[verwerende partij] voert verweer.
[verwerende partij] verwijst naar hetgeen door hem bij dagvaarding in het kort geding, strekkende tot wedertewerkstelling en loondoorbetaling, naar voren is gebracht.
In aanvulling daarop geldt nog het volgende.
De ‘harde lijn’ die Hermes wil gaan voeren, is geen vastgesteld beleid en is evenmin vastgelegd in een op juiste wijze tot stand gekomen of gewijzigd sanctiereglement. Er was en is dus geen sprake van een ‘harde lijn’ die bij de chauffeurs bekend mag worden verondersteld. Op 26 maart 2015 was er zelfs nog geen sprake van een voornemen van Hermes om tot een nieuw, strenger sanctiebeleid te komen. Dat is pas op 23 april 2015 aan de medewerkers bekend gemaakt. Voorheen was het bij Hermes gebruikelijk om een boete van € 230,- en daarnaast als extra sanctie de disciplinaire maatregel op te leggen, te weten inhouding van een dagloon op het salaris.
De door Hermes gestelde harde lijn en zelfs het vastgestelde sanctiebeleid kent bij Hermes voorts vele gezichten. Hermes meet met meerdere maten en het is volstrekt onduidelijk waarom het ontslag op staande voet van [verwerende partij] niet gelijk als bij de andere chauffeurs is ingetrokken. Niet is gebleken dat [verwerende partij] de verkeersveiligheid concreet in gevaar heeft gebracht. Hij heeft evenmin gelogen over zijn overtreding; hij kon het zich niet herinneren.
[verwerende partij] is een van de langst in dienst zijnde chauffeurs. Hij heeft nog nooit een slechte beoordeling gehad. Het rookgedrag is een aantal malen aan de orde geweest, maar heeft nimmer geleid tot een verdergaande maatregel dan een waarschuwing. Dit rookgedrag is een ten behoeve van het ingediende verzoek gezochte reden.
Een beëindiging van het dienstverband heeft voor [verwerende partij] verstrekkende gevolgen.
Dit klemt te meer nu als bewijs tegen [verwerende partij] de camerabeelden zijn gebruikt. Namens de OR Hermes is inmiddels een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank Oost Brabant waarin wordt verzocht om Hermes met onmiddellijke ingang te verbieden camerabeelden tegen haar werknemers te gebruiken.
Het gaat in deze zaak niet om een verstoorde arbeidsverhouding met [verwerende partij], maar om de angst van Hermes voor publiekelijk gezichtsverlies.
Primair verzoekt [verwerende partij] dan ook om afwijzing van het verzoek van Hermes, subsidiair om bij ontbinding aan hem een vergoeding toe te kennen van € 285.000,-- bruto.