5 Bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in rubriek 4 genoemde bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
op 14 juni 2014 te Utrecht en/of Bunnik, door geweld en andere feitelijkheden
[slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die hebben
bestaan uit of mede hebben bestaan uit het seksueel binnendringen van het
lichaam, immers heeft hij, verdachte, meermalen, althans éénmaal,
- zijn penis in de mond van die [slachtoffer] gebracht en gehouden en
bewogen en
- zijn penis in de vagina van die [slachtoffer] geduwd en
bewogen en
- zijn penis in de anus van die [slachtoffer] geduwd en
- over het gezicht van die [slachtoffer] gelikt en
- zijn tong in de mond van die [slachtoffer] gebracht en
- de ontblote billen en borsten en het ontblote lichaam van die
[slachtoffer] betast en
- de anus van die [slachtoffer] gelikt en
- die [slachtoffer] zijn, verdachtes, ballen laten likken, terwijl hij zich in
bijzijn van die [slachtoffer] aftrok
bestaande dat geweld en die andere feitelijkheden telkens hierin dat verdachte
die [slachtoffer], terwijl zij samen in een auto zaten en die [slachtoffer]
probeerde uit die auto te komen,
- bij de arm heeft vastgepakt en vastgepakt heeft gehouden en
- aan de haren heeft getrokken en
- de telefoon van die [slachtoffer] uit haar handen heeft gegrist en buiten haar bereik naast zich neer heeft gegooid
- heeft geduwd en
- bij de heupen en bovenbenen heeft vastgepakt en vastgepakt heeft gehouden en
- bij het hoofd heeft gepakt en telkens dat hoofd richting zijn penis heeft geduwd en bewogen en
- aan de haren heeft getrokken zodat hij haar kon zoenen en
- de onderbroek van die [slachtoffer] naar beneden heeft getrokken en
- tegen de billen heeft geslagen
en tegen die [slachtoffer] heeft gezegd: "suck it" en "outside, outside"
en dat ze haar broek uit moest doen.
op 14 juni 2014 te Utrecht en/of Bunnik, opzettelijk [slachtoffer] wederrechtelijk
van de vrijheid heeft beroofd en beroofd gehouden, immers heeft hij, verdachte, toen daar opzettelijk wederrechtelijk terwijl [slachtoffer] bij hem, verdachte, in een rijdende auto zat en die [slachtoffer] probeerde uit die auto te komen, die [slachtoffer]
- bij de arm vastgepakt en vastgepakt gehouden en
- aan de haren getrokken.
Voor zover in de tenlasteleggingen, met uitzondering van de aangehaalde tekst van verdachte, taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
10 Vordering benadeelde partij
De benadeelde partij [slachtoffer] heeft een vordering benadeelde partij ingediend van € 11.163,63 , bestaande uit € 163,63 aan materiële schade en € 11.000,- aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De officier van justitie heeft verzocht om de gevorderde materiële schade toe te wijzen. Voor de hoogte van het immateriële schadebedrag heeft de officier van justitie de rechtbank verzocht aan te sluiten bij hetgeen gebruikelijk is in vergelijkbare zaken. Daarbij is ook verzocht om de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en de wettelijke rente toe te kennen.
De raadsman heeft zich ten aanzien van deze vordering benadeelde partij primair op het standpunt gesteld dat de vordering afgewezen dient te worden verklaard gelet op de bepleite vrijspraak. Subsidiair is de verdediging van mening dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk moet worden verklaard omdat de vordering onvoldoende is onderbouwd en niet eenvoudig van aard is. De raadsman heeft verder nog opgemerkt dat rekening dient te worden gehouden met de draagkracht van verdachte.
De rechtbank is van oordeel dat de vordering van benadeelde voldoende is onderbouwd en de behandeling daarvan geen onevenredige belasting van het strafgeding oplevert. Het is verder komen vast te staan, op grond van voornoemde gebezigde bewijsmiddelen, dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 5 bewezen geachte feiten rechtstreeks schade heeft geleden. De rechtbank zal de gevorderde materiële schade toewijzen. De immateriële schade begroot de rechtbank, mede gelet op de hoogte van toegekende vergoedingen in aan de bewezenverklaarde soortgelijke zaken, op
€ 5.000,00. De gevorderde wettelijke rente wordt toegewezen, berekend vanaf 14 juni 2014 tot aan de dag der algehele voldoening. De vordering wordt voor het overige deel niet-ontvankelijk verklaard.
De rechtbank zal verder de schadevergoedingsmaatregel opleggen, nu draagkracht in beginsel geen rol speelt bij het opleggen van de schadevergoedingsmaatregel en alleen zeer uitzonderlijke omstandigheden kunnen leiden tot het afzien van oplegging van de schadevergoedingsmaatregel, hetgeen in onderhavige zaak naar het oordeel van de rechtbank niet aan de orde is.
Voorts veroordeelt de rechtbank verdachte in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
12 Beslissing
- Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
- Het bewezen verklaarde levert op zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld.
