2 De tenlastelegging
Op de zitting van 23 augustus 2013 is de tenlastelegging voor wat betreft feit 1 primair en subsidiair gewijzigd.
De verdenking komt er thans, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
feit 1 primair: met voorbedachten rade [slachtoffer 1] van het leven heeft beroofd;
feit 1 subsidiair: zich schuldig heeft gemaakt aan doodslag op [slachtoffer 1];
feit 2: een politieagent heeft beledigd;
feit 3: zich met geweld heeft verzet tegen zijn aanhouding, waarbij een politieagent zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen.
Voluit luidt de ter terechtzitting gewijzigde tenlastelegging aan de verdachte, dat:
1.
hij op of omstreeks 10 augustus 2012, in de gemeente Haaksbergen, opzettelijk en met voorbedachten rade een persoon, genaamd [slachtoffer 1], van het leven heeft beroofd,
immers heeft verdachte met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg,
- genoemde [slachtoffer 1] meermalen, althans eenmaal, met een (stanley)mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de hals en/of de keel en/of de kin en/of de borst en/of een/de hand(en), in elk geval het (boven)lichaam gestoken en/of gesneden, en/of
- genoemde [slachtoffer 1] (krachtig) bij de keel en/of de hals vastgepakt, en/of
(vervolgens) de keel/hals van genoemde [slachtoffer 1] dichtgeknepen/dichtgedrukt
en/of (enige tijd) dichtgeknepen/dichtgedrukt gehouden, en/of een of beide arm(en) krachtig (in een wurggreep) om de hals/nek van genoemde [slachtoffer 1] geklemd en/of geklemd gehouden, tengevolge waarvan voornoemde [slachtoffer 1] is overleden;
ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou
kunnen volgen, SUBSIDIAIR, ter zake dat
hij op of omstreeks 10 augustus 2012, in de gemeente Haaksbergen, opzettelijk een persoon, genaamd [slachtoffer 1], van het leven heeft beroofd, immers heeft verdachte met dat opzet:
- genoemde [slachtoffer 1] meermalen, althans eenmaal, met een (stanley)mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de hals en/of de keel en/of de kin en/of de borst en/of een/de hand(en), in elk geval het (boven)lichaam gestoken en/of gesneden, en/of
- genoemde [slachtoffer 1] (krachtig) bij de keel en/of de hals vastgepakt, en/of (vervolgens) de keel/hals van genoemde [slachtoffer 1] dichtgeknepen/dichtgedrukt en/of (enige tijd) dichtgeknepen/dichtgedrukt gehouden, en/of een of beide arm(en) krachtig (in een wurggreep) om de hals/nek van genoemde [slachtoffer 1] geklemd en/of geklemd gehouden,
tengevolge waarvan voornoemde [slachtoffer 1] is overleden;
2.
hij op of omstreeks 09 december 2011, in de gemeente Haaksbergen, opzettelijk beledigend (een) politieambtena(a)r(en) genaamd [slachtoffer 2], hoofdagent van de regiopolitie Twente, gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, in diens tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "Rot toch op vieze kanker mongool, flikker een end op", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking;
3.
hij op of omstreeks 9 december 2011in de gemeente Haaksbergen, toen (een) aldaar in uniform geklede dienstdoende politieambtena(a)r(en), te weten [slachtoffer 2] en/of
[slachtoffer 3] van de regiopolitie Twente, verdachte op verdenking van belediging/het overtreden van artikel 267 lid 2 Wetboek van Strafrecht, in elk geval op verdenking van het gepleegd hebben van enig strafbaar feit, op heterdaad ontdekt, had(den) aangehouden en vastgegrepen, althans vast had/hadden teneinde hem ten spoedigste te geleiden voor een hulpofficier van justitie en hem daartoe over te brengen naar een politiebureau en/of het "PAT" te Borne, zich met geweld heeft verzet tegen bovengenoemde opsporingsambtena(a)r(en), werkzaam in de rechtmatige uitoefening van hun/zijn bediening;
- door te rukken en/of te trekken in een richting tegengesteld aan die, waarin die ambtena(a)r(en) verdachte trachtte(n) te geleiden en/of
- door (met kracht) zijn bovenlichaam en/of arm(en) heen en weer te bewegen/zwaaien en/of
- door meermalen, althans eenmaal, (met kracht) aan het (zich in de holster bevindende) dienstwapen van die [slachtoffer 3] voornoemd te trekken en/of
- door (met kracht) de genitaliën van voornoemde [slachtoffer 3] vast/beet te pakken en/of deze genitaliën (vervolgens) (om) te draaien en/of
- door opzettelijk gewelddadig tegen het lichaam van die [slachtoffer 3] te duwen/sleuren waarbij die [slachtoffer 3] ten val kwam,
ten gevolge waarvan voornoemde [slachtoffer 3] zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen, te weten een gebroken kuitbeen en/of armletsel.
