3.1
In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
(i) De Gemeente heeft op 27 april 2011 een Europese openbare aanbesteding voor het sluiten van een raamovereenkomst met betrekking tot de levering van afdrukapparatuur inclusief aanvullende dienstverlening bekendgemaakt. In de offerteaanvraag is vermeld dat de raamovereenkomst vermoedelijk ingaat op 1 november 2011, een looptijd heeft van drie jaren en nadien tweemaal kan worden verlengd, telkens voor een periode van 12 maanden.
(ii) In hoofdstuk drie van de offerteaanvraag is de beoordelingsprocedure omschreven. Deze procedure is opgedeeld in zes fasen:
“Fase 1: kwalitatieve selectie
Aan de hand van het aanmeldingsformulier (…) worden de door de inschrijvers ingevulde en bijgevoegde aanmeldingsformulier en overige gegevens, bewijsstukken en/of verklaringen getoetst op volledigheid. Ook wordt getoetst of de inschrijvers onvoorwaardelijk aan alle eisen, welke zijn opgenomen in voormeld aanmeldingsformulier, voldoen. Elke inschrijving die niet voldoet, valt af. (…)
Fase 2: controleren of onvoorwaardelijk aan de gestelde eisen is voldaan
In deze fase wordt aan de hand van de door de inschrijvers ingevulde conformiteitenlijst (…) beoordeeld of de inschrijvers onvoorwaardelijk aan alle eisen voldoen. Alleen inschrijvers die bij elke eis ‘Ja’ invullen, zonder opmerkingen of toelichting, voldoen onvoorwaardelijk. Daar waar in de eis om een verwijzing gevraagd wordt, kan deze verwijzing natuurlijk worden gegeven.
Inschrijvers die niet onvoorwaardelijk aan álle eisen voldoen, vallen af.
(…)
Fase 3: beoordeling op wensen
Vervolgens worden van de inschrijvers die fase 1 en 2 goed doorgekomen zijn de antwoorden op de geformuleerde wensen beoordeeld.
De opdracht wordt gegund aan de inschrijver met de ‘economisch meest voordelige inschrijving’. Het gunningscriterium ‘economisch meest voordelige inschrijving’ is samengesteld uit wensen. (…)
Aan iedere wens is door het verwervingsteam een factor toegekend. Hierbij is een wens waaraan een lage factor is toegekend van minder belang dan een wens waaraan een hoge factor is toegekend. De factor is opgenomen bij elke wens (…).
Aan de hand van de verstrekte antwoorden/gegevens bij elke wens, wordt de mate waarin c.q. de wijze waarop de inschrijvingen ten opzichte van elkaar aan een wens voldoen beoordeeld met een cijfer variërend van 1 (voldoet het minst) tot en met 10 (voldoet het meest).
Bij wensen waar als antwoord een beschrijving gegeven dient te worden, bijvoorbeeld een plan van aanpak, verloopt het proces als volgt:
Het verwervingsteam bepaalt per wens eerst welke inschrijver ten opzichte van de andere inschrijvers het meest voldoet en welke het minst goed voldoet. Deze worden beoordeeld met een 10 respectievelijk een 1. Voor de overige inschrijvingen wordt de verdeling van cijfers (tussen de 1 en 10) bepaald door het inhoudelijke oordeel van het verwervingsteam.
(…)
Fase 4: berekening van score per wens en de totaalscore
Het behaalde cijfer (b) van iedere wens wordt vermenigvuldigd met de bijbehorende factor (a). De score (c) per wens is dan berekend. Door de scores van alle wensen bij elkaar op te tellen verkrijgt men de totaalscore (d). De inschrijver met de hoogste totaalscore heeft de economisch meest voordelige inschrijving gedaan.
