Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"3. Een in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aangifte PL0910 2012197265-1 (pg 13-15 van het proces-verbaalnummer PL0910 2012219794), gesloten en getekend op 4 september 2012 door [verbalisant 1], BOA domein generieke opsporing van politie Utrecht, inhoudende als verklaring van [getuige 1], zakelijk weergegeven:
Ik ben namens de firma [A] te Utrecht gerechtigd tot het doen van aangifte van verduistering. Op 4 september 2012, rond 16.30 uur, kwam een man de winkel binnen die met een fiets een proefrit wilde maken. Ik zag dat hij een identiteitskaart (ID-kaart) in zijn hand had. Hij vertelde dat hij een fiets voor zijn vrouw wilde kopen. Hij wilde een proefritje maken op de Union Karma. De verkoopprijs van de fiets is € 699,00. Ik heb goed op de foto gekeken of hij inderdaad de persoon op de ID-kaart was. Ik heb de ID-kaart onder mij gehouden en ik heb de fiets meegegeven.
Om 17.15 uur was hij nog steeds niet terug. Ik heb tot 17.55 uur gewacht voordat ik naar het politiebureau ben gegaan om aangifte te doen. Ik heb de ID-kaart meegenomen en wil die graag bij de aangifte voegen. De monteur die op 4 september 2012 ook werkzaam was in de [A] herkende de man als zijnde [verdachte], een oud medewerker van hem.
4. Een geschrift als bedoeld in artikel 344, eerste lid, aanhef en onder 5 van het Wetboek van Strafvordering, te weten een "kennisgeving van inbeslagneming" van de politie Utrecht, d.d. 5 september 2012 (pg 2-3 van het proces-verbaalnummer PL0910 2012197265-4), inhoudende, zakelijk weergegeven:
Aangever had als onderpand voor een proefrit met een fiets een ID-kaart ontvangen. Deze ID-kaart, ten name van [verdachte], is inbeslaggenomen.
5. Een in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor PL0910 2012197265-5 (pg 16-17 van het proces-verbaalnummer PL0910 2012219794), gesloten en getekend op 25 september 2012 door [verbalisant 2] en [verbalisant 3], beiden aspirant van politie Utrecht, inhoudende als verklaring van getuige [getuige 2], zakelijk weergegeven:
Op 4 september 2012 was ik als fietsmonteur werkzaam in de rijwielhandel [A] te Utrecht. Ik zag dat er een man binnen kwam. Ik hoorde dat deze man met mijn collega [getuige 1] in gesprek was. Ik herkende de man in de winkel als [verdachte]. Ik hoorde dat hij een proefrit wilde maken op een fiets. Ik zag dat hij koos voor een damesfiets van het merk Union, type Karma. Mijn collega [getuige 1] gaf de fiets mee aan [verdachte] voor een proefrit, nadat [verdachte] zijn legitimatiebewijs had afgegeven. Ik heb het legitimatiebewijs gezien en ik ben er van verzekerd dat het om [verdachte] ging aan de hand van de foto en de gegevens op het legitimatiebewijs. [verdachte] heeft bij mij gewerkt.
[6]. Een in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor [verdachte] PL0910 2012197265-[8] (pg 22-24 van het proces-verbaalnummer PL0910 2012219794), gesloten en getekend op [17] oktober 2012 door [verbalisant 4] en [verbalisant 5], beiden aspirant van politie Utrecht, inhoudende als verklaring van verdachte, zakelijk weergegeven:
Ik heb met [getuige 2] samengewerkt. Hij was mijn baas."