3. De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte van het sub 1 primair tenlastegelegde wordt vrijgesproken.
Ter zake van het sub 1 subsidiair, 2 en 3 tenlastegelegde heeft de officier van justitie een gevangenisstraf van vier jaren gevorderd, met aftrek van voorarrest, en terbeschikkingstelling met dwangverpleging.
De vordering van [benadeelde 1] dient te worden toegewezen tot het gevorderde bedrag van € 1.962,70, te vermeerderen met de wettelijke rente.
De vordering van [benadeelde 2] dient te worden toegewezen tot een bedrag van € 296,-, te vermeerderen met de wettelijke rente.
De vordering van de erven [slachtoffer 1] dient te worden toegewezen tot het gevorderde bedrag van € 1.445,75, te vermeerderen met de wettelijke rente.
De vordering van [benadeelde 3] dient te worden toegewezen tot het gevorderde bedrag van
€ 450,-.
De vordering van [slachtoffer 3] dient te worden toegewezen tot een bedrag van € 4.066,13 en voor het overige niet-ontvankelijk te worden verklaard.
De officier van justitie heeft tevens gevorderd dat in alle gevallen de schadevergoedingsmaatregel wordt opgelegd.
Met betrekking tot het inbeslaggenomen mes heeft de officier van justitie gevorderd dat dit wordt onttrokken aan het verkeer.
12 De beslissing
vrijspraak/bewezenverklaring
- -
verklaart bewezen, dat verdachte het sub 1 primair, 2 en 3 tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- -
verklaart niet bewezen wat aan verdachte sub 1 primair, 2 en 3 meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij.
- -
verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- -
verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1: moord;
feit 2: eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar gedurende de rechtmatige uitoefening van zijn bediening;
feit 3: wederspannigheid, terwijl het feit zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft;
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder sub 1 primair, 2 en 3 bewezenverklaarde.
- -
veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van zeven (7) jaren;
- -
bepaalt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht.
- -
gelast de terbeschikkingstelling van verdachte ter zake van het onder feit 1 primair en het onder feit 3 bewezenverklaarde en beveelt dat verdachte van overheidswege zal worden verpleegd.
- -
verstaat dat de maatregel wordt opgelegd ter zake van een misdrijf dat gericht is tegen en gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
- -
veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [benadeelde 1] van een bedrag van € 1.962,70, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 augustus 2012;
- -
veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- -
legt de maatregel op dat veroordeelde verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit 1 primair tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 1.962,70, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 augustus 2012, ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 29 dagen zal worden toegepast;
- -
bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- -
veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij Erven [slachtoffer 1] van een bedrag van € 1.445,75, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 augustus 2012;
- -
veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- -
legt de maatregel op dat veroordeelde verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit 1 primair tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 1.445,75, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 augustus 2012, ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 24 dagen zal worden toegepast;
- -
bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- -
veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [benadeelde 2] van een bedrag van € 296,-, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 augustus 2012;
- -
veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- -
legt de maatregel op dat veroordeelde verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit 1 primair tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 296,-, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 augustus 2012, ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 5 dagen zal worden toegepast;
- -
bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- -
verklaart de vordering van benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk;
- -
veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [benadeelde 3] van een bedrag van € 450,-;
- -
veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- -
legt de maatregel op dat veroordeelde verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit 1 primair tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 450,- ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 9 dagen zal worden toegepast;
- -
bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- -
veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 3] bij wijze van voorschot van een bedrag van € 8.566,13;
- -
veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- -
legt de maatregel op dat veroordeelde verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit 1 primair tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 8.566,13 ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de tijd van 77 dagen zal worden toegepast;
- -
bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
de inbeslaggenomen voorwerpen
- verklaart het inbeslaggenomen stanleymes onttrokken aan het verkeer.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.M.M. Bordenga, voorzitter, mr. G.J. Stoové en mr. B.W.M. Hendriks, rechters, in tegenwoordigheid van J. Last, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 6 september 2013.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit bladzijden uit het dossier van de politie Twente met nummer 20121109-1100-051421 en met nummer PLO5CB 2011116887. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
ten aanzien van het sub 1 primair tenlastegelegde:
1.
