Crocs vordert in de hoofdzaak, kort weergegeven,
I. te verklaren voor recht dat Real inbreuk heeft gemaakt op haar merk-, model- en/of auteursrechten, dan wel anderszins onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld;
II. Real te bevelen zich te onthouden van het maken van inbreuk op de merkrechten, modelrechten en auteursrechten van Crocs, dan wel onrechtmatig handelen, op straffe van verbeurte van een dwangsom;
III. Real te bevelen opgave te verstrekken van aantallen en prijzen van de inbreukmakende goederen, namen van afnemers en leveranciers daarvan en van de voorraad inbreukmakende producten en promotiemateriaal;
IV. Real te bevelen om alle inbreukmakende c.q. onrechtmatige schoenen terug te halen
V. Real te veroordelen om aan Crocs te voldoen alle kosten die gepaard gaan met de opslag en vernietiging van de door de douane tegengehouden partij;
VI. aan het gevorderde onder II, III, IV en V een dwangsom te verbinden; VII. Real te veroordelen om aan Crocs een schadevergoeding te betalen, nader op te maken bij staat, dan wel Real te veroordelen tot betaling aan Crocs van de door Real met de inbreukmakende schoenen genoten winst;
VIII. Real te bevelen om aan Crocs te betalen de buitengerechtelijke kosten, het volledige salaris van de advocaat, te begroten op de voet van artikel 1019h Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), alsmede de verschotten van de advocaat en de vertaler.