Daarmee is echter nog geen definitie van ‘zich ontdoen’ gegeven, en die vinden we ook niet in de Afvalstoffenrichtlijn, ook niet in Bijlage II.A, die blijkens artikel 3, lid 10, van de Verpakkingenrichtlijn ook voor die laatste richtlijn van belang is. Bedoelde Bijlage II.A bij de Afvalstoffenrichtlijn somt de handelingen op die als ‘verwijdering’ moeten worden beschouwd en luidt:
“VERWIJDERINGSHANDELINGEN
(…)
D 1 Storten op of in de bodem (b.v. op een stortplaats, enz.)
D 2 Uitrijden (b.v. biodegradatie van vloeibaar of slibachtig afval in de bodem enz.)
D 3 Injectie in de diepe ondergrond (bij voorbeeld injectie van verpompbare afvalstoffen in putten, zoutkoepels of natuurlijk gevormde holten enz.)
D 4 Opslag in waterbekkens (b.v. het lozen van vloeibaar of slibachtig afval in putten, vijvers of lagunen, enz.)
D 5 Verwijderen op speciaal ingerichte locaties (b.v. in afzonderlijke beklede, afgedekte cellen die onderling en van de omgeving afgeschermd zijn, enz.)
D 6 Lozen in wateren, behalve zeeën en oceanen
D 7 Verwijderen in zeeën/oceanen, inclusief inbrengen in de bodem
D 8 Biologische behandeling op een niet elders in deze bijlage aangegeven wijze waardoor verbindingen of mengsels ontstaan die woorden verwijderd op een van de onder D 1 tot en met D 12 vermelde methodes
D 9 Fysisch-chemische behandeling op een niet elders in deze bijlage aangegeven wijze, waardoor verbindingen of mengsels ontstaan die worden verwijderd op een van de onder D 1 tot en met D 12 vermelde methodes (b.v. verdampen, drogen, calcineren, enz.)
D 10 Verbranding op het land
D 11 Verbranding op zee
D 12 Permanente opslag (b.v. plaatsen van houders in mijnen, enz.)
D 13 Vermengen vóór een van de onder D 1 tot en met D 12 vermelde behandelingen
D 14 Herverpakken vóór een van de onder D 1 tot en met D 13 vermelde behandelingen
D 15 Opslag in afwachting van een van de onder D 1 tot en met D 14 vermelde behandelingen (met uitsluiting van voorlopige opslag voorafgaande aan inzameling op de plaats van productie).”