het proces-verbaal van bevindingen van 11 augustus 2012, pagina 18 en 19, inhoudende, zakelijk weergegeven, het relaas van de verbalisanten:
Op 10 augustus 2012, omstreeks 21.21 uur, kregen wij de opdracht te gaan naar perceel [adres 1] te Haaksbergen in verband met een steekpartij. Voor perceel [adres 1] zagen wij tussen de schuur aan de voorzijde van genoemde woning en de schuur van perceel [huisnummer 2] een vrouw op haar rug liggen. Dit bleek later het slachtoffer [slachtoffer 1] te zijn. Wij zagen dat zij bij haar hals en in het gelaat bebloed was. Boven op haar lag een man die [slachtoffer 1] met zijn beide armen in een wurggreep om haar hals hield. Dit bleek later de verdachte [verdachte] te zijn. Wij hebben geroepen dat wij van de politie waren. De man reageerde hier niet op en bleef vasthouden. Wij hebben met kracht aan de beide armen van de verdachte getrokken om het slachtoffer te bevrijden. Met moeite konden wij verdachte van het slachtoffer lostrekken en boeien. Op een afstand van ongeveer 1 meter van het slachtoffer werd een bebloed stanleymes aangetroffen.
2.
het proces-verbaal verhoor van getuige [getuige 1] van 16 augustus 2012, pagina 48 t/m 51, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 10 augustus 2012, omstreeks 21.20 uur, bevond ik mij in de woning van mijn moeder aan de [adres 8] te Haaksbergen. Mijn dochter gaf aan dat er al enige tijd hard werd geschreeuwd. Zij had ook gehoord dat er werd geroepen "help me". Toen ik buiten kwam hoorde ik ook dat er hard werd geschreeuwd. Ik liep toen in de richting van het geluid. [getuige 3] kwam uit de richting vanwaar het geluid vandaan kwam. Komend op het tweede parkeerplaatsje voor perceel [huisnummer 1] zag ik dat daar een man bovenop een vrouw zat. Beide personen lagen enigszins schuin op de tegelverharding tussen het schuurtje van perceel [huisnummer 1] en de erfafscheiding met perceel [huisnummer 2]. Ik zag dat de vrouw op haar buik lag en ik dacht dat de man de bloeding van die vrouw probeerde te stelpen. Ik zag een stanleymes liggen rechts van de man. Het mesje was uit de houder. Het was rood van het bloed. Volgens mij noemde de man ook de naam [slachtoffer 1]. Ik zag veel bloed op de rug van de vrouw. Ik hoorde nog dat de vrouw enkele keren riep: "Help me, help me". Ik probeerde contact te krijgen met de man, maar hij bleef gefocussed op de vrouw. Ik zei tegen de man: "Ze is rustig, laat haar los. Wat doe je nu?". De man reageerde niet op mijn woorden.
Na enige tijd pakte ik de man bij de arm, om de greep om de hals los te krijgen. De greep van de man was stevig zodat het niet op eenvoudige wijze en direct lukte om de vrouw los te krijgen. Het mes heb ik weggetrapt. Ik trok aan de arm van de man zodat hij de vrouw los zou laten. Dat lukte na enige tijd. Ik zag toen dat de man met zijn voet tot twee keer toe met al zijn kracht en vol agressie op het hoofd stampte.
