2 De tenlastelegging
Aan verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging overeenkomstig artikel 313 van het Wetboek van Strafvordering - ten laste gelegd dat
hij op of omstreeks 17 oktober 2012 te Middelburg ter uitvoering van het door
verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade, [slachtoffer 1]
en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] van het leven te beroven, tezamen
en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met dat opzet en na
kalm beraad en rustig overleg, in de richting van die [slachtoffer 1] en/of die
[slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] is/zijn gerend en/of (vervolgens) met een
(vuur)wapen meermalen, althans eenmaal, in de richting van die [slachtoffer 1]
en/of die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] heeft geschoten en/of daarbij die
[slachtoffer 1] heeft geraakt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen
misdrijf niet is voltooid
hij op of omstreeks 17 oktober 2012 te Middelburg ter uitvoering van het door
verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of
[slachtoffer 3] van het leven te beroven, met dat opzet in de richting van die
[slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] is/zijn gerend en/of
(vervolgens) met een (vuur)wapen meermalen, althans eenmaal, in de richting
van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] heeft geschoten
en/of daarbij die [slachtoffer 1] heeft geraakt, terwijl de uitvoering van dat
voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 287 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 289 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
hij op of omstreeks 17 oktober 2012 te Middelburg ter uitvoering van het door
verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade, [slachtoffer 4]
van het leven te beroven, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, met een
(vuur)wapen in de richting van die [slachtoffer 4] heeft geschoten, terwijl de
uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 289 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
en voor zover terzake het onder 2 telastgelegde een veroordeling niet mocht
kunnen volgen, terzake dat
hij op of omstreeks 17 oktober 2012 te Middelburg ter uitvoering van het door
verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer 4] van het leven te beroven, met
dat opzet met een (vuur)wapen in de richting van die [slachtoffer 4] heeft geschoten,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 287 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
hij op of omstreeks 17 oktober 2012 te Middelburg tezamen en in vereniging met
een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk mishandelend een persoon (te
weten [slachtoffer 4]) in het gezicht heeft geslagen/gestompt, waardoor voornoemde
[slachtoffer 4] letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden
en
hij op of omstreeks 17 oktober 2012 te Middelburg tezamen en in vereniging
met een ander of anderen, althans alleen, [slachtoffer 4] heeft bedreigd met enig
misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers
heeft verdachte en/of zijn mededader(s) opzettelijk die [slachtoffer 4] dreigend de
woorden toegevoegd (zakelijk weergegeven):"jij wilt ook problemen met [verdachte]
toch?" en/of daarbij een (vuur)wapen op die [slachtoffer 4] gericht en/of
(vervolgens) de woorden (zakelijk weergegeven):"beter ga je nu naar huis."
en/of heeft verdachte en/of zijn mededader(s) op een voor het slachtoffer
zichtbare en dreigende wijze een honkbalknuppel vastgehouden;
art 285 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
art 300 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
hij op of omstreeks 17 oktober 2012 te Middelburg, tezamen en in vereniging
met een ander of anderen, althans alleen, een of meer (vuur)wapens van
categorie III, te weten een enkelloops (kogel)geweer merk TOZ, type 78-04
.22lr en/of munitie van categorie III, te weten een patroonhouder gevuld met
20 .22 lr kogelpatronen merk CCI (randvuur) en/of 18 .320 kogelpatronen merk
Fiocchi (G.F.L.) (centraal vuur met rand), voorhanden heeft/hebben gehad;
De in deze telastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voor zover
daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde
betekenis te zijn gebezigd;
art 26 lid 1 Wet wapens en munitie
hij op of omstreeks 17 oktober 2012 te Middelburg tezamen meet een ander of
anderen, althans alleen, (een) wapen(s) van categorie I onder 7°, te weten
een imitatiegeweer merk Gonher, type Condor, zijnde (een) voorwerp(en) dat/die
voor wat betreft zijn/hun vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis
vertoonde(n) met (een) vuurwapen(s) en/of met (een) voor ontploffing bestemde
voorwerp(en) voorhanden heeft/hebben gehad;
De in deze telastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voor zover
daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde
betekenis te zijn gebezigd;
art 13 lid 1 Wet wapens en munitie
9 De beslissing
De rechtbank:
- spreekt verdachte vrij van de onder 1 tweede cumulatief, 2 primair, 2 subsidiair en 5 ten laste gelegde feiten;
- -
verklaart het onder 1 eerste cumulatief, 3 eerste en tweede cumulatief en 4 ten laste gelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 4.4 is omschreven;
- -
spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1: Poging tot moord, meermalen gepleegd;
feit 3 eerste cumulatief en tweede cumulatief: Medeplegen van mishandeling en medeplegen van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
feit 4: Handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, terwijl het feit is begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III en terwijl het feit is begaan met betrekking tot munitie van categorie III, meermalen gepleegd;
verklaart verdachte strafbaar;
Strafoplegging
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 7 (zeven) jaar;
- bepaalt dat de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf;
- verklaart de benadeelde partijen [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] niet-ontvankelijk in hun vorderingen en bepaalt dat die vorderingen bij de burgerlijke rechter kunnen worden aangebracht;
- veroordeelt de benadeelde partijen voornoemd in de kosten van verdachte, tot op heden begroot op nihil;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 4], te dezer zake als postadres kiezende: postbus 275, 4330 AG Middelburg, ten kantore van mr. R. Wouters, van € 150,00 (honderdvijftig euro) ter zake van immateriële schade;
- bepaalt dat voor zover dit bedrag door één of meer mededaders is betaald, verdachte niet gehouden is dit bedrag aan de benadeelde partij te betalen;
- verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 4] in het overige gedeelte van de vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat die vordering bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht;
- veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij [slachtoffer 4] tot nu toe gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan verdachte de verplichting op aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer
[slachtoffer 4] (feit 3) € 150,00 (honderdvijftig euro) te betalen, bij niet betaling te vervangen door 3 (drie) dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;
- bepaalt dat voor zover dit bedrag door de mededader is betaald, verdachte niet gehouden is dit bedrag aan de Staat te betalen;
- bepaalt dat bij voldoening van de schadevergoedingsmaatregel de betalingsverplichting aan de benadeelde partij vervalt en omgekeerd.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.H. Nomes, voorzitter, mr. A.M.P Geelhoed en mr. J.B. Smits, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.P.M. Philipsen, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 8 augustus 2013.
Mr. Geelhoed en mr. Smits hebben dit vonnis niet kunnen ondertekenen.