(…)
Fase 5: afronding oordeel
Op grond van alle beschikbare informatie komt het verwervingsteam tot een totaaloordeel en rangorde en een eerste keuze van een inschrijver. Dit is de inschrijver met de hoogste totaalscore. (…)
Fase 6: bekendmaking resultaat van de beoordeling
De inschrijver met de hoogste totaalscore wordt uitgenodigd voor een gesprek over zijn inschrijving, verificatie van gegevens en bespreking van de eventueel te sluiten raamovereenkomst. De inschrijvers die (vooralsnog) niet in aanmerking komen, ontvangen een afwijzingsbrief. (…)
(iii) In paragraaf 3.2 van de offerteaanvraag is een regeling opgenomen voor het geval dat de als eerste geëindigde inschrijver tijdens de verificatiebespreking (fase 6) zou afvallen. Paragraaf 3.2 luidt als volgt:
“Het verwervingsteam stelt ter voorbereiding op de verificatie vast op welke punten door de inschrijver met de hoogste totaalscore geleverde informatie geverifieerd moet worden, c.q. welke documenten of nadere informatie de inschrijver ter tafel moet leggen. Tevens wordt vastgesteld welke vragen nog opheldering behoeven en welke punten nog afgestemd moeten worden, kortom op welke punten in de verificatiebespreking nog nader ingegaan moet worden.
Blijkt tijdens de besprekingen met de inschrijver dat in de inschrijving onjuiste informatie is verstrekt of dat op andere punten onoverkomelijke bezwaren bestaan, dan zal de betreffende inschrijver alsnog afvallen. Ook kan blijken dat geen overeenstemming kan worden bereikt over de te sluiten raamovereenkomst. In gevallen als deze zal in de regel besloten worden een bespreking met de als tweede geëindigde inschrijver te beleggen, dan wel de gehele procedure opnieuw te starten.”
(iv) Op de offerteaanvraag is (tijdig) ingeschreven door Océ, Ricoh en Xerox. Na beoordeling van de inschrijvingen heeft de Gemeente aan Océ, Ricoh en Xerox bericht voornemens te zijn de opdracht aan Océ te gunnen, onder de voorwaarden dat de verificatiebespreking tot een goed resultaat leidt en Xerox en Ricoh (de afgewezen inschrijvers, die respectievelijk als tweede en derde waren geëindigd) niet in rechte tegen het voorgenomen besluit opkomen. In de brief aan Océ is eveneens vermeld dat er bij het verwervingsteam enkele vragen en opmerkingen zijn opgekomen, welke vragen nog aan Océ zullen worden toegezonden.
(v) Bij het verificatiegesprek met Océ op 27 juni 2011 bleek de Gemeente dat de wijze waarop Océ in het prijsinvulformulier de zogenoemde tellertikprijs had berekend, niet aansloot bij de door de Gemeente in de offerteaanvraag onder 150 opgenomen eis. Daarmee voldeed de inschrijving van Océ niet aan het programma van eisen. Hierop heeft de Gemeente Océ medegedeeld dat, ingeval Océ het door haar ingediende prijsinvulformulier handhaaft, de Gemeente zich genoodzaakt zal zien de inschrijving van Océ terzijde te leggen.
(vi) Nadat Océ de Gemeente had bericht vast te houden aan het door haar ingediende prijsinvulformulier, heeft de Gemeente de inschrijving van Océ alsnog ongeldig verklaard.
(vii) Océ is in rechte tegen de ongeldigverklaring van haar inschrijving opgekomen. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van Océ, inhoudende een verbod tot gunning aan een ander dan Océ, een gebod om de opdracht aan Océ te gunnen en (subsidiair) een gebod om tot heraanbesteding over te gaan, afgewezen. Tegen dit vonnis heeft Océ geen hoger beroep ingesteld. Evenmin heeft zij een bodemprocedure aanhangig gemaakt.
(viii) De Gemeente heeft vervolgens aan Ricoh medegedeeld dat het eerder voorgenomen gunningsbesluit is komen te vervallen en dat zij voornemens is Ricoh de opdracht te gunnen, onder voorwaarde dat de verificatiebespreking een goed resultaat oplevert en dat de afgewezen inschrijvers niet in rechte tegen dit voorgenomen besluit opkomen. Xerox is door de Gemeente bericht dat zij vooralsnog niet voor gunning in aanmerking komt.