Ik zag toen dat de man zich opnieuw op de vrouw stortte en haar weer met kracht pakte. Inmiddels was er een man bijgekomen. Ik hoorde dat hij zei: "[verdachte] laat los, [verdachte] laat los". Samen probeerden we de man van de vrouw af te krijgen. Dat lukte niet want hij hield de vrouw stevig vast, met kracht en vastberaden. Met ons tweeën hebben we geprobeerd om de handen van de man los te krijgen. Dat lukte ons alleen met de linkerarm van de man. De man had de vrouw met zijn armen om de hals/nek in een soort wurggreep. Toen de politie er was zag ik dat hij met zijn armen de vrouw opnieuw verwurgend vast had.
3.
het proces-verbaal verhoor van getuige [getuige 2] van 11 augustus 2012, pagina 52 t/m 54, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 10 augustus 2012, omstreeks 21.30 uur, ben ik getuige geweest van een dodelijke steekpartij. Ik was samen met mijn vrouw op bezoek bij mijn buurvrouw aan de [adres 9] in Haaksbergen. Wij zaten in de tuin. Wij hoorden geschreeuw vanuit de buurt. Ik kon horen dat het één persoon was die aan het schreeuwen was. Ik hoorde dat er paniek klonk in de schreeuw. Ik ben in de richting van het geschreeuw gelopen. Ik ben naar de [straatnaam 1] gelopen. Ik liep langzaam dichterbij en op dat moment zag ik dat [verdachte] daar was. Ik zag dat [verdachte] op de knieën zat bij een vrouw. Ik zag dat de vrouw op de grond op haar buik lag. Ik herkende de vrouw als zijnde [slachtoffer 1]. Ik zag dat [verdachte] met zijn knieën bij het hoofd van [slachtoffer 1] zat. Hij hing over het hoofd van [slachtoffer 1] heen. Ik zag dat hij het hoofd van [slachtoffer 1] vast hield. [verdachte] had [slachtoffer 1] met beide handen vast in de omgeving van keel en kin. Ik zag dat [slachtoffer 1] hevig bloedde. Ik hoorde [slachtoffer 1] zeggen: "[verdachte], nee niet doen". Ik hoorde dat [verdachte] haar probeerde rustig te krijgen. Ik hoorde hem zeggen: "Blijf rustig". Ik ben op mijn hurken naast [verdachte] en [slachtoffer 1] gaan zitten. Ik heb meerdere keren tegen [verdachte] gezegd dat hij [slachtoffer 1] moest loslaten, maar ik zag dat [verdachte] dit niet deed. Hij bleef maar herhalen dat hij [slachtoffer 1] moest helpen en dat [slachtoffer 1] rustig moest blijven. Samen met mij was er nog een omstander bij. Ik ben tegen [verdachte] gaan schreeuwen dat hij weg moest gaan. Ook heb ik geprobeerd [verdachte] weg te drukken. Ik zag dat [verdachte] zich begon te verzetten. Op het moment dat de politie erbij was, hebben deze [verdachte] vastgepakt. Ze hebben met veel moeite [verdachte] vastgehouden en van [slachtoffer 1] afgehaald.
4.
het proces-verbaal verhoor van getuige [getuige 3] van 12 augustus 2012, pagina 60 t/m 63, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 10 augustus 2012 was ik aan de [adres 10] in Haaksbergen. Omstreeks 21.00 uur liepen wij naar de [straatnaam 1], waar wij wonen. Op een gegeven moment hoorden wij een hard geschreeuw. Ik hoorde dat mijn vrouw zei: "Dat is [slachtoffer 1]". Ik zag dat [slachtoffer 1] tegen de muur van haar schuur stond. Ik zag dat er een man tegen haar aanstond. Ik herkende hem als [verdachte]. Ik hoorde dat [slachtoffer 1] zei: "Hou op, hou op, doe rustig". In één keer zag ik [slachtoffer 1] wegrennen. Ik zag dat [verdachte] er direct achteraan kwam. Ik zag dat [slachtoffer 1] viel en dat [verdachte] er boven zat. Ik zag dat [verdachte] [slachtoffer 1] in een verwurging had. Ik zag opeens ook heel veel bloed. Ik ben met [getuige 1] naar [verdachte] en [slachtoffer 1] gelopen. Ik zag dat [slachtoffer 1] op haar buik lag en dat [verdachte] op haar zat. Ik zag dat [verdachte] haar in een verwurging had. Ik hoorde dat [verdachte] tegen [slachtoffer 1] zei: Rustig, rustig". [getuige 1] pakte [verdachte] bij de arm waarmee hij [slachtoffer 1] om de nek had. [getuige 1] trok de arm los en op dat moment zag ik een stanleymes wegvallen.