- Verklaart het bewezene strafbaar.
- Verklaart verdachte daarvoor strafbaar.
- Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 36 maanden.
- Bepaalt dat de tijd die door verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht.
- De rechtbank beveelt de teruggave aan verdachte van de in beslaggenomen personenauto.
Vordering benadeelde partij (feiten 1 en 2)
- Wijst de vordering van [slachtoffer], gedeeltelijk toe tot een bedrag van
€ 5.163,63, bestaande uit € 163,63 aan materiële schade en € 5.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 juni 2014 tot aan de dag van algehele voldoening.
- -
Veroordeelt verdachte tot betaling van het toegewezen bedrag aan [slachtoffer].
- -
Bepaalt dat het overige gedeelte van de vordering niet-ontvankelijk wordt verklaard en dat de benadeelde partij dit bedrag kan aanbrengen bij de burgerlijke rechter.
- -
Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
- -
Legt aan verdachte op de verplichting om aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer], € 5.163,63 te betalen, bij niet betaling te vervangen door 61 dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft.
- -
Bepaalt dat bij voldoening van de schademaatregel de betalingsverplichting aan de benadeelde partij vervalt en omgekeerd.
- Heft op de schorsing van het bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door
mr. A.R. Creutzberg, voorzitter,
mrs. P.J.M. Mol en M.A.E. Somsen, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. M. van der Meulen, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 9 december 2014.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt tenlastegelegd dat
hij op of omstreeks 14 juni 2014 te Utrecht en/of Bunnik, althans in het
arrondissement Midden-Nederland, door geweld en / of (een) andere
feitelijkhe(i)d(en) en / of door bedreiging met geweld en / of (een) andere
feitelijkhe(i)d(en)
[slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die hebben
bestaan uit of mede hebben bestaan uit het seksueel binnendringen van het
lichaam, immers heeft hij, verdachte, meermalen, althans éénmaal,
- zijn penis in de mond van die [slachtoffer] gebracht en/of gehouden en/of
bewogen en/of
- zijn penis in de vagina van die [slachtoffer] gebracht en/of geduwd en/of
bewogen en/of
- zijn penis tegen en/of in de anus van die [slachtoffer] gebracht en/of
geduwd en/of bewogen en/of
- over de mond en/of het gezicht en/of het lichaam van die [slachtoffer]
gelikt en/of
- zijn tong in de mond van die [slachtoffer] gebracht en/of gehouden en/of
bewogen en/of
- de ontblote bil(len) en/of borst(en) en/of het ontblote lichaam van die
[slachtoffer] betast en/of gestreeld en/of
- de anus van die [slachtoffer] gelikt en/of
- zijn tong in de anus van die [slachtoffer] gebracht en/of gehouden en/of
bewogen en/of
- die [slachtoffer] zijn, verdachtes, ballen laten likken, terwijl hij zich in
bijzijn van die [slachtoffer] aftrok
bestaande dat geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging
met geweld en/of die andere feitelijkhe(i)d(en) (telkens) hierin dat verdachte
die [slachtoffer], terwijl zij samen in een auto zaten en/of die [slachtoffer]
probeerde uit die auto te komen,
- bij de arm heeft vastgepakt en/of vastgepakt heeft gehouden en/of
- bij de haren heeft gepakt en/of aan de haren heeft getrokken en/of
- de telefoon van die [slachtoffer] (uit haar handen) heeft gepakt/gegrist
en/of (buiten haar bereik) naast zich neer heeft gegooid/gelegd
- heeft geduwd en/of
- bij de heupen en/of (boven)benen en/of het lichaam heeft vastgepakt en/of
vastgepakt heeft gehouden en/of
- bij het hoofd heeft gepakt en/of (telkens) dat hoofd richting zijn penis
heeft geduwd en/of bewogen en/of
- aan de haren en/of het hoofd heeft getrokken (zodat hij haar kon zoenen)
en/of
- de onderbroek van die [slachtoffer] naar beneden heeft getrokken en/of
- tegen de bil(len) heeft geslagen
en/of tegen die [slachtoffer] heeft gezegd: "suck it" en/of "outside, outside"
en/of dat ze haar broek uit moest doen, althans woorden van gelijke aard
en/of strekking;
art 242 Wetboek van Strafrecht
hij op of omstreeks 14 juni 2014 te Utrecht en/of Bunnik, althans in het
arrondissement Midden-Nederland, opzettelijk [slachtoffer] wederrechtelijk
van de vrijheid heeft beroofd en / of beroofd gehouden, immers heeft hij,
verdachte, toen daar opzettelijk wederrechtelijk
terwijl [slachtoffer] bij hem, verdachte, in een rijdende auto zat en/of die
[slachtoffer] probeerde uit die auto te komen,
die [slachtoffer]
- bij de arm vastgepakt en/of vastgepakt gehouden en/of
- bij de haren gepakt en/of aan de haren getrokken;
art 282 lid 1 Wetboek van Strafrecht