10 Beslissing
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Met iemand die de leeftijd van twaalf maar nog niet de leeftijd van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 12 maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Beveelt dat een gedeelte, groot 6 maanden, van deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 2 (twee) jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast, indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet aan de volgende voorwaarden houdt.
Stelt als algemene voorwaarden dat de veroordeelde
1. zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
2. ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt.
3. medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
De tenuitvoerlegging kan ook worden gelast indien veroordeelde gedurende de proeftijd de hierna vermelde bijzondere voorwaarden niet naleeft.
Stelt als bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde:
4. zich onder toezicht en leiding van de Reclassering Nederland (Vivaldiplantsoen 200, 3353 JE Utrecht) stelt en zich daartoe binnen 2 dagen na zijn invrijheidstelling meldt bij Reclassering Nederland op Vivaldiplantsoen 200 te Utrecht en vervolgens gedurende de proeftijd onder toezicht en leiding van de Reclassering Nederland zal blijven. Daartoe moet hij aan elke oproep van de Reclassering Nederland gehoor geven. Hierna moet hij zich gedurende de proeftijd blijven melden zo vaak als de reclassering dat nodig acht.
5. zich laat behandelen bij De Waag of soortgelijke ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, en zich naar de door of namens die instelling te geven aanwijzingen zal gedragen, zolang deze instelling dat nodig vindt.
6. gedurende de eerste 12 maanden van de proeftijd van twee jaren op geen enkele wijze – direct of indirect – contact zal opnemen, zoeken of hebben met [slachtoffer].
Geeft aan genoemde instelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van verdachte met ingang van het tijdstip waarop de duur van de voorlopige hechtenis gelijk wordt aan die van het onvoorwaardelijk gedeelte van de opgelegde vrijheidsstraf.
Dit vonnis is gewezen door mr. P. Bender, voorzitter, mrs. G. Perrick en R.G.A. Beaujean, rechters, in tegenwoordigheid van drs. M.G.M. van Rijnstra, griffier en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 4 maart 2014.
Aanvulling:
De voorzitter en de rechters die over de zaak hebben geoordeeld zijn buiten staat dit vonnis te ondertekenen. De griffier is eveneens buiten staat dit vonnis te ondertekenen.
Deze aanvulling is getekend door mr. H.A. Brouwer, teamvoorzitter binnen de Afdeling Strafrecht van deze rechtbank, wegens ontstentenis van de voorzitter en de rechters die over de zaak hebben geoordeeld.
BIJLAGE : De tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt tenlastegelegd dat
hij op of omstreeks 08 augustus 2013 te Utrecht, althans in het arrondissement
Midden-Nederland, met [slachtoffer], geboren op [1998], die de
leeftijd van twaalf, maar nog niet die van zestien jaren bereikt, buiten echt,
ontuchtige handelingen heeft gepleegd die hebben bestaan uit of mede hebben
bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, immers heeft hij,
verdachte, vijf, althans één of meerdere malen, zijn penis in de vagina van
die [slachtoffer] gebracht en/of met zijn penis heen en weer gaande bewegingen
gemaakt in de vagina van die [slachtoffer];
art 245 Wetboek van Strafrecht