Nadat het mes weg viel, zag ik dat [verdachte] opstond. Ik zag dat [verdachte] vervolgens met heel veel agressie en met volle kracht tot drie maal toe met zijn rechtervoet keihard op het achterhoofd van [slachtoffer 1] trapte. Toen [verdachte] van [slachtoffer 1] afkwam zag ik dat [slachtoffer 1] haar hoofd iets optilde. Dat was ook het moment dat [verdachte] haar zo keihard trapte. De politie kwam er op dat moment aan en ik zag dat de politie [verdachte] op zijn buik op de grond legde.
5.
het proces-verbaal verhoor van getuige [getuige 4] van 12 augustus 2012, pagina 97 t/m 99, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 10 augustus 2012 liepen mijn man en ik in de [straatnaam 1]. Op het moment dat ik voor nummer [huisnummer 3] stond hoorde ik een heel apart gekrijs. Ik kon horen dat het uit de hoek kwam waar [slachtoffer 1] woont. Ik ben doorgelopen en ongeveer blijven staan bij de auto van [slachtoffer 1]. Ik zag op dat moment wat er gebeurde. Ik zag dat [slachtoffer 1] van haar eigen erf af kwam lopen. Ik zag dat zij vast werd gehouden door een man. Deze man had haar bij haar bovenlichaam vast. Het was een soort worsteling. Ik zag dat de man [slachtoffer 1] tegen het schuurtje van de buurman van [slachtoffer 1] drukte. [slachtoffer 1] kon geen kant meer op. Ik hoorde dat [slachtoffer 1] riep dat de man haar met rust moest laten en dat de man haar los moest laten. [slachtoffer 1] zei dit tussen het gillen door. Ik zag dat [slachtoffer 1] en de man een paar stappen opzij zetten en daarna samen op de grond vielen. Ik zag dat [slachtoffer 1] op haar buik terecht kwam. Ik zag dat [slachtoffer 1] zich nog een keer oprichtte. Ik kon haar hoofd en bovenlichaam zien en ik zag dat [slachtoffer 1] helemaal onder het bloed zat.
6.
het proces-verbaal verhoor van getuige [getuige 5] van 11 augustus 2012, pagina 101 t/m 103, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Met mijn gezin woon ik al ruim 30 jaar in perceel [adres 1] in Haaksbergen. Sinds een jaar of 6 wonen de buren [slachtoffer 1] en haar man [echtenoot slachtoffer] bij ons naast, op nummer [huisnummer 4]. Gisteravond (de rechtbank begrijpt 10 augustus 2012) zat ik samen met mijn vrouw televisie te kijken. Zowel mijn vrouw als ik hoorden na verloop van tijd een hevig geschreeuw buiten. Het geschreeuw was heel hevig en daarom stond ik op en liep vanuit de woonkamer door de gang naar de voordeur en opende ik de voordeur van mijn woning. Ik zag direct dat onze buurvrouw, [slachtoffer 1], bij ons voor de woning op de grond lag. Ik zag dat een mij onbekende man min of meer bovenop de buurvrouw lag. De buurvrouw lag met het hoofd naar de voordeur en met de benen richting straat. Ik zag dat de buurvrouw op de buik lag. De man lag op de knieën en zijn lichaam iets omhoog. Ik zag dat de man met zijn rechterarm de buurvrouw om haar hals had en haar hoofd iets omhoog trok. Ik zag dat de buurvrouw tenminste één gapende wond in haar hals had. Ik zag dat die man een stanleymes in de hand had. Ik zag dat de man dat mes met de scherpe kant tegen, dan wel nagenoeg tegen de hals van (de rechtbank constateert dat de zin kennelijk abusievelijk niet is afgemaakt en leest: ‘[slachtoffer 1] hield’). Ik ben vervolgens de voordeur uitgelopen het tegelpad op tussen onze woning en de straat, dus daar waar de buurvrouw lag.
