De kantonrechter is uitgegaan van een nalatenschap met als omvang € 24.576,71 (onderdeel 4.4. van de beschikking waarvan beroep), met daarop een correctie ten gunste van [verzoeker 1] (als in de tussenbeschikking in hoger beroep al verworpen). Per saldo resteerde toen € 17.983,97. Dit heeft in haar beoordeling geleid tot de volgende erfdelen respectievelijk geldvorderingen: 1% dus € 179,81 (met afronding) voor [betrokkene 2] , en € 4.451,04 per (stief)kind van erflater.
6.19.1.
In hoger beroep zijn de volgende correcties gebleken:
a. Een bedrag van € 400.000,= (uitkering levensverzekering ASR) zal als wel behorend bij de becijfering van de gemeenschappelijke boedel in dat kader niet langer worden gecorrigeerd. De vordering van Directbank (passiefpost 23 in de recente boedelbeschrijving, eerste variant, van de gemeenschappelijke boedel als overgelegd als productie 57 door [betrokkene 2] c.s.) bedraagt in de gecorrigeerde versie van de becijfering van de omvang van de nalatenschap derhalve € 250.000,= (in plaats van 650.000,= als door [executeur] bij wijze van zijn correctie vermeld).
Dit betekent per saldo dat de nalatenschap, zijnde de helft van de gemeenschappelijke boedel, met de helft van dit meerdere bedrag, derhalve met € 200.000,= toeneemt.
b.1. Ten gevolge van de beslissing als hierna onder Tussenbeschikking onderdeel 3.8.5.5. vermeld zijn de posten 15 (overbedeling echtscheiding), 16 (Auto Alfa Romeo) en 17 (Lening [verzoeker 2] ) in productie 57 (eerste variant) ten onrechte opgevoerd, en dienen deze – nu het verweer van [betrokkene 2] c.s. is gehonoreerd, zie Tussenbeschikking onderdeel 3.8.5.4. – op nihil te worden gesteld.
b.2. Hetzelfde geldt voor het als betwiste schuld als passiefpost opgevoerde post 21 (ad € 5.430,00), gezien hetgeen daarover het hof in hetzelfde onderdeel heeft beslist.
Hiermee wordt rekenkundig hetzelfde effect bereikt als in de tweede variant van de boedelbeschrijving wordt beoogd.
c. Het actieve deel van de gemeenschap bedraagt aldus € 1.817.202,37 [namelijk € 1.840.728.37 -/- € 23.526 (€ 12.025 +/+ € 9.501 +/+ 2.000,=, onderdeel b.1.)].
Het passieve deel van de gemeenschap bedraagt aldus € 1.192.662,00 [ namelijk 1.598.092,00 -/- € 400.000,= ten onrechte correctie (onderdeel a) en -/- € 5.430 (onderdeel b.2).
Daarmee komt de gemeenschappelijke boedel als bedoeld in productie 57 voornoemd op - afgerond - € 624.540,= en de nalatenschap van erflater aldus op € 312.270,=
d. De nalatenschapsschulden zoals door de kantonrechter aangenomen nemen af met € 6.592,74. De rekenkundige verwerking is hierboven al besproken (zie onderdeel b.2.).
e. De opgevoerde kosten van de nalatenschap moeten worden verminderd met
€ 11.003,= (onnodige advieskosten executeur);
€ 5.301,= (Advieskosten polis ASR);
€ 11.569,= (proceskosten hoger beroep)
€ 3.000,= (kosten afwikkeling PM)