(ix) Xerox heeft daarop aan de Gemeente laten weten zich niet met voormeld gunningsbesluit te kunnen verenigen. Onder verwijzing naar paragraaf 3.2 van de offerteaanvraag betoogt zij dat de Gemeente met haar, Xerox, als tweede geëindigde inschrijver een bespreking had moeten beleggen. Volgens Xerox stond het de Gemeente niet vrij tot een hernieuwde beoordeling van de inschrijvingen over te gaan en de oorspronkelijk als derde geëindigde inschrijver als winnaar aan te wijzen.
(x) De Gemeente heeft Xerox bericht bij haar gunningsbeslissing te blijven. Volgens de Gemeente doet de in paragraaf 3.2 van de offerteaanvraag bedoelde situatie zich in dit geval niet voor, omdat de inschrijving van Océ ongeldig is en derhalve niet bij de beoordeling van de inschrijvingen dient te worden betrokken. Omdat de inschrijving van Océ niet in de beoordeling kan worden meegenomen “kan zij dan ook niet, zoals in paragraaf 3.2 verwoord, tijdens de verificatie afvallen”, aldus de Gemeente.
3.2.1
Xerox heeft in kort geding gevorderd dat de Gemeente wordt verboden uitvoering te geven aan haar voornemen tot gunning van de opdracht aan Ricoh en dat, voor zover zij de opdracht nog wil laten uitvoeren, haar wordt geboden een bespreking met Xerox te beleggen. Subsidiair heeft zij gevorderd de Gemeente te verbieden de opdracht te gunnen op grond van de gehouden aanbesteding. Ricoh is in het geding tussengekomen. Zij heeft gevorderd de Gemeente te gebieden de opdracht definitief aan haar te gunnen.
De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van Xerox afgewezen. Hij heeft geoordeeld dat het de Gemeente vrijstond na ongeldigverklaring van de inschrijving van Océ tot een herberekening van de aan Ricoh en Xerox toegekende scores over te gaan (rov. 4.5). Op basis van die herberekening is de Gemeente volgens de voorzieningenrechter terecht tot het oordeel gekomen dat Ricoh de economisch meest voordelige inschrijving heeft gedaan (rov. 4.7). Ook de door Ricoh ingestelde vordering is afgewezen, omdat Ricoh onvoldoende heeft gemotiveerd dat zij een rechtens te honoreren belang heeft om al voor de verificatieprocedure te verlangen dat de opdracht haar definitief wordt gegund.
3.2.2
Xerox heeft hoger beroep ingesteld. Bij tussenarrest heeft het hof Ricoh als tussenkomende partij toegelaten.
In zijn eindarrest heeft het hof overwogen dat de Gemeente in paragraaf 3.2 van het bestek heeft voorzien in de na de ongeldigverklaring van de inschrijving van Océ ontstane situatie. In deze paragraaf wordt geen onderscheid gemaakt tussen afvallen wegens ongeldigheid en afvallen wegens andere redenen. Dit brengt met zich dat de Gemeente dan ook eerst een verificatiebespreking had moeten beleggen met Xerox. Deze uitkomst is ook niet in strijd met het gelijkheidsbeginsel. Uit dat beginsel volgt immers niet als regel dat een ongeldige inschrijving geen rol mag spelen in de beoordeling van de resterende inschrijvingen, ook niet als een relatieve beoordelingssystematiek wordt gehanteerd. Bij gebreke van een dergelijke algemene regel geldt volgens het hof dat de Gemeente in de offerteaanvraag had moeten aangeven in een geval als het onderhavige tot herbeoordeling te willen overgaan. Nu dat niet is gebeurd, had de Gemeente een verificatiebespreking met Xerox moeten beleggen.
Dat wordt niet anders indien de gunningssystematiek van de Gemeente ertoe leidt dat de vraag wie er bij drie gegadigden als eerste, tweede of derde uit de bus komt, anders kan uitpakken dan bij twee gegadigden. (rov. 3.6) Het hof heeft het vonnis van de voorzieningenrechter vernietigd en, opnieuw rechtdoende, de Gemeente verboden uitvoering te geven aan het voornemen tot gunning van de opdracht aan Ricoh; voorts heeft het hof de Gemeente geboden conform paragraaf 3.2 van de offerteaanvraag een bespreking met Xerox te beleggen. Het hof heeft alle overige vorderingen afgewezen.