Ik hoorde die man tussendoor meermalen zeggen : "[slachtoffer 1] rustig, [slachtoffer 1] rustig".
Ik bleef wel op enige afstand omdat die man dat mes in een hand had. Inmiddels kwam mijn vrouw ook naar buiten lopen en ik zei tegen haar dat zij onmiddellijk 112 moest bellen. Mijn vrouw is de woning weer ingelopen en heeft met onze vaste telefoon in de woonkamer, 112 gebeld (…). Ik zag tussendoor, op welk moment kan ik niet terughalen, dat de man die op [slachtoffer 1] lag, het mes had losgelaten, ik zag dat het mes op de grond lag.
Ik zei tegen buurman [getuige 1] "Schop dat mes weg". Ik zag dat hij dat mes toen wegschopte (….) Ik zag dat er twee mannen uit de buurt aan kwamen lopen. Ik weet niet hoe die mannen heten en waar zij precies wonen, maar ik ken ze wel als buurtbewoners.
Ik zag dat beide mannen samen probeerden die man van [slachtoffer 1] af te trekken. Echter dat lukte niet.Vrij snel daarna kwam de politie en met moeite gelukte het de politie die man van [slachtoffer 1] af te halen. Ik zag dat de man waar ik deze verklaring over aflegde, door de politie werd meegenomen.
7.
het proces-verbaal verhoor van getuige [getuige 6] van 16 augustus 2012, pagina 58 t/m 59, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Wij wonen sinds 1976 aan de [adres 2] te Haaksbergen.
Wij kijken uit op het pleintje. Het is dus onze woonkamer die uitkijkt op het pleintje. Het pleintje is eigenlijk het einde van onze straat. Het loopt dus dood. Aan dit pleintje zit een parkeerplaats. Aan weerszijden van het pleintje zitten parkeerplaatsen. In totaal zitten er ongeveer 10 parkeerplaatsen aan dit pleintje.
Aan de overkant van het pleintje woonde dus [slachtoffer 1] (...).
Ik zat vrijdagavond 10 augustus 2012 voor de televisie om de hockeywedstrijd te gaan kijken maar deze was nog niet begonnen. Dit was dus kort voor 21.00 uur. Ik zag dus vanuit mijn woonkamer dat er een zwarte Volkswagen Transporter aan kwam rijden. Ik zag dat deze geparkeerd werd op de ronding, schuin op het pleintje. Laat in de avond werd deze bus opgehaald door het bergingsbedrijf van [naam bedrijf].
8.
het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant] van 11 augustus 2012, pagina 25 t/m 26, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op zaterdag 11 augustus 2012, omstreeks 0:00 uur, was ik, verbalisant, belast met het toezicht op de plaats delict in verband met een dodelijke steekpartij, welke plaats had gevonden op de [straatnaam 1] te Haaksbergen. Ik hoorde dat collega's van de recherche, welke eveneens ter plaatse waren, spraken over de auto van de verdachte. Het was mij bekend dat de auto van de verdachte nog in de omgeving van de plaats delict zou moeten staan. Op het moment dat ik ter plaatse kwam, was mij een zwart gekleurde bestelbus van het fabrieksmerk Volkswagen, type Transporter opgevallen. Deze bestelbus was mij opgevallen doordat deze buiten de vakken en scheef geparkeerd stond. Hierdoor kreeg ik op dat moment het vermoeden dat deze bestelbus de auto van de verdachte kon zijn.
Daarop heb ik het kenteken van deze bestelbus nagetrokken in de database van de Rijksdienst voor het Wegverkeer. Ik zag dat deze bestelbus was voorzien van het kenteken [kenteken]. Bij navraag bleek mij dat dit kenteken op naam was gesteld van:
tenaamgestelde [verdachte], geboren [geboortedatum] 1975, wonende [adres 11] te [woonplaats].
Doordat de door de collega's [politieambtenaar 1] en [politieambtenaar 2] aangehouden verdachte zich ten overstaan van mij [verdachte] had genoemd, wist ik dat het kenteken van de genoemde bestelbus dus op naam van de verdachte stond.
