald bij een NS-station en vervolgens die [naam 1] naar een woonadres te Tilburg vervoerd/begeleid en
- die [naam 1] op 30-31 mei 2020 voorzien van een tijdelijk verblijfsadres in Tilburg, en
- die [naam 1] een telefoon ter beschikking gesteld en
- een vliegticket voor die [naam 1] geboekt voor een vlucht op 31 mei 2020 vanaf Schiphol met als eindbestemming Sofia te Bulgarije en
- een vliegticket geboekt op naam van medeverdachte [medeverdachte] voor een vlucht op 31 mei 2020 van Schiphol naar Londen Heathrow en
- een vliegticket geboekt op naam van [verdachte] voor een vlucht op 31 mei 2020 van Schiphol naar Londen Heathrow en
- die [naam 1] instructies en/of aanwijzingen gegeven hoe op 31 mei 2020 te handelen op de luchthaven Schiphol en
- op 31 mei 2020 die [naam 1] per auto vervoerd naar de luchthaven Schiphol en die [naam 1] op de luchthaven Schiphol afgezet en
- aan die [naam 1] een niet op zijn naam gesteld Nederlands paspoort overhandigd, welk paspoort te naam was gesteld op [medeverdachte] en voorzien was van [nummer] en
- aan die [naam 1] een vliegticket overhandigd voor een vlucht van Schiphol naar Sofia en aan die [naam 1] een vliegticket op naam gesteld van [medeverdachte] overhandigd voor een vlucht van Schiphol naar Londen Heathrow en
- die [naam 1] voor en na de security controle op de luchthaven Schiphol begeleid en
- die [naam 1] op de luchthaven Schiphol geholpen met inchecken en
- onderling contact gehad over de smokkel van die [naam 1] ,
terwijl verdachte en zijn mededaders wisten dat die doorreis wederrechtelijk was;
2
hij in de periode van 23 mei 2020 tot en met 24 mei 2020 te Schiphol en Tilburg en elders in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen,
een ander, te weten [naam 2] (hierna: [naam 2] ), behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van doorreis door Nederland, of die [naam 2] daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft,
immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededaders
- een vliegticket geboekt op naam van [verdachte] voor een vlucht op 24 mei 2020 van Schiphol naar Londen Heathrow en
- die [naam 2] instructies en/of aanwijzingen gegeven hoe op 24 mei 2020 te handelen op de luchthaven Schiphol en
- op 24 mei 2020 die [naam 2] per auto vervoerd naar de luchthaven Schiphol en die [naam 2] op de luchthaven Schiphol afgezet en
- die [naam 2] begeleid op de luchthaven Schiphol en
- aan die [naam 2] een niet op zijn naam gesteld Nederlands paspoort overhandigd welk paspoort te naam was gesteld op [medeverdachte] en voorzien was van [nummer] ) en
- die [naam 2] voor en/of na de security controle op de luchthaven Schiphol begeleid en
- onderling contact gehad over de smokkel van die [naam 2] en
- dezelfde vlucht als die van [naam 2] genomen vanaf Schiphol naar Londen Heathrow,
terwijl verdachte en zijn mededaders wisten dat die doorreis wederrechtelijk was.
Wat aan de verdachte onder 1 en 2 meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
8 Beslissing
De rechtbank:
Verklaart bewezen dat de verdachte de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor onder 3.4. weergegeven.
Verklaart niet bewezen wat aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt hem daarvan vrij.
Bepaalt dat de bewezen verklaarde feiten de hierboven onder 4. vermelde strafbare feiten opleveren.
Verklaart de verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot het verrichten van 200 (tweehonderd) uren taakstraf die bestaat uit het verrichten van onbetaalde arbeid, bij het niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door 100 dagen hechtenis.
Bepaalt dat de tijd die de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van dit vonnis in verzekering heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde taakstraf in mindering wordt gebracht, met dien verstande dat voor elke dag die de verdachte in verzekering heeft doorgebracht twee uren taakstraf, subsidiair één dag hechtenis, in mindering worden gebracht.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) maanden, met bevel dat deze straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat de verdachte voor het einde van de op twee jaren bepaalde proeftijd zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. G.M.G. Hink, voorzitter,
mr. P.A. Hesselink en mr. J. Lintjer, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier mr. L.L. de Vries,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 3 december 2024.