4.1.
Ten tijde van de inhouding, het maken van bezwaar en het instellen van beroep, luidde de tekst van de Zorgverzekeringswet (Zvw), voor zover hier van belang, als volgt:
“Artikel 42
De inkomensafhankelijke bijdrage over een jaar wordt geheven over het bijdrage-inkomen van dat
jaar.
Artikel 43
(…)
2. Het bijdrage-inkomen wordt ten minste op nihil gesteld en wordt tot geen hoger bedrag in aanmerking genomen dan het bij regeling van Onze Minister, in overeenstemming met Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Onze Minister van Financiën, vastgestelde bedrag.
(…)
Artikel 44
1. Het bedrag, bedoeld in artikel 43, tweede lid, wordt jaarlijks bij beschikking van Onze Minister, in overeenstemming met Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Onze Minister van Financiën, herzien, waarbij met inachtneming van het bij en krachtens het tweede lid bepaalde, het laatstelijk vastgestelde bedrag wordt verhoogd of verlaagd overeenkomstig het procentuele verschil tussen het indexcijfer der lonen op 31 juli daaraan voorafgaande en het indexcijfer, dat bij de laatste herziening is gehanteerd.
2. Onder indexcijfer der lonen wordt verstaan het indexcijfer van de CAO-lonen per maand inclusief bijzondere uitkeringen, sector particuliere bedrijven, zoals dat op basis van het jaar 2000 wordt berekend door het Centraal Bureau voor de Statistiek naar de stand op de laatste werkdag van elke kalendermaand en voor de eerste maal, al dan niet voorlopig, wordt gepubliceerd in het Statistisch Bulletin van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
3. Het in het tweede lid genoemde jaartal kan bij regeling van Onze Minister worden gewijzigd.
4. Bij de eerstvolgende herziening nadat een in het derde lid bedoelde regeling is getroffen, wordt, in afwijking van het eerste lid, het procentuele verschil gehanteerd tussen het indexcijfer der lonen op 31 juli daaraan voorafgaande en het indexcijfer dat bij de laatste herziening zou zijn gehanteerd, ware de indexcijferreeks reeds op het gewijzigde jaartal gebaseerd.
5. Indien daartoe een bijzondere aanleiding bestaat, kan bij algemene maatregel van bestuur van de in het eerste en tweede lid aangegeven aanpassingsmethode worden afgeweken.
6. Indien een wijziging ingaat op een ander tijdstip dan 1 januari, vindt de vaststelling plaats in overeenstemming met Onze Minister van Financiën en kunnen daarbij regels worden gesteld omtrent de wijze van berekening van de bijdrage over het gehele kalenderjaar.
Artikel 46
1. Een verzekeringsplichtige die bij regeling van Onze Minister aan te wijzen loon overeenkomstig de wettelijke bepalingen van de loonbelasting geniet, heeft recht op een volledige vergoeding door de inhoudingsplichtige van de inkomensafhankelijke bijdrage over dit deel van het bijdrage-inkomen.
2. Voor de toepassing van het eerste lid is artikel 43, tweede lid, van overeenkomstige toepassing.
Artikel 50
1. Indien over het bijdrage-inkomen inkomensafhankelijke bijdrage is ingehouden over een hoger bijdrage-inkomen dan het bedrag, bedoeld in artikel 43, tweede lid, stelt de inspecteur, bedoeld in de Wet financiering sociale verzekeringen, bij voor bezwaar vatbare beschikking het bedrag van de teveel betaalde bijdrage vast.
(…)
5. In afwijking van de artikelen 25b, 27f, 27j, derde lid, en 29i van de Algemene wet inzake rijksbelastingen verleent de inspecteur een teruggave van een ingehouden bedrag aan inkomensafhankelijke bijdrage over loon als bedoeld in artikel 46, eerste lid, aan de inhoudingsplichtige.”
4.2.
Op 8 november 2012 is de Fiscale Verzamelwet 2012 in het Staatsblad geplaatst (Stb. 2012, 544). Daarin is geregeld dat artikel 43, tweede lid van de Zvw met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2012 als volgt is komen te luiden:
“Het bijdrage-inkomen wordt ten minste op nihil gesteld en wordt tot geen hoger bedrag in aanmerking genomen dan € 50 064.”
4.3.
De wetswijziging maakt deel uit van een op 8 juni 2012 door de Tweede Kamer ontvangen Nota van wijziging. De in 4.2 genoemde wijziging is daarbij als volgt toegelicht (NW, Kamerstukken II 2011/12, 33 245, nr. 8, p. 3):
“Daarnaast is in deze nota van wijziging een aanpassing opgenomen van de wettekst die betrekking heeft op het maximum van het bijdrage-inkomen voor de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet, waarvan de heffing aan de Belastingdienst is opgedragen. Op grond van de huidige wettekst wordt het hiervoor bedoelde maximumbijdrage-inkomen bij ministeriële regeling vastgesteld. Met ingang van 1 januari 2012 is dit maximumbijdrage-inkomen in dat kader verhoogd naar € 50 064. Onlangs is een procedure gestart over het feit dat deze verhoging bij ministeriële regeling heeft plaatsgevonden. Hoewel de huidige wettekst zoals hiervoor al is aangegeven, reeds expliciet regelt dat een dergelijke verhoging bij ministeriële regeling kan plaatsvinden, wordt ter verduidelijking op dit punt voorgesteld om het met ingang van 1 januari 2012 geldende maximumbijdrage-inkomen met terugwerkende kracht in de Zorgverzekeringswet zelf op te nemen. Deze aanpassing beoogt de uitvoeringspraktijk op dit punt zekerheid te bieden. Op deze wijze wordt het risico van (massale) bezwaarschriften voor de uitvoering bij de Belastingdienst beperkt. Tevens wordt hiermee ieder budgettair risico uitgesloten. Met de voorgestelde maatregel is geen inhoudelijke wijziging beoogd.”