Nadat ik mijn bevindingen door had gegeven aan de betreffende collega's van de recherche, werd besloten dat de bestelbus voor nader sporenonderzoek veilig gesteld diende te worden. Hiertoe werd een berger ingeschakeld.
9.
het proces-verbaal verhoor van getuige [getuige 7] van 10 augustus 2012, pagina 133 t/m 135, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op vrijdag 10 augustus 2012 was ik thuis en had visite van [getuige 8]. [slachtoffer 1] moest werken maar ik heb haar gebeld en zij zou later ook wat komen drinken bij mij thuis. [slachtoffer 1] kwam met de fiets bij mijn woning. Ze kwam omstreeks 19.00 uur bij mij thuis en ze is omstreeks 21.15 uur weggegaan.
10.
het proces-verbaal verhoor van getuige [getuige 8] van 12 augustus 2012, pagina 68 t/m 71, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik ben [getuige 8] en ik ben een vriendin van [getuige 7]. [getuige 7] heeft een lange relatie met [verdachte] achter de rug. [getuige 7] heeft een eigen huisje gekregen aan de [straatnaam 2] in [woonplaats].
Op vrijdag 10 augustus 2012 heb ik ‘s middags afgesproken met [getuige 7]. lk ben die middag om 14.00 uur naar [getuige 7] gegaan. [getuige 7] had [slachtoffer 1] ook nog tussentijds gebeld of zij ook nog even langs zou komen. [slachtoffer 1] moest werken en zou later nog op visite komen. Ik denk dat [slachtoffer 1] omstreeks 19.00 uur bij [getuige 7] thuis kwam. Volgens mij is [slachtoffer 1] vertrokken om 21.15 uur, ja 21.00 uur à 21.15 uur.
11.
het als bijlage bij het proces-verbaal gevoegde sectierapport van 16 oktober 2012 opgemaakt door A. Maes, arts en patholoog, verbonden aan het Nederlands Forensisch Instituut, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Er waren als gevolg van bij leven opgelopen uitwendig inwerkend perforerend en scherprandig klievend geweld steekverwondingen aan de hals met perforatie van de weke delen van de mondbodem en de hals links met in relatie met beide een fors wondbed. Er waren aan beide handen bij leven opgelopen snijletsels. De steek- en snijverwondingen zijn veroorzaakt door steken en snijden met een scherpsnijdend voorwerp en passen bij steken en snijden met een mes. Er waren kneuzingen in de hals, niet samenhangend met de steekverwondingen. Deze letsels zijn het gevolg geweest van uitwendig inwerkend mechanisch geweld op de hals en kunnen passen bij slaan/stompen (met een voorwerp) maar kunnen ook passen bij een of andere vorm, zoals van samendrukkend en/of omsnoerend geweld op de hals.
Hoewel bij de steekverwondingen in de hals geen grote bloedvaten waren geraakt kan het overlijden worden verklaard door massaal bloedverlies als gevolg van de steek- en snijverwondingen tezamen.
ten aanzien van het sub 2 en 3 tenlastegelegde:
1.
het proces-verbaal van aangifte van [benadeelde 3] van 19 december 2011, pagina 25 t/m 28, inhoudende, zakelijk weergegeven, verklaring van aangever:
Ik ben werkzaam als hoofdagent bij de regiopolitie Twente. Op 9 december 2011 had ik dienst met collega [slachtoffer 3]. Wij kregen de melding te gaan naar de [adres 4] te Haaksbergen. Binnen aangekomen werd [verdachte] door de bewoner van de [adres 4] gesommeerd de woning te verlaten. Hieraan gaf [verdachte] geen gehoor. Toen de moeder van [verdachte] vroeg of hij naar buiten wilde gaan, liep hij richting de uitgang. Ik, verbalisant, stond bij de achterdeur en [verdachte] liep bij het naar buiten gaan hard tegen mij aan. In het voorbijlopen hoorde ik [verdachte] roepen: "Rot toch op vieze kankermongool, flikker een end op". Hierop heb ik verdachte verteld dat hij was aangehouden voor belediging. Gelijk hierop greep de verdachte om zich heen en werd de verdachte door ons vastgepakt. Ik zag dat collega [slachtoffer 3] een verwurging aanlegde rond de nek van [verdachte]. Gelijk hierop liep de verdachte met mijn collega [slachtoffer 3] om zijn nek weg. Ik zag dat de verdachte [verdachte] een greep deed naar het dienstpistool van collega [slachtoffer 3]. Ik zag dat [verdachte] als een bezetene aan het dienstwapen begon te trekken. Hierop heb ik, verbalisant, de verdachte met pepperspray in het gezicht gespoten. Ik zag gelijk hierop dat de verdachte en collega [slachtoffer 3] op de grond terechtkwamen. Opnieuw zag ik dat [verdachte] greep in de richting van het vuurwapen en het vuurwapen vastpakte en uit alle macht begon te trekken. Hierop heb ik de verdachte wederom bewerkt met pepperspray. Vervolgens zag ik dat de verdachte het vuurwapen losliet en dat hij mijn collega bij diens genitaliën greep. Op dat moment hoorde ik dat collega [slachtoffer 3] begon te schreeuwen van de pijn. De verdachte lag op dat moment bovenop mijn collega [slachtoffer 3]. Na een aantal ferme trappen van mij liet verdachte mijn collega los. Vervolgens kon ik de verdachte boeien.
2.
het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] van 6 januari 2012, pagina 29 t/m 32, inhoudende, zakelijk weergegeven, verklaring van aangever:
Ik ben werkzaam als brigadier bij de regiopolitie Twente. Op 9 december 2011 had ik dienst met collega [slachtoffer 2]. Wij waren in uniform gekleed. Wij kregen de melding te gaan naar de [adres 4] te Haaksbergen. In de woning bevonden zich twee mannen, die later [verdachte] en zijn broer bleken te zijn en een vrouw die de moeder bleek te zijn.
Ik zag dat een van de mannen zeer agressief overkwam. Ik zag dat de man scheldend en tierend wegliep. Ik hoorde dat de man iets tegen [slachtoffer 2] zei. Ik hoorde dat [slachtoffer 2] zei dat de man hem beledigde. Ik hoorde dat de man zei: "kankermongool". Hierop vertelde mijn collega aan de man dat hij was aangehouden voor belediging. Ik zag dat [slachtoffer 2] de man van voren benaderde en de man probeerde vast te pakken. Ik heb de man van achteren benaderd en geprobeerd met een nekklem onder controle te krijgen en naar de grond te werken. De man was zo sterk dat hij mij gewoon van de grond tilde. Ik merkte dat de man naar links draaide. Tot mijn grote schrik zag en voelde ik dat de man mijn dienstwapen vastpakte en deze met kracht uit de holster wilde trekken. Dat deed de man steeds weer opnieuw. Mijn collega [slachtoffer 2] gebruikte pepperspray tegen de man. De man greep mij vervolgens met zeer veel kracht tussen mijn benen en pakte mijn testikels vast en ging er mee draaien. Ik schreeuwde het uit van de pijn. Ik bukte mij waardoor wij ons evenwicht verloren. Wij vielen samen op de grond. De man viel met zijn gewicht op mij. Ik voelde direct een hevige pijn bij mijn linker enkel. De man bleef mijn testikels vasthouden. Dat deed hij nog steeds met kracht. Het lukte mijn collega [slachtoffer 2] om de man onder controle te krijgen.
Ik ben voor onderzoek naar het ziekenhuis gegaan. Gebleken is dat mijn linker kuitbeen ter hoogte van mijn enkel was gebroken. Verder heb ik veel last van mijn linker schouder. Ik kan mijn linkerarm nauwelijks omhoog tillen.
3.
de als bijlage bij het proces-verbaal gevoegde geneeskundige verklaring, opgemaakt door Ooms, arts, verbonden aan het orthopedisch centrum Oost Nederland, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Achternaam: [slachtoffer 3]
Voornaam: [slachtoffer 3]
Datum waarop voornoemde persoon werd onderzocht: 09/12/2011
Op röntgenfoto's werd een enkelbreuk geconstateerd. Daarnaast aanhoudende schouderpijn. Op de MRI scan is een scheurtje te zien in de schouderpezen. Patiënt wordt gepland voor schouderoperatie met hechten van het scheurtje.